ECLI:NL:RBOVE:2016:1561

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
29 april 2016
Publicatiedatum
3 mei 2016
Zaaknummer
C/08/184632 / KG ZA 16-112
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Executiegeschil over opheffing van beslag en partij bij notariële akte

In deze zaak, die voor de Rechtbank Overijssel is behandeld, betreft het een kort geding waarin de eiseres, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, vordert dat het executoriaal beslag dat door de gedaagde partij, Dertien B.V., is gelegd, wordt opgeheven. De eiseres stelt dat zij geen partij is bij de notariële akte waarop het beslag is gebaseerd, en dat zij daarom niet kan worden aangesproken voor betaling van de geldsom die in de akte is opgenomen. De gedaagde partij, Dertien B.V., voert verweer en stelt dat de notariële akte ook betrekking heeft op de eiseres, omdat daarin is opgenomen dat zij mede verantwoordelijk en aansprakelijk is voor bepaalde financiële verplichtingen.

De voorzieningenrechter heeft de procedure op 29 april 2016 behandeld en geconcludeerd dat de eiseres inderdaad geen partij is bij de notariële akte. De voorzieningenrechter oordeelt dat, hoewel er mogelijk afspraken zijn gemaakt tussen de partijen, deze niet voldoende zijn vastgelegd in de notariële akte om de eiseres aan te spreken. De voorzieningenrechter heeft daarom het beslag opgeheven en Dertien B.V. veroordeeld in de proceskosten van de eiseres, die zijn begroot op € 1.223,75. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde is afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
zaaknummer / rolnummer : C/08/184632 / KG ZA 16-112
Vonnis in kort geding van 29 april 2016
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[eiseres],
gevestigd en kantoorhoudende te [vestigingsplaats] ,
eisende partij, hierna te noemen [eiseres] ,
advocaat: mr. K.J. Coenen te Enschede,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DERTIEN B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Enschede,
gedaagde partij, hierna te noemen Dertien,
Procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met producties
  • de mondelinge behandeling
  • de pleitnota van [eiseres]
  • de pleitnota van Dertien.
1.2.
Dertien heeft ter zitting een zestal producties willen indienen, waartegen [eiseres] bezwaar heeft gemaakt. De voorzieningenrechter heeft dit bezwaar gehonoreerd en de producties geweigerd.
1.3.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
Dertien heeft bij deurwaardersexploot van 29 februari 2016 aan [eiseres] laten betekenen een in executoriale vorm uitgegeven eerste grosse van een op 30 december 2015 voor mr. G. Venema, notaris te Enschede, verleden notariële akte met bijlagen, met bevel aan [eiseres] tot betaling binnen twee dagen van een totaalbedrag van € 2.536,62, alsmede met aanzegging van verdere tenuitvoerlegging bij niet voldoening.
2.2.
Bij exploot van 22 maart 2016 is aan [eiseres] een proces-verbaal betekend waaruit blijkt dat Dertien uit kracht van voornoemde notariële akte executoriaal beslag heeft gelegd onder de naamloze vennootschap ING Bank N.V.

3.Het geschil

3.1.
[eiseres] vordert de voorzieningenrechter - bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad - Dertien te verbieden de in executoriale vorm uitgegeven eerste grossen van de notariële akte van 30 december 2015 verder te executeren, alsmede alle door Dertien jegens [eiseres] gelegde beslagen op te heffen en Dertien te veroordelen het onderhavige vonnis aan alle derde beslagenen te doen betekenen binnen twee dagen na dagtekening van het vonnis, op straffe van verbeurte van een dwangsom en met veroordeling van Dertien in de kosten.
3.2.
Dertien voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen van [eiseres] .
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Naar het oordeel van de voorzieningenrechter vloeit het door [eiseres] gestelde spoedeisend belang voort uit de aard van het gevorderde.
4.2.
[eiseres] stelt zich, kort gezegd, op het standpunt dat het door Dertien gelegde executoriale derdenbeslag dient te worden opgeheven, nu [eiseres] helemaal geen partij is bij de notariële akte. De notariële akte ziet volgens [eiseres] op de levering van aandelen in [eiseres] door Dertien aan de besloten vennootschap MN Producten B.V. (hierna MN Producten). Partij bij de notariële akte zijn derhalve Dertien (in haar hoedanigheid van verkoper) en MN Producten (in haar hoedanigheid van koper). [eiseres] kan derhalve niet zomaar worden aangesproken voor betaling van een geldsom.
4.3.
Dertien stelt daarentegen dat het juist de bedoeling was om [eiseres] te kunnen aanspreken door de notariële akte, daarbij wijst zij op het feit dat in de notariële akte is opgenomen onder ‘financiële afwikkeling’ dat: “verkoper en koper hebben de financiële afwikkeling van hun beëindigde samenwerking onderling vastgelegd, welke afspraken in een Verkoper en Koper getekende bijlage aan deze akte zijn gehecht, en welke afspraken geachte worden woordelijk in deze akte te zijn opgenomen en daarvan deel uit te maken” en in de bijlage is als eerste alinea opgenomen: “voor alle in de akte incl bijlage gemaakte afspraken wordt naast MN producten B.V. (…) – hierna te noemen koper – ook [eiseres] (…) verantwoordelijk en aansprakelijk gehouden”.
Volgens Dertien ziet deze constructie op een afspraak die partijen hebben gemaakt over de loonheffingen die de bestuurder van Dertien aan de belastingdienst dient te voldoen. Partijen hadden de constructie bedacht dat de bestuurder van Dertien werkzaamheden voor [eiseres] zou verrichten, en deze via zijn holding Dertien ook aan [eiseres] zou factureren en dat [eiseres] eveneens de door de bestuurder verschuldigde loonheffingen zou betalen. Om de betaling door [eiseres] van de door de bestuurder van Dertien verschuldigde loonheffingen zeker te stellen zijn voornoemde passages opgenomen en volgens de notaris was de betaling daarvan hiermee voldoende geborgd.
4.4.
Hoewel voorshands niet geheel ondenkbaar is dat partijen inderdaad afspraken hebben gemaakt omtrent de betaling van de door de bestuurder van Dertien verschuldigde loonheffingen, neemt dit niet weg dat [eiseres] geen partij is bij de notariële akte en reeds op basis van dat gegeven de notariële akte niet ten uitvoer kan worden gelegd jegens [eiseres] . Bovendien blijkt de door Dertien gestelde afspraak onvoldoende uit de notariële akte, immers hierin is opgenomen: ‘alle verschuldigde loonheffingen en/of andere belastingen die betrekking hebben op de werkzaamheden van Verkoper (‘Dertien’) en/of de verschenen persoon onder 1 (‘bestuurder van Dertien’) voor de Vennootschap (‘ [eiseres] ’) tot en met een en dertig december tweeduizend vijftien, zijn voor rekening van Koper (MN Producten)’.
Uit het voorgaande kan hoogstens een betalingsverplichting van MN Producten worden afgeleid. Ook in samenhang met de bijlage bezien, kan er geen betalingsverplichting van [eiseres] in de akte dan wel bijlage worden gelezen. De enkele zinsnede dat [eiseres] mede aansprakelijk zal worden gehouden maakt niet dat Dertien op basis van deze notariële akte, waarbij [eiseres] dus geen partij is, op [eiseres] verhaal kan nemen.
4.5.
Gelet op het voorgaande zal de voorzieningenrechter het beslag zelf opheffen, zodat er ook geen noodzaak zal zijn een dwangsom op te leggen.
4.6.
Dertien zal als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiseres] worden begroot op:
-griffierecht € 619,00
-kosten dagvaarding 77,75
-salaris advocaat
527,00
Totaal € 1.223,75

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
heft op het executoriaal derdenbeslag dat Dertien op 21 maart 2016 ten laste van [eiseres] onder ING heeft gelegd.
5.2.
veroordeelt Dertien in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres] tot op heden begroot op € 1.223,75,
5.3.
verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.M. Verhoeven en in het openbaar uitgesproken op
29 april 2016.