ECLI:NL:RBOVE:2016:1105

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
1 april 2016
Publicatiedatum
1 april 2016
Zaaknummer
08/770206-15 en 08/770275-15 (ttz gev.)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor straatroof en tabakszaakoverval met geweld en bedreiging

Op 1 april 2016 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met een ander een straatoverval heeft gepleegd en enkele dagen later een tabakszaak heeft overvallen. De verdachte, die lijdt aan een drugsverslaving en een psychotische stoornis, heeft de feiten gepleegd om zijn verslaving te bekostigen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 14 september 2015 in Enschede een tabakszaak heeft overvallen, waarbij hij de eigenaresse met een mes heeft bedreigd en sigaretten heeft gestolen. Daarnaast heeft hij op 11 en 12 september 2015 samen met een ander een tas met waardevolle spullen van twee slachtoffers afgenomen, waarbij ook geweld en bedreiging met geweld is gebruikt. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Tijdens de proeftijd moet de verdachte zich houden aan verschillende bijzondere voorwaarden, waaronder het verbod op drugsgebruik en verplichte behandeling voor zijn verslaving. Tevens is de verdachte veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan de slachtoffers van de overvallen.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Afdeling Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer (P): 08/770206-15 en 08/770275-15 (ttz gev.)
Datum vonnis: 1 april 2016
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedag] 1981 in [geboorteplaats] ,
wonende in [woonplaats] ,
nu verblijvende in PI Almelo, HvB De Karelskamp.
Bornsestraat 333 in Almelo.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 18 maart 2016. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. K.J.L. de Valk en van hetgeen door de verdachte en diens raadsvrouw
mr. F. Atto, advocaat te Enschede, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:een tabakszaak heeft overvallen en sigaretten heeft weggenomen terwijl hij daarbij een mes heeft getoond;
feit 2:samen met een ander, een tas met inhoud en/of mobiele telefoons heeft weggenomen, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld;
en/of
samen met een ander, door geweld of bedreiging met geweld één of meerdere personen heeft gedwongen tot afgifte van een tas met inhoud en/of mobiele telefoons.
Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte onder parketnummer 08/770206-15 dat:
hij op of omstreeks 14 september 2015 te Enschede met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een of meer pakjes sigaretten (merk Pall Mall en/of Winston), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [tabaksspeciaalzaak] en/of [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte voornoemde tabakszaak binnenkwam en/of (vervolgens) (op zeer korte afstand) een (hobby)mes, op die [slachtoffer 1] richtte en/of toonde en/of (vervolgens) zei 'geld' en/of 'maak de kassa open', en aldus een dreigende situatie voor die [slachtoffer 1] heeft gecreëerd;
en - na wijziging van de tenlastelegging - onder parketnummer 08/770275-15 dat:
hij in of omstreeks de nacht van 11 september 2015 op 12 september 2015 te Enschede,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, op/aan de openbare weg (Oosterstraat), met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een tas (merk: Porsche) (met daarin een Macbook Pro en/of paspoort) en/of een of meerdere mobiele telefoons (Apple, Iphone 5S en/of Samsung S2) en/of geld
(in totaal ongeveer 30 euro), althans enig geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s)
hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s):
- voornoemde [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] met een fiets heeft/hebben klem gereden en/of
- ( dreigend) op die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] is/zijn afgelopen en/of afgerend en/of
- die [slachtoffer 2] (daarbij) (meermalen) bij zijn jas, althans enig kledingstuk, heeft/hebben vastgepakt en/of vastgegrepen en/of (daarbij) een dreigende houding heeft/hebben aangenomen door zijn vuist(en) te heffen en/of
- die [slachtoffer 3] (met kracht) bij haar schouder(s) is/zijn vastgepakt en/of
- ( daarbij) (vervolgens) meermalen de woorden tegen die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]
heeft/hebben toegevoegd: "You have a problem. Give me the bag!" en/of "What's
your problem!? What's your problem?" en/of "Money!", althans woorden van
gelijke (dreigende aard) of strekking en/of
- ( vervolgens) (op zeer korte afstand) een mes, althans een scherp en/of
puntig voorwerp, op die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] heeft/hebben gericht en/of
getoond;
en/of
hij in of omstreeks de nacht van 11 september 2015 op 12 september 2015 te Enschede, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, op/aan de openbare weg (Oosterstraat), met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een tas (merk: Porsche) (met daarin een Macbook
Pro en/of paspoort) en/of een of meerdere mobiele telefoons (Apple, Iphone 5S en/of Samsung S2) en/of geld (in totaal ongeveer 30 euro), althans enig geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] , in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s):
- voornoemde [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] met een fiets heeft/hebben klem gereden en/of
- ( dreigend) op die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] is/zijn afgelopen en/of afgerend en/of
- die [slachtoffer 2] (daarbij) (meermalen) bij zijn jas, althans enig kledingstuk, heeft/hebben vastgepakt en/of vastgegrepen en/of (daarbij) een dreigende houding heeft/hebben aangenomen door zijn vuist(en) te heffen en/of
- die [slachtoffer 3] (met kracht) bij haar schouder(s) is/zijn vastgepakt en/of
- ( daarbij) (vervolgens) meermalen de woorden tegen die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]
heeft/hebben toegevoegd: "You have a problem. Give me the bag!" en/of "What's
your problem!? What's your problem?" en/of "Money!", althans woorden van
gelijke (dreigende aard) of strekking en/of
- ( vervolgens) (op zeer korte afstand) een mes, althans een scherp en/of
puntig voorwerp, op die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] heeft/hebben gericht en/of
getoond.

3.De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het tenlastegelegde onder parketnummer 08/770206-15 en het tenlastegelegde onder parketnummer 08/770275-15 wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 42 maanden waarvan zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarbij dienen de bijzondere voorwaarden te worden gesteld zoals vermeld in het rapport van Tactus Verslavingszorg van 16 maart 2016. Voorts dienen de civiele vorderingen van de benadeelde partijen mevrouw
[slachtoffer 1] en de tabakswinkel te worden toegewezen, met oplegging daarbij van de schadevergoedingsmaatregel.

4.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

5.De beoordeling van het bewijs

Deze paragraaf bevat het oordeel van de rechtbank over de vraag of de tenlastegelegde feiten bewezenverklaard kunnen worden of dat daarvan moet worden vrijgesproken. In het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, steunt de beslissing dat verdachte de feiten heeft begaan op de inhoud van bewijsmiddelen die als bijlage aan het vonnis zijn gehecht en daarvan op die wijze deel uitmaken. Deze bewijsmiddelen bevatten dan de redengevende feiten en omstandigheden op grond waarvan de rechtbank de overtuiging heeft gekregen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
5.1
Parketnummer 08/770206-15
5.2
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van het tenlastegelegde en daartoe de bewijsmiddelen opgesomd en toegelicht.
Hoewel verdachte de hem tenlastegelegde diefstal met geweld tegenover de rechtbank heeft bekend, heeft hij volgens zijn verklaring ter terechtzitting niet tegen aangeefster gezegd dat zij de kassa moest openen en dat hij geld wilde hebben.
De raadsvrouw van verdachte heeft zich – overeenkomstig de inhoud van de door haar aan de rechtbank overgelegde schriftelijke pleitnota – met betrekking tot de feiten gerefereerd en zich beperkt tot een strafmaatverweer.
5.3
De bewijsoverwegingen van de rechtbank
Aangeefster heeft bij de politie onder meer verklaard dat zij op 14 september 2015 in Enschede een jongeman in haar tabakswinkel zag staan op een plek waar hij niet hoorde te zijn en tegen hem zei: “ik weet niet wat je daar in je rugzak hebt, maar je haalt het eruit”. De jongeman deed daarop een stap naar voren in haar richting en ging een halve meter voor haar staan terwijl hij met een mes in haar richting wees. Terwijl hij met het mes voor haar stond zei verdachte volgens aangeefster ”openmaken kassa, geld” of woorden van die strekking.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij die dag gewapend met een mes de tabakswinkel van aangeefster is binnengegaan waarbij hij op korte afstand een mes op aangeefster heeft gericht. Tijdens deze overval heeft verdachte naar eigen zeggen twee pakjes sigaretten weggenomen. Verdachte ontkent dat hij tegen aangeefster gezegd zou hebben ‘geld’ en ‘maak de kassa open’.
Gelet op de verklaring van aangeefster, in onderling verband en samenhang bezien met de bekennende verklaring van verdachte zelf, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld. Nu de rechtbank geen enkele aanleiding heeft om te twijfelen aan de verklaring van aangeefster, acht zij ook het bestanddeel “en vervolgens ‘geld’ en ‘maak de kassa open” wettig en overtuigend bewezen.
5.4
Parketnummer 08/770275-15
De rechtbank is evenals de officier van justitie van oordeel dat verdachte het onder parketnummer 08/770275-16 als eerste en als tweede cumulatief tenlastegelegde heeft gepleegd.
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank – nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit – zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
  • het proces-verbaal van de terechtzitting van 18 maart 2016, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering (Sv);
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] van 12 september 2015, pagina 11 t/m 13;
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] van 12 september 2015, pagina 17 t/m 19.
5.5
De conclusie
De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen dat verdachte de tas met inhoud van [slachtoffer 2] heeft weggenomen en [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] heeft gedwongen hun telefoons af te geven, en dus dat verdachte het onder parketnummer 08/770206-15 en het onder parketnummer 08/770275-15 als eerste en het als tweede cumulatief tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
parketnummer 08/770206-15
hij op 14 september 2015 te Enschede met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen pakjes sigaretten, toebehorende aan [tabaksspeciaalzaak] en/of [slachtoffer 1] , welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte voornoemde tabakszaak binnenkwam en vervolgens op zeer korte afstand een mes op die [slachtoffer 1] richtte en vervolgens zei 'geld' en 'maak de kassa open', en aldus een dreigende situatie voor die [slachtoffer 1] heeft gecreëerd;
parketnummer 08/770275-15, als eerste
hij in de nacht van 11 september 2015 op 12 september 2015 te Enschede, tezamen en in vereniging met een ander, op/aan de openbare weg (Oosterstraat), met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een tas (merk: Porsche) (met daarin een Macbook Pro en paspoort) toebehorende aan [slachtoffer 2] , welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededader hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader:
- voornoemde [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] met een fiets heeft/hebben klem gereden en
- dreigend op die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] is/zijn afgelopen en
- die [slachtoffer 2] daarbij bij zijn jas, heeft/hebben vastgepakt en daarbij een dreigende houding heeft/hebben aangenomen door zijn vuist te heffen en
- die [slachtoffer 3] met kracht bij haar schouder(s) heeft/hebben vastgepakt en
- daarbij vervolgens meermalen de woorden tegen die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]
heeft/hebben toegevoegd: "You have a problem. Give me the bag!" en "What's
your problem!? What's your problem?" en "Money!", en
- vervolgens op zeer korte afstand een mes op die [slachtoffer 3] heeft/hebben gericht ;
en als tweede
hij in de nacht van 11 september 2015 op 12 september 2015 te Enschede, tezamen en in vereniging met een ander, op/aan de openbare weg (Oosterstraat), met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] heeft gedwongen tot de afgifte van mobiele telefoons (Apple, Iphone 5S en Samsung S2) en geld (in totaal 30 euro), toebehorende die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] , welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte en/of zijn mededader:
- voornoemde [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] met een fiets heeft/hebben klem gereden en
- dreigend op die [slachtoffer 2] die [slachtoffer 3] is/zijn afgelopen en
- die [slachtoffer 2] daarbij meermalen bij zijn jas, heeft/hebben vastgepakt en daarbij een dreigende houding heeft/hebben aangenomen door zijn vuist te heffen en
- die [slachtoffer 3] met kracht bij haar schouders heeft/hebben vastgepakt en
- daarbij vervolgens meermalen de woorden tegen die [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]
heeft/hebben toegevoegd: "You have a problem. Give me the bag!" en/of "What's
your problem!? What's your problem?" en/of "Money en
- vervolgens op zeer korte afstand een mes, op die [slachtoffer 3] heeft/hebben gericht.
De rechtbank heeft de in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte onder parketnummer 08/770206-15 en het onder parketnummer 08/770275-15, als eerste en als tweede, meer of anders is tenlastegelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

6.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld bij de artikelen 310, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
parketnummer 08/770206-15
het misdrijf: diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld of bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken;
parketnummer 08/770275-15
als eerste, het misdrijf: diefstal voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld of bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf of andere deelnemers van het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
en als tweede, het misdrijf: afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

7.De strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

8.De op te leggen straf of maatregel

8.1
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van de verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. Ook neemt de rechtbank de volgende factoren in aanmerking.
Verdachte heeft, samen met een ander, een straatoverval gepleegd en onder de bedreiging met een mes een tas met inhoud weggenomen. Ook heeft hij de slachtoffers gedwongen hun telefoons af te geven. Enige dagen later heeft verdachte een tabakszaak overvallen, waarbij hij de eigenaresse heeft bedreigd met een mes en waarbij hij sigaretten heeft buit gemaakt.
Gebeurtenissen als deze behoren tot een categorie strafbare feiten die ernstig inbreuk maken op de rechtsorde. Dat verdachte uit was op geld om zijn drugsverslaving te bekostigen en niet heeft stilgestaan bij de angst die hij teweeg heeft gebracht bij de slachtoffers, is hem ernstig aan te rekenen. De rechtbank heeft in dit verband mede gelet op de slachtofferverklaring van de eigenaresse van de tabakszaak waaruit blijkt dat de overval een grote impact op haar heeft gehad en zij nog steeds last heeft van stress en nachtmerries. Temeer omdat zij en haar inmiddels overleden echtgenoot eerder in 2002 ook al eens slachtoffer zijn geweest van een gewapende overval waarbij destijds veel geweld is gebruikt.
Wat betreft de strafmodaliteit en de hoogte van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van de bewezenverklaarde feiten in verhouding tot andere strafbare feiten, die tot uitdrukking komen in de wettelijke strafmaxima en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS) heeft voor de categorie overval op een winkel met licht geweld/bedreiging, waar in de onderhavige zaak sprake van is, als oriëntatiepunt een gevangenisstraf voor de duur van twee jaar onvoorwaardelijk vastgesteld. Voor de categorie straatroof met licht geweld of verbale bedreiging geldt als oriëntatiepunt een gevangenisstraf voor de duur van zes maanden, waarbij bedreiging met een steekwapen, zoals in beide zaken het geval is, als een strafvermeerderende factor wordt aangemerkt.
Over verdachte is door mr. drs. R.A. Sterk, psycholoog op 15 maart 2016 een Pro Justitia rapportage opgemaakt. Uit dit rapport komt naar voren dat bij verdachte sprake is van een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de vorm van een psychotische stoornis niet anderszins omschreven (NAO), een cocaïne en een cannabisafhankelijkheid. Voorts is er sprake van een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens in de vorm van intellectuele capaciteiten op zwakbegaafd niveau en van een persoonlijkheid met antisociale trekken. Verdachtes beperkte intellectuele capaciteiten brengen met zich mee dat hij complexe situaties, alsmede de consequenties van zijn eigen handelen, niet goed overziet. Dit laatste brengt met zich mee dat hij in situaties van verhoogde innerlijke onrust geen goede en weloverwogen beslissingen kan nemen. Voorts is de gewetensfunctie enigszins lacunair en werpt deze in onvoldoende mate een drempel op tegen grensoverschrijdend en crimineel gedrag. Verdachte moet in staat worden geacht om de wederrechtelijkheid van de tenlastegelegde feiten in te kunnen zien. Hij kan echter niet goed in staat worden geacht om zijn wil overeenkomstig bovengenoemd inzicht geheel in vrijheid te kunnen bepalen. De psycholoog heeft daarom geadviseerd om verdachte als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar te beschouwen, welke conclusie de rechtbank overneemt en tot de hare maakt. De psycholoog acht behandeling geïndiceerd welke gericht dient te zijn op de middelenproblematiek van verdachte en ook op zijn psychotische stoornis NAO. Een dergelijke behandeling zou in aanvang klinisch kunnen zijn, waarbij verdachte ook goed op medicatie wordt ingesteld met betrekking tot zijn psychotische stoornis. Voorts is van belang dat verdachte een dagbesteding krijgt aangeboden omdat hij onvoldoende in staat is om zelfstandig vorm te geven aan zijn leven en hij bij gebrek aan een goede dagbesteding snel terugvalt in zijn oude gebruikersgedrag. Hoewel de kans op een succesvol behandelverloop niet al te rooskleurig dient te worden ingeschat, wordt de rechtbank geadviseerd voornoemde behandeling op te leggen.
In verband met de in het kader van een eventueel voorwaardelijk strafdeel te stellen bijzondere voorwaarden heeft mevrouw J. Busscher, reclasseringswerker bij Tactus Verslavingszorg, in overleg met de psycholoog, op 16 maart 2016 een reclasseringsadvies uitgebracht.
Gelet op de ernst van de feiten, mede in aanmerking nemende de impact die de berovingen op de slachtoffers heeft gehad, acht de rechtbank een vrijheidsbenemende straf van aanmerkelijke duur passend en geboden. De rechtbank ziet in de persoonlijke omstandigheden van verdachte reden om de door de officier van justitie geëiste straf enigszins te matigen, waarbij de rechtbank rekening heeft gehouden met het feit dat verdachte niet eerder voor gewelddadige feiten als deze is veroordeeld en hij als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar dient te worden beschouwd. Ook heeft de rechtbank op de voet van artikel 63 Sr bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de door de politierechter in de rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle opgelegde straf op
24 september 2015. Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat aan verdachte een gevangenisstraf voor de duur van dertig maanden moet worden opgelegd. De rechtbank zal daarvan zes maanden voorwaardelijk doen zijn om de door de deskundigen geadviseerde bijzondere voorwaarden aan verdachte te kunnen stellen. Dit in de hoop verdachte ervan te weerhouden zich in de toekomst opnieuw aan het plegen van strafbare feiten schuldig te maken. Gelet op de ernst van de feiten en de hardnekkige psychische- en middelenproblematiek bij verdachte, zal de rechtbank de proeftijd bepalen op drie jaren.

9.De schade van benadeelden

9.1
De vordering van de benadeelde partij
Mevrouw [slachtoffer 1] , wonende te [woonplaats] , heeft zich voorafgaand aan het onderzoek op de zitting, op de wettelijk voorgeschreven wijze als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert veroordeling van de verdachte tot betaling van in totaal € 1.894,15, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd. Deze schade bestaat uit de volgende posten:
  • oxazepam/PCM-codeïne € 45,48
  • kosten fysiotherapie € 530,75
  • kosten dierenarts € 35,01
  • parkeerbon gesprek SHN € 5,--
  • parkeerbon zitting € 5,--
  • reiskosten zitting € 16,91
  • immateriële schade van € 1.250,--.
Dit is gevorderd als “voorschot”. De rechtbank begrijpt dit als een vordering tot schadevergoeding van slechts een deel van de geleden schade. De benadeelde partij behoudt zich kennelijk het recht voor een ander deel van de schade buiten het strafgeding van verdachte te vorderen.
Ook heeft de benadeelde partij gevraagd een schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
Naar het oordeel van de rechtbank is de benadeelde partij in haar vordering ontvankelijk en is de vordering deels gegrond. Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat de verdachte door het bewezenverklaarde feit onder parketnummer 08/770206-15 rechtstreeks schade heeft toegebracht aan het slachtoffer. De opgevoerde schadeposten zijn voldoende onderbouwd en aannemelijk, met uitzondering van de post ‘dierenarts’ waar naar het oordeel van de rechtbank geen sprake is van rechtstreekse schade. Anders dan de raadsvrouw is de rechtbank van oordeel dat het de benadeelde vrij staat gemaakte kosten voor fysiotherapie niet bij haar verzekeraar, maar bij verdachte te claimen. De rechtbank zal het gevorderde daarom tot een bedrag van € 1.859,14 toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum waarop het strafbare feit is gepleegd en voor een bedrag van € 35,01 afwijzen. Daarnaast zal de rechtbank verdachte veroordelen tot betaling van de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt of zal maken voor rechtsbijstand en de executie van dit vonnis.
9.2
De schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank zal hierbij de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien de verdachte jegens het slachtoffer naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het onder parketnummer 08/770206-15 bewezenverklaarde feit is toegebracht.
9.3
De vordering van de benadeelde partij
Namens de rechtspersoon [tabaksspeciaalzaak] in Enschede, heeft mevrouw [slachtoffer 1] zich voorafgaand aan het onderzoek op de zitting, op de wettelijk voorgeschreven wijze als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert veroordeling van de verdachte tot betaling van in totaal € 383,51, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd. Deze schade bestaat uit de volgende posten:
  • gestolen sigaretten € 133,83
  • opruimwerkzaamheden € 50,--
  • herstelkosten kassa € 145,20
  • tegemoetkoming opname verlofuren € 54,48.
Dit is gevorderd als “voorschot”. De rechtbank begrijpt dit als een vordering tot schadevergoeding van slechts een deel van de geleden schade. De benadeelde partij behoudt zich kennelijk het recht voor een ander deel van de schade buiten het strafgeding van verdachte te vorderen.
Ook heeft de benadeelde partij gevraagd een schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
Naar het oordeel van de rechtbank is de benadeelde partij in haar vordering ontvankelijk en is de vordering gegrond. Door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling op de terechtzitting is komen vast te staan dat de verdachte door het onder parketnummer 08/770206-15 bewezenverklaarde feit rechtstreeks schade heeft toegebracht aan het slachtoffer. De opgevoerde schadeposten zijn voldoende onderbouwd en aannemelijk. De rechtbank ziet geen enkele aanleiding om te twijfelen aan de verklaring van aangeefster dat verdachte 21 pakjes sigaretten heeft gestolen. Gelet op het feit dat verdachte naar eigen zeggen “heeft geprobeerd om de kassa open te maken” ziet de rechtbank voldoende aanleiding aannemelijk te achten dat de kassa in verband daarmee niet meer naar behoren functioneerde en moest worden gerepareerd. De rechtbank zal het gevorderde daarom toewijzen tot een bedrag van € 383,51, te vermeerderen met de van rechtswege verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum waarop het strafbare feit is gepleegd. Daarnaast zal de rechtbank verdachte veroordelen tot betaling van de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt of zal maken voor rechtsbijstand en de executie van dit vonnis.
9.4
De schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank zal hierbij de maatregel als bedoeld in artikel 36f Sr opleggen, aangezien de verdachte jegens het slachtoffer naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door het onder parketnummer 08/770206-15 bewezenverklaarde feit is toegebracht.

10.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 27, 36f en 57 Sr.

11.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
  • verklaart bewezen, dat verdachte het onder parketnummer 08/770206-15 en het onder parketnummer 08/770275-15 als eerste en als tweede tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
  • verklaart niet bewezen wat aan verdachte het onder parketnummer 08/770206-15 en het onder parketnummer 08/770275-15 als eerste en als tweede meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid
  • verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
parketnummer 08/770206-15
het misdrijf: diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld of bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken.
parketnummer 08/770275-15
als eerste, het misdrijf: diefstal voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld of bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf of andere deelnemers van het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezig van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
en als tweede, het misdrijf: afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder parketnummer 08/770206-15 en het onder parketnummer 08/770275-15 als eerste en als tweede bewezenverklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstraf van dertig (30) maanden, waarvan
zes (6) maanden voorwaardelijkmet een
proeftijd van drie jaren;
- bepaalt dat het voorwaardelijke deel van de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast:
- omdat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- omdat de veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of omdat de veroordeelde geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden;
- omdat de veroordeelde geen medewerking aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14d, tweede lid, Sr heeft verleend, medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- omdat de veroordeelde tijdens de proeftijd de bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd;
- stelt als
bijzondere voorwaardedat de veroordeelde zich binnen drie werkdagen telefonisch moet melden bij Tactus reclassering te Enschede op telefoonnummer
088 - 38 22 887. Hierna moet veroordeelde zich blijven melden zo frequent en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
  • stelt als
  • stelt als
De veroordeelde dient mee te werken, indien geïndiceerd, aan een kortdurende klinische opname ten behoeve van crises, detoxificatie, stabilisatie, observatie en/of diagnostiek welke kan plaatsvinden binnen een ambulant behandeltraject. Deze time-outplaatsing duurt zolang als nodig is om veroordeelde op verantwoorde en veilige wijze terug te laten keren naar de omstandigheden voorafgaand aan de time-out, doch maximaal twee keer zeven (7) weken. Veroordeelde dient zich hierbij te houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die opname door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven;
  • stelt als
  • stelt als
  • stelt als
  • draagt deze reclasseringsinstelling op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
  • bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;

schadevergoeding

  • veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij mevrouw [slachtoffer 1] van een bedrag van € 1.859,14, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 14 september 2015;
  • veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
  • legt de
  • bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij voor het overige, te weten € 35,01 af.
schadevergoeding
  • veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [tabaksspeciaalzaak] van een bedrag van € 383,51, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 14 september 2015;
  • veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
  • legt de
  • bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
Dit vonnis is gewezen door mr. H. Stam, voorzitter, mr. M.A.H. Heijink en
mr. M. van Bruggen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.A. Krooshof, griffier,
en is in het openbaar uitgesproken op 1 april 2016.
Buiten staat
Mr. Van Bruggen is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de politie eenheid Oost, district Twente, overvallenteam met nummer 2015450904. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Parketnummer 08/77206-15
1. De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 maart 2016, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Het klopt dat ik op 14 september 2015 in Enschede gewapend met een mes een tabakswinkel binnen ben gegaan en de eigenaresse heb gedreigd met geweld door op korte afstand een mes op haar te richten. Ik heb twee pakjes sigaretten in mijn broekzak gedaan. Ik heb geprobeerd om de kassa open te maken maar dat is niet gelukt. Ik heb toen nog vier pakjes sigaretten of zo meegenomen en ben de stad ingelopen.
2. Het proces-verbaal van verhoor aangeefster van 14 september 2015 (p. 8-11), voor zover inhoudende, als verklaring van aangeefster [slachtoffer 1] :
Ik ben eigenaresse van een [tabaksspeciaalzaak] gevestigd aan de [adres]
te Enschede. (…) Op maandag 14 september omstreeks 15.50 uur zat ik aan de eettafel in de keuken van mijn woning. (…) Toen ik daar dus aan de tafel zat ging de winkelbel. Die bel gaat als er een klant binnenkomt. Ik stond op en liep naar de winkel. Tussen het moment dat ik die bel hoorde en dat ik door de tussendeur in de winkel kwam zaten hooguit 5 a 6 seconden. Ik zag tussen het Lotto apparaat en het schap, links van mij dus, een knaap staan.
Hij stond op een plek waar hij niet hoort. Ik zag een rugzakje wat laag op zijn rug hangen, daar was hij in aan het wroeten. Ik zei toen: "Ik weet niet wat je daar in de zak hebt maar je haalt het eruit". Hii deed toen een stap naar voren in de richting van mij en ineens zag ik dat hij in zijn rechterhand een mes in zijn hand had. Het was een grijsblauw hobbymes, zo'n smal mesje waarvan je de mesjes van afbreekt. (…) De afstand tussen die man en mij is dan ongeveer een halve meter, hij stond heel kort op mij. De overvalknop is dan buiten mijn bereik, ik kon daar niet bij. Hij had het mes voor zich uit maar zijn arm was niet helemaal voor zich uit gestrekt. Hij had zijn ellenboog tegen zijn zij en de onderarm recht vooruit.
Toen ik hem zo zag met dat mes voor me ging er van alles door mij heen, dit heeft
heel veel indruk op me gemaakt het bracht weer herinneringen naar boven. Ik dacht:
"Niet nog een keer". We zijn namelijk eerder overvallen. Noot verbalisant: Aangeefster wordt emotioneel en moet huilen. Ik vond het erg dreigend, ik had het idee dat hij me wat aan zou doen als ik niet zou doen wat hij zei. Toen hij met dat mes voor me stond zei hij dat de kassa open moest en hij zei: "geld". Ik weet niet meer precies wat en hoe hij het zei. Dat zei hij wel op een dreigende toon, zo kwam het om mij over. (…) Toen ben ik via de tussendeur mijn woonkamer in gegaan. Ik heb direct die deur op slot gedaan met één(1) slot. Eén(1) seconde later heb ik die deur weer van het slot gedaan en toen heb ik de deur op een
kiertje gedaan om te kijken. Ik zag hem op de kassatoetsen aan het timmeren, hij was
er echt op aan het slaan was bedoel ik. Hij was in het wilde weg op de kassatoetsen
aan het rammen om die te kunnen openen. Ik zag ook dat hij aan de sleutel van de
kassa zat. (…) Volgens mij is er een stapel Winston sigaretten weggenomen. Het aantal is me onbekend. Die stonden op de plank vlakbij waar hij eerst stond bij het Lotto apparaat. Volgens mij is er ook Marlboro click Gold weg maar dat weet ik (nog) niet zeker. (…)
Ik heb zelf de camerabeelden nadien ook nog bekeken. (…) Ik stel de
beelden beschikbaar voor het onderzoek.(…)