ECLI:NL:RBOVE:2015:5834

• Datum uitspraak: 19 november 2015
• Publicatiedatum: 15 juni 2016
• Zaaknummer: 4380243 WM VERZ 15-1468
• Instantie: Rechtbank Overijssel
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: F. Koster
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Beroep tegen parkeerboete met bijzondere omstandigheden en matiging van sanctie tot nihil

In de Mulder beroepszaak met zaaknummer 4380243 WM VERZ 15-1468 heeft betrokkene, woonachtig aan [adres] in [woonplaats], beroep ingesteld tegen een parkeerboete van € 90,- die hem was opgelegd. De boete was het gevolg van het parkeren van zijn voertuig op 18 september 2014 om 16.08 uur aan de Julianastraat in Dedemsvaart, waar hij geen zichtbare parkeerschijf achter de voorruit had geplaatst. Betrokkene betwist de boete en stelt dat er bijzondere omstandigheden waren die hem verhinderden om zich aan de parkeereisen te houden. Hij voert aan dat de verkeerstekens niet aan de wettelijke eisen voldoen, omdat het bord dat de parkeerschijfzone aangeeft, niet zichtbaar was door vrachtwagens die het zicht belemmerden. Daarnaast stelt hij dat de blauwe streep op de weg, die aangeeft waar parkeren met een parkeerschijf is toegestaan, niet de vereiste breedte van 10 cm heeft, maar slechts 6,2 cm, waardoor deze niet opvalt naast de bredere grijze streep die de rijbanen scheidt.

Tijdens de zitting op 19 november 2015, geleid door kantonrechter F. Koster, werd betrokkene de gelegenheid gegeven om zijn standpunt mondeling toe te lichten. De officier van justitie, vertegenwoordigd door W. ter Horst, stelde dat het beroep ongegrond verklaard moest worden. De kantonrechter oordeelde echter dat het beroep ontvankelijk was, aangezien betrokkene tijdig in beroep was gegaan en zekerheid had gesteld. De kantonrechter erkende de bijzondere omstandigheden die betrokkene aanvoerde en concludeerde dat de overtreding weliswaar was vastgesteld, maar dat de omstandigheden waaronder deze was gepleegd, de sanctie rechtvaardigden. Daarom verklaarde de kantonrechter het beroep deels gegrond en matigde de sanctie tot nihil. De beslissing werd vastgelegd in een proces-verbaal, en betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden.

Uitspraak

proces-verbaal

tevens aantekening mondelinge beslissing wahv

RECHTBANK OVERIJSSEL

Afdeling Strafrecht - zittingsplaats Zwolle

zaaknummer : 4380243 WM VERZ 15-1468

CJIB-nummer : [CJIB-nummer]

In de Mulder beroepszaak met het hierboven genoemde zaaknummer heeft

[betrokkene] ,

[adres] ,

[woonplaats] ,

het beroepschrift ingediend tegen de beslissing van de officier van justitie. Op de openbare zitting van 19 november 2015 heeft mr. F. Koster, kantonrechter, bijgestaan door P.A. Feenstra als griffier, partijen de gelegenheid gegeven hun standpunt mondeling toe te lichten.

Betrokkene is verschenen en licht zijn standpunt mondeling toe.

De officier van justitie, op de zitting vertegenwoordigd door W. ter Horst, staat op het standpunt dat het beroep ongegrond moet worden verklaard.

De kantonrechter stelt vast dat het beroep ontvankelijk is: betrokkene is op tijd in beroep gegaan en heeft zekerheid gesteld.

Betrokkene is een sanctie van € 90,- opgelegd, omdat hem als houder van kenteken [kenteken] wordt verweten dat het betreffende motorvoertuig op 18 september 2014 om 16.08 uur bij een blauwe streep stond geparkeerd aan de Julianastraat in Dedemsvaart ter hoogte van nummer 30 zonder een duidelijk zichtbare parkeerschijf achter de voorruit met aangegeven begintijd. Betrokkene is in beroep gegaan, omdat hij zich op het standpunt stelt dat er sprake is van bijzondere omstandigheden. De wegbeheerder heeft de verkeerstekens zodanig op de weg aangebracht, dat deze niet voldoen aan de eisen, waardoor van de weggebruiker niet kan worden verwacht dat hij zich daaraan houdt. Het bord om de zone voor parkeren met parkeerschijf aan te geven heeft betrokkene niet gezien, omdat het aan het zicht werd onttrokken door vrachtwagens. De feiten die de verbalisant in het (eerste) aanvullend proces-verbaal stelt, betwist betrokkene niet, maar de verbalisant geeft ook geen antwoord op de cruciale vragen. Het ondersteunt juist de visie van betrokkene dat de parkeersituatie voor automobilisten onduidelijk is. De op de weg aangebrachte streep, die blauw zou moeten zijn, maar blauw/paars is, is niet de vereiste 10 cm breed, maar 6,2 cm, die niet opvalt naast de bredere dondergrijze streep om in de ‘shared space’ de rijbanen te (onder)scheiden van het deel voor het overige verkeer.

De kantonrechter overweegt als volgt. De overtreding is komen vast te staan. Betrokkene doet echter terecht een beroep op de bijzondere omstandigheden waaronder hij die heeft gepleegd: de blauwe streep die wettelijk 10 cm breed moet zijn, is te smal en daarnaast niet goed zichtbaar naast de grijze band in de bestrating. De kantonrechter zal daarom het beroep deels gegrond verklaren en de sanctie matigen tot nihil.

Beslissing

De kantonrechter:

- verklaart het
beroep gedeeltelijk gegrond ;

-
vernietigt de
beslissing van de officier van justitie;

-
wijzigt de
beschikking waarbij de
sanctie is opgelegd;

-
verlaagt de
sanctie tot
€ 0,- .

Waarvan proces-verbaal,

de griffier, de kantonrechter,

Bent u het met de beslissing op uw beroep niet eens, dan kunt u binnen zes weken na de hieronder vermelde datum van toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, maar alleen indien:

a. de bij deze beslissing opgelegde administratieve sanctie meer dan € 70,00 bedraagt, of

b. het beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat de zekerheid niet (tijdig) is gesteld.

Het beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Overijssel afdeling straf, locatie Zwolle en dient door degene die beroep heeft ingesteld of door zijn gemachtigde te zijn ondertekend. De procedure bij het gerechtshof in Leeuwarden verloopt geheel schriftelijk, tenzij in het beroepschrift uitdrukkelijk om een zitting wordt gevraagd waarop u uw standpunt mondeling wilt toelichten.

Datum verzending: