ECLI:NL:RBOVE:2016:4511
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in ontuchtzaak met minderjarige
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Overijssel op 17 november 2016 uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van ontuchtige handelingen met een 6-jarig meisje. De tenlastelegging omvatte onder andere het proberen seksueel bij het slachtoffer binnen te dringen en andere ontuchtige handelingen. De rechtbank heeft op basis van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 3 november 2016 geoordeeld dat er onvoldoende bewijs is om de verdachte te veroordelen. De verklaring van het slachtoffer, die in een kindvriendelijke setting is afgenomen, werd als problematisch beoordeeld. De deskundige die de verklaring heeft onderzocht, concludeerde dat er geen aanwijzingen waren dat het slachtoffer de kern van haar verklaring had verzonnen, maar er waren wel twijfels over de volledigheid en consistentie van de verklaring. De rechtbank oordeelde dat de verklaring niet voor het bewijs kon worden gebruikt, waardoor de verdachte van zowel het primair als subsidiair ten laste gelegde moest worden vrijgesproken. Tevens werd de benadeelde partij, vertegenwoordigd door haar wettelijk vertegenwoordiger, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, aangezien de verdachte was vrijgesproken van de tenlastelegging.