11.De beslissing
vrijspraak/bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte onder 1, 2, 3 en 4 meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
het misdrijf: belaging, meermalen gepleegd;
feit 2
het misdrijf: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
feit 3
het misdrijf: een afbeelding of gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijke de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben;
feit 4:
het misdrijf: opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1, 2, 3 en 4 bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
- bepaalt dat het voorwaardelijke deel van de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast:
- omdat de veroordeelde geen medewerking aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14d, tweede lid, Sr heeft verleend, medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- omdat de veroordeelde tijdens de proeftijd de bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt als
- zich gedurende de proeftijd moet gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen die worden gegeven door of namens de Reclassering Nederland. Daartoe moet verdachte respons geven wanneer hij een uitnodiging krijgt van de reclassering; Hierna moet hij zich gedurende door de reclassering bepaalde perioden blijven melden zo frequent als de reclassering dit gedurende deze perioden nodig acht;
- zich zal laten behandelen bij De Tender te Zwolle of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij verdachte zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling zal worden gegeven;
- zich verplicht zal laten begeleiden door het (F)act-team van Stichting Trajectum of soortgelijke ambulante zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij verdachte zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die begeleiding door of namens de instelling zal worden gegeven;
- wordt verboden om harddrugs en alcohol te gebruiken, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht. Ter controle hiervan zullen er urine- en bloedmonsters worden ingezet;
- gedurende de proeftijd op geen enkele wijze - direct of indirect- contact zal opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] . [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] , zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- beveelt dat de op grond van artikel 14c Sr gestelde voorwaarde van het contactverbod
- bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
Ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] :
- wijst de vordering van de benadeelde partij: [slachtoffer 1] , wonende te [woonplaats slachtoffer 1] gedeeltelijk toe;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] van een bedrag van € 1.012,07 (vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2014)
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
€ 1.012,07ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 12 dagen zal worden toegepast, met dien verstande dat de vervangende hechtenis de verplichting tot betaling niet opheft;
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
Ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5] :
- wijst de vordering van de benadeelde partij: [slachtoffer 5] , wonende te [woonplaats slachtoffer 5] gedeeltelijk toe;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 5] van een bedrag van € 610,00 (vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 september 2013)
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
€ 610,00ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 12 dagen zal worden toegepast, met dien verstande dat de vervangende hechtenis de verplichting tot betaling niet opheft
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
Ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] :
- wijst de vordering van de benadeelde partij: [slachtoffer 3] , wonende te [woonplaats slachtoffer 3] , gedeeltelijk toe;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 3] van een bedrag van € 615,00 (vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 april 2013)
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
€ 615,00ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 12 dagen zal worden toegepast, met dien verstande dat de vervangende hechtenis de verplichting tot betaling niet opheft .
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
Dit vonnis is gewezen door mr. G. Edelenbos, voorzitter, mr. F. van der Maden en
mr. A.A. Smit, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.R. Lageveen als griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 1 maart 2016.
Mr. F. van der Maden voornoemd was buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de politie Eenheid Oost-Nederland, District IJsselland, Districtrecherche IJsselland, met nummer PL0600-2015364354. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer 1] :
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 1 ten laste is gelegd met betrekking tot aangeefster [slachtoffer 1] , gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1];
Het proces-verbaal van verhoor aangeefster [slachtoffer 1];
Een overzicht van historische telefoongegevens van [slachtoffer 1];
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 11 augustus 2015 in de wettelijke vorm opgemaakt door de rechter-commissaris mr. R.M. van Vuure, met de daarbij gevoegde lijsten;
De processen-verbaal onderzoek mobiele telefoon inhoudende het relaas van [verbalisant 1];
De onderzoeksresultaten van de iPhones van verdachte;
Het overzicht van de historische telefoongegevens;
Het proces-verbaal van bevindingen inhoudende het relaas van [verbalisant 2] met betrekking tot bekijken van de beelden van de uitzending ‘Internetpesters Aangepakt”;
Een schriftelijk bescheid, te weten een tekstbestand met gevoerde Whatsapp gesprekken;
Een schriftelijk bescheid, te weten screenprints van Whatsapp gesprekken;
Het proces-verbaal van bevindingen inhoudende het relaas van [verbalisant 2] met betrekking tot het uitluisteren van de gesprekken tussen aangeefster [slachtoffer 1] en haar stalker;
De (gedeeltelijk) bekennende verklaring van verdachte bij de politie;
De bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer 2] :
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 1 ten laste is gelegd met betrekking tot aangeefster [slachtoffer 2] , gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2];
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 11 augustus 2015 in de wettelijke vorm opgemaakt door de rechter-commissaris mr. R.M. van Vuure, met de daarbij gevoegde lijsten;
Het overzicht van de historische telefoongegevens;
De (gedeeltelijk) bekennende verklaring van verdachte bij de politie;
De bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer 3] :
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 1 ten laste is gelegd met betrekking tot aangeefster [slachtoffer 3] , gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3];
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 11 augustus 2015 in de wettelijke vorm opgemaakt door de rechter-commissaris mr. R.M. van Vuure, met de daarbij gevoegde lijsten;
Het overzicht van de historische telefoongegevens;
Een schriftelijk bescheid, te weten een tekstbestand met gevoerde Whatsapp gesprekken en de daarbij gevoegde foto’s;
Een printscreen partyflockprofiel op naam van [gebruikersnaam 1] / [gebruikersnaam 2];
Een printscreen Facebookprofiel op naam van [slachtoffer 3];
Het proces-verbaal van bevindingen inhoudende het relaas van [verbalisant 2] met betrekking tot het uitluisteren van de gesprekken tussen aangeefster [slachtoffer 3] en haar stalker;
Het proces-verbaal van veiligstellen en onderzoek gegevensdrager(s) inhoudende het relaas van [verbalisant 3];
De (gedeeltelijk) bekennende verklaring van verdachte bij de politie;
De bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer 4] :
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 1 ten laste is gelegd met betrekking tot aangeefster [slachtoffer 4] , gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 4];
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 11 augustus 2015 in de wettelijke vorm opgemaakt door de rechter-commissaris mr. R.M. van Vuure, met de daarbij gevoegde lijsten;
Het overzicht van de historische telefoongegevens;
De (gedeeltelijk) bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer 5] :
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 1 ten laste is gelegd met betrekking tot aangeefster [slachtoffer 5] , gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 5];
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 11 augustus 2015 in de wettelijke vorm opgemaakt door de rechter-commissaris mr. R.M. van Vuure, met de daarbij gevoegde lijsten;
Een schriftelijk bescheid, te weten een tekstbestand met gevoerde Whatsapp gesprekken;
De (gedeeltelijk) bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer 6] :
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 1 ten laste is gelegd met betrekking tot aangeefster [slachtoffer 6] , gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 6];
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 11 augustus 2015 in de wettelijke vorm opgemaakt door de rechter-commissaris mr. R.M. van Vuure, met de daarbij gevoegde lijsten;
Het overzicht van de historische telefoongegevens;
De onderzoeksresultaten van de iPhones van verdachte;
De (gedeeltelijk) bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 2 ten laste is gelegd, gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van verhoor aangeefster [slachtoffer 1];
De bekennende verklaring van verdachte bij de politie;
De bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 3 ten laste is gelegd, gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal inhoudende de door verbalisant [verbalisant 4] afgelegde verklaring, onder meer inhoudende:
(…) Op 24 juni 2015 op het adres, [woonplaats] binnengetreden en werden goederen in beslag genomen. Van deze inbeslagname is proces-verbaal opgemaakt, waarin alle goederen staan vermeld die in beslag zijn genomen. (…) Op de MicroSD card met beslagcode 0013 zijn 94 foto’s aangetroffen die als kinderpornografisch geclassificeerd zijn en accessible zijn. Deze foto’s staan in diverse aangemaakte mappen. De mappenstrucuur is als bijlage III bij dit proces-verbaal gevoegd. Het gaat hierbij om foto’s waarop meisjes in de kennelijke leeftijd tussen de zes en twaalf jaar poseren. De meeste meisjes zijn naakt en zitten met wijd gespreide benen, waardoor hun vagina duidelijk zichtbaar is, ook zijn de foto’s zo gemaakt dat het camerastandpunt gericht is op de geslachtsdelen. Er zijn ook verschillende foto’s waarop de meisjes hun benen helemaal naar hun gezicht brengen waardoor hun geslachtsdeel duidelijk in beeld komt. Op enkele van deze foto’s spreiden de meisjes met hun vingers hun schaamlippen. Als voorbeeld hiervan is een foto met de bestandsnaam [bestandsnaam 9] is in de toonmap geplaatst. Ook is er een foto aangetroffen waarop een meisje met de kennelijke leeftijd van tussen de tien en twaalf jaar poseert voor de camera. Zij zit daarbij op een kruk of stoel, zij draagt alleen pantykousen tot op haar bovenbenen verder is zij naakt. Deze panty’s zijn niet passend bij haar leeftijd. Zij heeft haar benen gespreid waarbij zij haar rechterbeen op een verhoging heeft. Hierdoor wordt haar schaamlippen duidelijk zichtbaar en valt daar je blik op. Zij houdt haar handen om haar hals en kijkt glimlachend recht in de camera. Verder heeft zij een mobiele telefoon in haar hand. Deze foto is als kinderpornografisch aangemerkt omdat haar geslachtsdeel duidelijk in beeld wordt gebracht wat seksueel prikkelend is en zij kleding draagt die niet passend is bij haar leeftijd. Ter verduidelijking zijn vijf foto’s uit de categorie poseren met de nummers [bestandsnaam 3] , [bestandsnaam 4] , [bestandsnaam 5] , [bestandsnaam 6] , [bestandsnaam 7] opgenomen in de toonmap.
Op de MicroSD card met de beslagcode 013 zijn ook foto’s die vallen onder de categorie ontuchtige handelingen, zo is er een foto aangetroffen waarop zichtbaar is dat een meisje in de kennelijke leeftijd tussen de acht en tien jaar naast een volwassen man ligt. Zij steunt op haar linkerarm en houdt met haar rechterhand het stijve geslachtdeel van de man vast, wat als een seksuele handeling met een minderjarige kan worden aangemerkt. Hierbij kijkt zij recht in de camera. Het hoofd van de man is niet zichtbaar op de foto. Deze foto is als voorbeeld in de toonmap geplaatst met de bestandsnaam [bestandsnaam 10] .
Ook is er een foto aangetroffen waarbij een meisje in de kennelijke leeftijd tussen de zes en tien jaar op haar rug ligt. Zij heeft haar benen gespreid en heeft een hand bij haar geslachtsdeel. Er is te zien dat zij handboeien om heeft met zwart/wit bont. Tegenover dit meisje ligt een man ook met zijn benen gespreid. Zij liggen met de billen bijna tegen elkaar. Het meisje heeft met haar twee voeten het stijve geslachtsdeel van de man vast. In deze foto is een tekstregel te zien met de tekst: [tekstregel] . Deze foto met de bestandsnaam [bestandsnaam 2] in de toonmap geplaatst. (…);
Het proces-verbaal van bevindingen digitaal onderzoek, inhoudende de door verbalisant [verbalisant 5] afgelegde verklaring, onder meer inhoudende:
Vraagstelling:
Wat zijn de datums en tijdstippen waarop de geclassificeerde kinderpornografische bestanden op de gegevensdragers zijn gekomen.(…)
Ik zag dat de geclassificeerde bestanden op het inbeslaggenomen goed 013, MicroSD met beslagcode B.1_2 in de map [bestandsmap 9] , op 09-09-2013 om 01:22 uur op het MicroSD kaartje zijn gezet (File Created). De Last written tijd, periode 12-06-2011 t/m 12-03-2013 geeft aan dat de bestanden vermoedelijk al eerder op een andere gegevensdrager hebben gestaan en op 09-09-2013 gekopieerd zijn. Ik zag deze bestanden voor het laatst op 06-09-2014 benaderd waren;
Ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte onder 4 ten laste is gelegd, gelet op de volgende bewijsmiddelen:
Het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming d.d. 11 augustus 2015 in de wettelijke vorm opgemaakt door de rechter-commissaris mr. R.M. van Vuure, met de daarbij gevoegde lijsten;
Het proces-verbaal van onderzoek verdovende middelen inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7];
De bekennende verklaring van verdachte bij de politie;
De bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.