Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[verzoeker 1] , en [verzoeker 2] , te Weerselo, verzoekers,
het college van burgemeester en wethouders van Dinkelland, verweerder.
[derde partij], te Weerselo,
Rechtbank Overijssel
Op 5 november 2015 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot de openstelling van de Weerselose markt op zondag. De verzoekers, bewoners van Weerselo, stelden dat de omgevingsvergunning voor de zondagmarkt niet verleend had mogen worden zonder een goede ruimtelijke onderbouwing. Sinds juni 2015 zijn er vijf zondagmarkten gehouden, maar de verzoekers hebben niet aangetoond dat de ervaren overlast hen eerder heeft doen besluiten om een voorlopige voorziening te vragen. De gemeente Dinkelland heeft inmiddels een ruimtelijke onderbouwing opgesteld en stelt dat er vanuit het oogpunt van ruimtelijke ordening geen bezwaren zijn tegen de marktactiviteiten op zondag.
De voorzieningenrechter heeft op 29 oktober 2015 de zaak behandeld. De verzoekers waren aanwezig met hun gemachtigde, terwijl de gemeente werd vertegenwoordigd door J.M.A. Engelbertink en F.M.J. Engbers-Poort. De derde partij, vergunninghouder van de omgevingsvergunning, was ook aanwezig met hun gemachtigde. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen spoedeisend belang was voor het treffen van een voorlopige voorziening, aangezien de verzoekers niet hebben aangetoond dat de overlast hen eerder heeft doen besluiten om een verzoek in te dienen. Bovendien heeft de vergunninghouder een ruimtelijke onderbouwing gepresenteerd, waardoor de voorzieningenrechter geen reden zag om aan te nemen dat het geconstateerde gebrek niet gerepareerd kon worden.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, met de overweging dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. W.R.H. Lutjes, in aanwezigheid van griffier M.W. Hulsman. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.