V. Wat deed je toen?
A. Ik gooide hem aan de kant. Ik drukte hem met mijn elleboog aan de kant op het
bed van [naam] . Daarna ben ik weer gaan slapen. Volgens mij werd ik een uur later
weer wakker en toen was hij weg.
Van vrijdag op zaterdag, heb ik ook weer bij [getuige 2] geslapen en ook [verdachte] was
toen weer thuis bij [getuige 2] en is daar ook blijven slapen.
Op een gegeven moment werd ik wakker. Het was net als de vorige keer. Op het
moment, dat ik wakker werd voelde ik weer wat. Ik voelde, dat [verdachte] weer aan
mijn geslachtsdeel zat. Ik vermoedde, dat [verdachte] weer aan mij zat. Toen voelde ik,
dat hij het met zijn mond deed. Ik bedoel, dat ik voelde, dat hij mij befte. Hij
likte mij bij mijn geslachtsdeel. Ik heb nu [verdachte] ook weer van mij weggeduwd.
Hij wist wel, dat dit niet mocht en is toen weggegaan. Ik zag, dat hij op het bed
van [naam] ging liggen. Ik hoorde dat, omdat op het moment dat [verdachte] daar ging
liggen, het bed kraakte. Ik lag op mijn zij. Normaal liggen mij benen dan op
elkaar. Ik weet niet hoe [verdachte] het heeft gedaan, maar ik voelde, dat hij aan
mijn geslachtsdeel, aan mijn kut, likte. Ik kan niet zeggen, of hij in mijn spleet
of over mijn spleet likte. Ik heb geen idee. Ik kan ook niet vertellen hoe [verdachte]
lag. Ik weet wel, dat ik hem met mijn voeten van mij af heb gedrukt. [verdachte] wist
wel, dat hij verkeerd was, want hij ging weg en zoals ik vertelde, ging hij op
[naam] 's bed liggen. Ik heb op mijn mobiele telefoon gekeken en ik zag, dat het
ongeveer 04.00 uur was. Toen [verdachte] op het bed van [naam] ging liggen vroeg hij
aan mij of ik boos was. Ik heb "ja" gezegd. Toen zei [verdachte] : "Word je hier boos
om ?" Ik weet niet waarom hij dit zei en wat hij er mee bedoelde.