1.3In de RTSO (mei) 2016 heeft verweerder op basis van die uitgangspunten het volgende bepaald.
a. Hoofdbewoner: de huurder dan wel eigenaar-bewoner van een woning op wiens naam een huurcontract is gesteld, dan wel wiens naam in de openbare registers van de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens als eigenaar-bewoner staat ingeschreven.
b. Olasfaterrein: Het terrein gelegen aan de Rijksstraatweg 47 te Olst, waar voorheen de Olster Asfaltfabriek (Olasfa) was gevestigd;
c. WOZ-waarde: de door burgemeester en wethouders van Olst-Wijhe in het kader van de Wet waardering onroerende zaken vastgestelde taxatiewaarde;
d. Verzoeker: degene door wie een verzoek is ingediend, zijnde een hoofdbewoner.
a. Gedeputeerde Staten kunnen aan de hoofdbewoners van de in bijlage 1 t/m 3 opgenomen adressen een financiële tegemoetkoming toekennen vanwege gederfd woongenot als gevolg van de in opdracht van de Provincie Overijssel in de periode 2006-2015 uitgevoerde bodemsanering op het Olasfaterrein gelegen tegenover de Benedendijk te Olst (Olasfa).
b. Gedeputeerde Staten bepalen:
i. De periode waarin sprake is van gederfd woongenot;
ii. De hoogte van de tegemoetkoming.
c. De financiële tegemoetkoming kan worden toegekend voor de periode waarin de overlast is ondervonden en de hoofdbewoner feitelijk woonachtig is geweest.
d. Gedeputeerde Staten kunnen afwijken van het bepaalde onder b, indien een strikte toepassing naar hun oordeel zou leiden tot een onvoldoende vergoeding van het gederfde woongenot.
a. Gedeputeerde Staten verlenen de financiële tegemoetkoming uitsluitend op aanvraag.
b. Indien de hoofdbewoner een huurder is, dient bij de aanvraag een kopie van het huurcontract te worden overlegd.
a. De financiële tegemoetkoming wordt berekend per maand.
b. De financiële tegemoetkoming is gebaseerd op de huurwaarde per maand van € 1383,- (peiljaar 2014) welke wordt geïndexeerd voor de periode 2006-2013.
c. De financiële tegemoetkoming bedraagt maximaal een percentage van de huurwaarde per maand, conform de in bijlage 1 t/m 3 vermelde percentages voor de periode 1 januari 2006-31 december 2015.
d. Met betrekking tot het aantal maanden waarin recht bestaat op een tegemoetkoming wordt de in bijlage 4 opgenomen tabel toegepast.
e. Ten onrechte uitgekeerde tegemoetkomingen kunnen geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd.
a. Gedeputeerde Staten kunnen de aanvraag voor een financiële tegemoetkoming weigeren indien:
i. De aanvrager niet feitelijk woonachtig is geweest op het aangegeven adres voor (een gedeelte van) de periode waarin de saneringsactiviteiten zijn uitgevoerd;
ii. De aanvrager uit anderen hoofde een financiële vergoeding heeft ontvangen met betrekking tot de saneringsactiviteiten;
iii. De aanvrager niet voldoet aan de in deze regeling gestelde criteria, of het adres waarop de aanvraag betrekking heeft niet voorkomt op lijst van bijlage 1 t/m 3;
iv. Vijf jaren zijn verlopen na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de aanvrager na de publicatie van deze regeling, en in ieder geval door verloop van twintig jaren na 1 januari 2006.