ECLI:NL:RBOVE:2016:1485
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van bedrijfsinbraken te Staphorst
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 26 april 2016 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 29-jarige man, die werd verdacht van het plegen van drie bedrijfsinbraken in Staphorst tussen 28 februari en 2 maart 2015. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. Tijdens de openbare terechtzittingen op 10 november 2015 en 12 april 2016 heeft de rechtbank de vordering van de officier van justitie, mr. W. Pustjens, en de verdediging van de verdachte, vertegenwoordigd door mr. M.W.G.J. IJsseldijk, gehoord.
De tenlastelegging omvatte het wegnemen van goederen uit (bouw)containers en kantoorunits, waarbij de verdachte samen met anderen zou hebben gehandeld. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 12 maanden, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij de inbraken. De rechtbank concludeerde dat de enkele huur van een bus, waarin gestolen goederen werden aangetroffen, niet voldoende was om tot een bewezenverklaring te komen. De verdediging had een alternatief scenario geschetst waarin meerdere anderen betrokken waren.
De rechtbank verklaarde de benadeelde partij, [bedrijf 1], niet-ontvankelijk in zijn vordering, omdat de verdachte werd vrijgesproken van de feiten die tot de schade hadden geleid. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, met mr. S.M.M. Bordenga als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op 26 april 2016.