In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 18 juli 2016 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de vennootschap onder firma Apotheek De Fenix en de verweerster, een apothekersassistente. De werkgever, De Fenix, verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van een ernstig en duurzaam verstoorde arbeidsverhouding, die volgens hen was ontstaan door frequent ziekteverzuim van de verweerster. De Fenix voerde aan dat er een vertrouwensbreuk was ontstaan, maar de kantonrechter oordeelde dat De Fenix niet voldoende had aangetoond dat de ziekmeldingen onterecht waren en dat zij had nagelaten om de ziekmeldingen door de bedrijfsarts te laten onderzoeken. Hierdoor kon De Fenix zich niet succesvol beroepen op de vertrouwensbreuk.
De kantonrechter concludeerde dat het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst moest worden afgewezen. Daarnaast heeft de kantonrechter de werkgever veroordeeld om de verweerster binnen dertig dagen na betekening van de beschikking toe te laten tot de werkvloer, op straffe van een dwangsom. De proceskosten werden aan de werkgever opgelegd, omdat deze in het ongelijk was gesteld. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.