In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 28 oktober 2015 uitspraak gedaan over de evenementenvergunning die de gemeente Haaksbergen had verleend voor het evenement 'Auto- en motorsportief', dat op 28 september 2014 plaatsvond. Tijdens dit evenement vond een tragisch ongeval plaats waarbij een monstertruck het publiek inreed, wat resulteerde in drie doden en 28 gewonden. De rechtbank oordeelde dat de gemeente bij het verlenen van de vergunning geen adequate risico-inschatting had gemaakt en dat er geen duidelijk beeld was van de risico's die de stunt met de monstertruck met zich meebracht. De rechtbank stelde vast dat de vergunning onterecht was afgegeven, omdat de gemeente niet had voldaan aan de zorgplicht om de veiligheid van de bezoekers te waarborgen.
De rechtbank behandelde het beroep van eisers, waaronder de weduwe en kinderen van een van de slachtoffers, die zich niet ontvankelijk verklaard voelden in hun bezwaar tegen de vergunning. De rechtbank oordeelde dat de eisers, als direct betrokkenen bij het ongeval, wel degelijk belanghebbenden waren en dat hun bezwaar ontvankelijk had moeten worden verklaard. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van de gemeente en herroept het primaire besluit, waarbij de evenementenvergunning werd verleend. Tevens werd de gemeente veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten en het griffierecht aan de eisers.
Deze uitspraak benadrukt de noodzaak voor gemeenten om bij het verlenen van evenementenvergunningen zorgvuldig te werk te gaan en om de veiligheid van bezoekers serieus te nemen. De rechtbank concludeerde dat de gebreken in de besluitvorming niet konden worden hersteld en dat de vergunning niet in stand kon blijven.