Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- het tussenvonnis van 17 juni 2015
- de akte van de Bank
- de antwoordakte.
2.De verdere beoordeling
in conventie
€ 871.578,16 ter zake van de opbrengst van de registergoederen is ontvangen. Voormeld bedrag van € 250.000,- is bij de notaris in depot gehouden in verband met een terugbetalingsverplichting van de Bank aan de koper van € 5.000,- per week dat de woning van Lenters - zijnde een onderdeel van de registergoederen - na 24 februari 2014 niet ontruimd zou zijn en van € 5.000,- per dag dat de woning van Lenters na 1 april 2014 niet ontruimd zou zijn. De registergoederen zijn op 31 maart 2014 opgeleverd aan de koper van de registergoederen, zodat van het depot van € 250.000,- uiteindelijk € 225.000,- vermeerderd met € 295,73 rente aan de Bank is uitgekeerd. Op de opbrengst van de registergoederen van (€ 871.578,16 + € 225.295,73=) € 1.096.873,89 heeft de Bank vervolgens een bedrag van € 207.500,- in mindering gebracht uit hoofde van haar vordering op Lenters in verband met de financiering van de woning. Aldus resteert een totaalopbrengst van € 889.373,89.
9.633,00(3,0 punten × tarief € 3.211,00)