4.1De rechtbank stelt vast dat het op grond van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo, voor zover hier van belang, verboden is zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan.
Op grond van artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, sub 2°, van de Wabo kan de omgevingsvergunning, voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, slechts worden verleend indien de activiteit in strijd is met het bestemmingsplan in de bij het Bor aangewezen gevallen.
Ingevolge artikel 4, eerste lid, aanhef en onder 9, van Bijlage II van het Bor, komt voor verlening van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, aanhef en onder c, van de wet waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, sub 2°, van de wet van het bestemmingsplan wordt afgeweken, in aanmerking het in strijd met de bestemming gebruiken van gebouwen.
Tussen partijen is niet in geschil dat het gebruik van de woning aan de [adres] te Enschede als erotische massagesalon in strijd is met het bestemmingsplan.
De rechtbank stelt voorop dat de beslissing om het gebruik in strijd met het bestemmingsplan toe te staan een discretionaire bevoegdheid is van verweerder, zodat de rechtbank zich bij toetsing moet beperken tot de vraag of verweerder in redelijkheid tot het desbetreffende besluit heeft kunnen komen. De rechtbank beoordeelt of verweerder in redelijkheid, met inachtneming van alle betrokken belangen en de ruimte die verweerder bij de afweging van die belangen heeft, de omgevingsvergunning voor de erotische massagesalon heeft kunnen verlenen mits dit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.
De rechtbank overweegt dat ingevolge vaste rechtspraak bij de beoordeling of een omgevingsvergunning dient te worden verleend, de aanvraag zoals die is ingediend het uitgangspunt vormt De rechtbank is dan ook van oordeel dat verweerder zich terecht op het standpunt stelt dat slechts is beoordeeld of een erotische massagesalon kon worden vergund.
Hierbij heeft verweerder zich op het standpunt kunnen stellen dat het gemeentelijk beleid van artikel 4 van de Bijlage II van het Bor weliswaar niet van toepassing is op gebruik van bouwwerken binnen de bebouwde kom, zoals benoemd in artikel 4, negende lid, van het Bor, maar dat hij bij de planologische afweging andere beleidstukken kan betrekken. Nu een erotische massagesalon onder de in artikel 47 van het bestemmingsplan “Enschede Noord” opgenomen definitie van een seksinrichting valt, is de rechtbank van oordeel dat verweerder ter beoordeling van de ruimtelijke inpasbaarheid, aansluiting heeft kunnen zoeken bij de in het door de gemeenteraad vastgestelde het prostitutiebeleid neergelegde vestigingscriteria voor privé-huizen, seksclubs en thuiswerksters.
Daarbij stelt de rechtbank vast dat verweerder bevoegd is om uitvoering te geven aan dit door de gemeenteraad vastgestelde beleid.
Voor zover eiser heeft gesteld dat niet wordt voldaan aan het criterium dat binnen een loopafstand van 100 meter van de plaats waar de vestiging is beoogd geen scholen, peuterzalen, crèches of religieuze gebouwen aanwezig of gepland mogen zijn, heeft verweerder zich naar het oordeel van de rechtbank terecht op het standpunt gesteld dat deze bepaling slechts dient ter bescherming van de daarin genoemde doelgroep en niet ter bescherming van eisers belang. Gelet hierop kan het betoog van eiser op dit punt, wat hier verder ook van zij, ingevolge het in artikel 8:69a van de Awb neergelegde relativiteitsvereiste, niet leiden tot vernietiging van het besluit.
Ook overigens is de rechtbank niet gebleken dat het plan niet voldoet aan de negen in dat prostitutiebeleid opgenomen criteria.
De rechtbank stelt evenwel vast dat in de aanvraag en de daarop verleende omgevingsvergunning niet nader is omschreven wat onder een erotische massagesalon wordt verstaan. Nu evenmin in het bestemmingsplan of in het prostitutiebeleid is omschreven wat exact onder een erotische massagesalon wordt verstaan, is de rechtbank van oordeel dat het besluit op dit punt onvoldoende is gemotiveerd. Onduidelijk is in hoeverre een erotische massagesalon is te onderscheiden van de andere exploitatievormen die in de in artikel 1, onder 47 van het bestemmingsplan “Enschede-Noord” opgenomen definitie van seksinrichting, worden genoemd, hetgeen tot een handhavingsprobleem zou kunnen leiden.