Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting is voor de kantonrechter voldoende vast komen te staan dat [gedaagde] een dusdanige mate van overlast veroorzaakt dat sprake is van ernstig tekortschieten van [gedaagde] in zijn verplichtingen als goed huurder. [gedaagde] heeft niet voldoende aannemelijk gemaakt dat in de toekomst verbetering van zijn gedrag valt te verwachten. Daartoe overweegt de kantonrechter het volgende.
Vanaf eind 2014 is een regiegroep, bestaande uit – in wisselende samenstelling – SWZ, Buurtdiensten, gemeente Zwolle, politie, Tactus, TeamVia en Sanitas als opvolger van Buurtdiensten, ingezet om [gedaagde] hulp te verlenen teneinde zijn overlastgevend gedrag te voorkomen. In dat kader is herhaaldelijk geprobeerd om afspraken met [gedaagde] te maken maar keer op keer zijn deze afspraken door [gedaagde] geschonden en vervalt hij weer in overlastgevend gedrag. Daarbij is [gedaagde] steeds gewaarschuwd voor mogelijke huurrechtelijke consequenties van zijn gedrag. Thans stelt [gedaagde] weliswaar dat hij inmiddels een aantal maatregelen heeft getroffen om de overlast tegen te gaan - te weten: de hond (Tammo) is weg, met hulp van bevriende kennissen heeft hij zijn woning en tuin aangepakt, hij heeft zich opnieuw bij Tactus gemeld en er is inmiddels met schulddienstverlening van de gemeente Zwolle een traject in gang gezet om zijn financiën op orde te krijgen - maar mede gezien de voorgeschiedenis staat voor de kantonrechter niet voldoende vast dat met deze maatregelen een structurele oplossing van het overlastprobleem is gegeven. In het verleden is immers vaker tot dergelijke maatregelen overgegaan waarbij [gedaagde] op den duur steeds zijn medewerking heeft gestaakt, verdere hulpverlening weigert en vervalt in zijn overlastgevende patroon. [gedaagde] stelt dat hij nu, anders dan voorheen, erkent dat hij een alcoholprobleem heeft en dat hij daarvoor hulp nodig heeft maar deze blote stelling is onvoldoende om de kantonrechter te overtuigen dat [gedaagde] nu wel afspraken zal nakomen en in staat zal zijn om zijn gedrag (structureel) aan te passen. Daarbij betrekt de kantonrechter dat de door [gedaagde] bedoelde hulpverlening bij Tactus zich in de intakefase bevindt, een fase waarin [gedaagde] eerder is afgehaakt, en ook recentelijk nog door een buurman is geklaagd over overlast.
De kantonrechter overweegt voorts dat omwonenden, wiens belang SWZ als goed verhuurder evengoed dient te behartigen, door onaanvaardbare overlast ernstig gehinderd worden in hun huurgenot.
Al met al acht de kantonrechter het waarschijnlijk dat de huurovereenkomst in de bodemprocedure zal worden ontbonden en ontruiming zal worden bevolen. Dat sprake is van een jarenlange huurrelatie, aan het einde waarvan zich de overlast heeft voorgedaan, maakt het oordeel van de kantonrechter - gelet op de aard en ernst van de overlast alsmede de herhaaldelijk kansen die [gedaagde] zijn geboden - niet anders. Gelet op de aard, ernst en voortduring van de overlast, ten aanzien waarvan [gedaagde] onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat op korte termijn verbetering valt te verwachten, is de kantonrechter ook van oordeel dat een beslissing in de bodemprocedure niet kan worden afgewacht. [gedaagde] zal daarom worden veroordeeld tot ontruiming van de woning.