In deze beschikking van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, is op 29 maart 2017 een verzoek behandeld van een verzoeker, bijgestaan door zijn advocaat mr. J.W. Stegeman, om een vergoeding voor de kosten van de verdediging. Het verzoekschrift was gedateerd op 17 januari 2017 en betreft een vergoeding van in totaal € 1180,- voor de kosten van de raadsman en € 550,- voor de kosten van het opstellen en indienen van het verzoekschrift. De officier van justitie, mr. J.R. Klunder, heeft tijdens de zitting verklaard dat de strafzaak tegen verzoeker op 22 december 2015 voorwaardelijk is geseponeerd en op 12 januari 2017 definitief is geëindigd. De officier van justitie heeft het verzoek tot vergoeding van de kosten van rechtsbijstand afgewezen, omdat de zaak niet onmiskenbaar had geleid tot vrijspraak en het verzoeker zelf te wijten was dat hij als verdachte was aangemerkt.
De raadkamer heeft vastgesteld dat het verzoekschrift tijdig en ontvankelijk was. De beoordeling van de raadkamer was dat, hoewel de zaak was geëindigd zonder oplegging van straf, er geen gronden van billijkheid aanwezig waren om verzoeker een vergoeding voor de kosten van de verdediging toe te kennen. Wel werd er op billijkheidsgronden een vergoeding van € 280,- toegekend voor de kosten van het opmaken en indienen van het verzoekschrift, conform de normbedragen vastgesteld door het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). De beslissing werd genomen met inachtneming van eerdere beschikkingen en de omstandigheden van de zaak.
De beschikking is gegeven door mr. B.W.M. Hendriks, voorzitter, en is in het openbaar uitgesproken. De griffier, mr. J.A. Krooshof, heeft de beschikking mede ondertekend. De rechtbank heeft bepaald dat de schadevergoeding door de griffier betaald zal worden aan de Stichting Beheer Derdengelden Daniels Huisman Advocaten.