In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 11 januari 2016 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over een verleende omgevingsvergunning. Eiser, wonende te Ambt Delden, had bezwaar gemaakt tegen de omgevingsvergunning die op 17 december 2014 was verleend door het college van burgemeester en wethouders van Hof van Twente. De vergunning betrof het veranderen van de inrichting voor het houden van vleesvarkens en andere dieren op een specifiek adres in Ambt Delden. De bekendmaking van deze vergunning vond plaats op 23 december 2014 in 'Het Hofweekblad', waarin ook een Melding Activiteitenbesluit werd vermeld. Eiser stelde dat de rechtsmiddelenvoorlichting in deze publicatie onjuist was, omdat de datum van 30 januari 2015 als laatste dag voor het indienen van bezwaar werd genoemd, terwijl de bezwaartermijn op 29 januari 2015 eindigde.
De rechtbank oordeelde dat eiser op de onjuiste rechtsmiddelenvoorlichting had mogen vertrouwen, waardoor de termijnoverschrijding verschoonbaar was. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van verweerder, waarin het bezwaar van eiser tegen de omgevingsvergunning niet-ontvankelijk was verklaard. De rechtbank oordeelde dat de acceptatie van de Melding Activiteitenbesluit geen besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) was, en dat het bezwaar daartegen terecht niet-ontvankelijk was verklaard. De rechtbank veroordeelde verweerder tot vergoeding van de proceskosten van eiser en droeg hem op het griffierecht te vergoeden. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.