Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie
- akte overlegging productie d.d. 25 mei 2016
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie
- de conclusie van dupliek in reconventie.
2.De feiten
in conventie en in reconventie
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie
Landstede Groep, College van Bestuur “– is vermeld:
Together they will take over the daily Directorship duties of ISE, working closely with [X] who will step into the position of Chief Commissioner (gedelegeerd Commissaris) for the Landstede Group”.
In deze brief staat Landstede Group, omdat ik hierop heb aangedrongen.”In zoverre is dus bewust gekozen voor de bewoordingen
“for the Landstede Group”.Deze omstandigheden in aanmerking nemende is de rechtbank van oordeel dat [X] er gerechtvaardigd van uit mocht gaan dat hij tot gedelegeerd commissaris is benoemd door Landstede. De omstandigheid dat zijn werkzaamheden betrekking hadden op ISE doet hier niet aan af. Te meer nu [B] in het “voorstel taakafbakening directie Eerde en bestuur/toezicht Eerde” (zie r.o. 2.7) vermeldt dat [X] de voortgangsgesprekken zal voeren met de directie en het
“CvB Landstede”.Ook hieruit volgt immers dat Landstede geen duidelijk onderscheid maakt tussen Landstede en ISE. De rechtbank is dan ook van oordeel dat Landstede de wederpartij is van [X] .
“Om dhr. [X] tegemoet te komen, en een eind wilden maken aan dit geschil, hebben we, ondanks het feit dat de door de heer [X] gedeclareerde uren niet gebaseerd waren op een afspraak/opdracht, een bedrag van € 11.579,70 Euro betaald aan dhr. [X] voor de overdracht en begeleiding van mevrouw [C] , welke volgens dhr. [X] plaats had gevonden in november en december 2012.
= € 14.322,--
€ 10.000,--
1.788,--(2 punt × tarief € 894,--)
“Op jou verzoek hierbij de aanpassingen van de jaarrekening” (productie 31 CvD conventie en CvR reconventie), is de rechtbank van oordeel dat [X] ook bekend was met deze vermeldingen in de jaarrekeningen. Deze omstandigheden in aanmerking nemende hebben ISE en [X] gedurende de gehele periode uitvoering gegeven aan de tussen hen gesloten overeenkomst als zijnde een overeenkomst van opdracht en niet als zijnde een arbeidsovereenkomst. Dat ISE en [X] bij het sluiten van de overeenkomst desondanks een arbeidsovereenkomst voor ogen hadden, heeft [X] onvoldoende onderbouwd. De rechtbank kwalificeert de overeenkomst derhalve als overeenkomst van opdracht.
€ 16.195,93