ECLI:NL:RBOVE:2015:466

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
29 januari 2015
Publicatiedatum
29 januari 2015
Zaaknummer
08.770121.14
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in oplichtingszaak met betrekking tot leaseauto en kantoorartikelen

Op 29 januari 2015 heeft de Rechtbank Overijssel in Zwolle uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een man uit Heerde, die werd verdacht van oplichting en verduistering. De verdachte was beschuldigd van het oplichten van een Mercedesdealer en een bedrijf dat kantoorartikelen levert. De rechtbank heeft het onderzoek op de openbare terechtzitting op 15 januari 2015 gevoerd, waarbij de officier van justitie, mr. H.J. Timmer, en de raadsvrouw van de verdachte, mr. N. Swart, aanwezig waren.

De tenlastelegging omvatte onder andere het verduisteren van een geleasede bedrijfsauto van Mercedes en het oplichten van een bedrijf door het aangaan van leasecontracten voor kantoorartikelen zonder de intentie om te betalen. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de verdachte een leaseovereenkomst had afgesloten en dat hij gerechtigd was om de auto te gebruiken. Het niet tijdig betalen van leasetermijnen was onvoldoende bewijs voor verduistering.

Wat betreft de beschuldiging van oplichting van het kantoorartikelenbedrijf, concludeerde de rechtbank dat er geen bewijs was dat de verdachte zich had voorgedaan als een bonafide koper. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet in strijd met de waarheid had gehandeld en dat er geen onregelmatigheden waren bij de afspraken die hij had gemaakt. Daarom heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten.

De benadeelde partij, het kantoorartikelenbedrijf, had een schadevergoeding van € 1512,00 gevorderd, maar omdat de verdachte werd vrijgesproken, werd de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering. De rechtbank heeft in haar beslissing benadrukt dat er geen bewijs was voor de beschuldigingen en dat de verdachte recht had op vrijspraak.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Afdeling Strafrecht
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08.770121.14
Datum vonnis: 29 januari 2015
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1972 in [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats].

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 15 januari 2015. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. H.J. Timmer en van wat door de raadsvrouw van verdachte,
mr. N. Swart, advocaat te Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:een bij Mercedesdealer [naam bedrijf 1] geleaste bedrijfsauto heeft verduisterd, dan wel dat hij [naam bedrijf 3] Autoverhuur en/of Mercedesdealer [naam bedrijf 1] heeft opgelicht.
feit 2:[slachtoffer] en/of (een medewerker(s) van) [naam bedrijf 2] heeft opgelicht.
Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte, dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 5 september 2014 tot en met 7 november 2014 te Zwolle en/of Leeuwarden en/althans (elders) in Nederland) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een bedrijfsauto (merk Mercedes Benz, Citan), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam bedrijf 3] Autoverhuur en/of
Mercedesdealer “[naam bedrijf 1]”, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welk(e) bedrijfsauto verdachte en/of zijn mededader(s) anders dan door misdrijf, te weten door middel van een leasecontract/ (huur)overeenkomst, onder zich had(den), wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
althans, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, subsidiair, dat
hij in of omstreeks de periode van 5 september 2014 tot en met 7 november 2014 te Zwolle en/of te Leeuwarden en/althans elders in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, (een) medewerker(s) van de firma(s) [naam bedrijf 3] Autoverhuur en/of Mercedesdealer “[naam bedrijf 1]” heeft bewogen tot de afgifte van een bedrijfsauto (merk Mercedes Benz, Citan), in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- ( een) medewerker(s) van Mercedesdealer “[naam bedrijf 1]” benaderd en/of (vervolgens) verteld dat verdachte een bedrijfswagen Citan wilde kopen en/of op 1 januari 2015 een bedrijf wilde beginnen/starten en/of in de tussentijd een bedrijfswagen nodig had, en/of
- ( daartoe) een leasecontract/ (huur) overeenkomst voor de periode van 1 september 2014 tot 2 januari 2015 voor de huur/lease van die bedrijfsauto (merk Mercedes Benz, Citan) opgesteld en/of afgesloten en/of ondertekend, en/of/aldus
- zich voorgedaan als koper en/of huurder/leasenemer te goeder trouw,
waardoor die medewerker(s) van [naam bedrijf 3] Autoverhuur en/of Mercedesdealer "[naam bedrijf 1]" werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
2.
hij in of omstreeks de periode van 1 oktober 2014 tot en met 12 november 2014 te Heerde en/althans (elders) in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer] en/of (een medewerker(s) van) [naam bedrijf 2] heeft bewogen tot de afgifte van een laptop (merk Apple) en/of een kopieerapparaat/printer en/of een bureau/bureaustoel/ladeblok en/of
papier, en/althans/in elk geval (telkens) van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- die [slachtoffer] en/of (een medeweker(s) van) [naam bedrijf 2] benaderd voor de aanschaf van een kopieerapparaat/printer en/of (daartoe) een leasecontract ondertekend, en/of
- ( vervolgens) in een gesprek met een medewerker van [naam bedrijf 2] aangegeven/verteld dat verdachte een persoon uit Wijchen wist waarvoor verdachte een kantoorpand volledig in moest richten doch verdachte geen ervaring had met het uitzoeken van meubilair, waarom verdachte een partner zocht, en/of
- die [slachtoffer] en/op die medeweker(s) van [naam bedrijf 2] (meermalen) verzekerd dat een bankgarantie en/of een aanbetaling geen probleem was omdat verdachte al 20 jaar met zijn opdrachtgever werkte en de opdrachtgever altijd goed betaald had, en/of
- op 17 oktober 2014 naar die [slachtoffer] aangegeven dat een laptop van verdachtes
opdrachtgever was gecrasht en (vervolgens) die [slachtoffer] heeft verzocht een laptop (voor zijn opdrachtgever) te regelen, en/of
- op 25 oktober 2014 een gesprek gearrangeerd waarbij die [slachtoffer] en/of zijn medewerker en/of de opdrachtgever aanwezig zou(den) zijn teneinde de kleur van het meubilair te bepalen en/of (vervolgens) die dag heeft aangeven naar die [slachtoffer] en/of zijn medewerker dat die opdrachtgever verhinderd was, en/of
- die [slachtoffer] en/of zijn medewerker een telefoonnummer gegeven welk telefoonnummer moest doorgaan voor de rechterhand van de opdrachtgever,
- en/of/aldus zich (telkens) voorgedaan als koper/leasenemer voor dat
kopieerapparaat/printer ter goeder trouw en/of als tussenpersoon ter goeder trouw voor de aanschaf van een of meer van die/dat goed(eren) door die opdrachtgever, waardoor die [slachtoffer] en/of (die medewerker van) [naam bedrijf 2] (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n);
De rechtbank verbetert in de tenlastelegging een aantal kennelijke schrijffouten. De verdachte wordt blijkens het onderzoek ter terechtzitting daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden. Daarnaast heeft de officier van justitie gerequireerd tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij en tot oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsvrouw van verdachte heeft bepleit dat verdachte van de gehele tenlastelegging moet worden vrijgesproken en dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk is in zijn vordering.
4.2
De bewijsoverwegingen van de rechtbank
Aan verdachte is onder 1 primair verduistering van een bedrijfsauto, merk Mercedes Benz, Citan, ten laste gelegd. De rechtbank overweegt dat voor een bewezenverklaring van verduistering moet komen vast te staan dat verdachte deze auto zich wederrechtelijk heeft toegeëigend. Daarvan kan worden gesproken als verdachte zich als heer en meester over deze auto heeft gedragen. Op basis van de stukken kan worden vastgesteld dat verdachte met Mercedesdealer [naam bedrijf 1] een leaseovereenkomst is aangegaan. Op grond daarvan was hij gerechtigd van de bedrijfsauto gebruik te maken. De enkele omstandigheid dat verdachte twee leasetermijnen niet (tijdig) heeft voldaan, is onvoldoende om aan te nemen dat sprake is van wederrechtelijke toe-eigening. Nu uit de stukken niet blijkt van omstandigheden die nopen tot een ander oordeel, acht de rechtbank het onder 1 primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen.
Onder 1 subsidiair wordt verdachte verweten dat hij [naam bedrijf 3] Autoverhuur en/of
Mercedesdealer “[naam bedrijf 1]” heeft bewogen tot afgifte van voornoemde auto door, kortgezegd, oplichtingsmiddelen in te zetten. De rechtbank leidt uit de stukken af dat verdachte onder eigen naam een leaseovereenkomst is aangegaan en dat hij daarbij zijn (juiste) e-mailadres heeft verstrekt aan Mercedesdealer "[naam bedrijf 1]." Geconstateerd kan verder worden dat verdachte twee leasetermijnen niet heeft voldaan. Deze omstandigheid op zichzelf is - naar bestendige jurisprudentie - onvoldoende om aan te nemen dat verdachte een valse hoedanigheid heeft aangenomen bij het aangaan van de leaseovereenkomst. Uit de stukken is verder niet gebleken van onregelmatigheden bij het aangaan van deze overeenkomst. Er is daarom geen grond voor het oordeel dat verdachte zich in strijd met de waarheid heeft voorgedaan als bonafide leasenemer. De rechtbank acht het onder 1 subsidiair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen.
Onder 2 is ten laste gelegd dat verdachte "[naam bedrijf 2]" heeft bewogen tot afgifte van een laptop, een kopieerapparaat/printer en verschillende kantoorartikelen door, kortgezegd, oplichtingsmiddelen in te zetten. Uit de stukken blijkt dat verdachte onder zijn eigen naam en contactgegevens - deels voor zichzelf en deels voor een onbekend gebleven opdrachtgever - afspraken heeft gemaakt met "[naam bedrijf 2]" over de aanschaf van voornoemde goederen, dat deze goederen zijn geleverd en dat er tot 10 november 2014 over en weer contact is geweest over onder meer de betaling daarvan. Uit de enkele omstandigheden dat het door verdachte opgegeven telefoonnummer van de boekhouder van de opdrachtgever niet bereikbaar bleek en er op het moment dat verdachte door de politie is aangehouden (op 11 november 2014) door hem nog geen facturen waren voldaan, kan niet worden afgeleid dat verdachte een valse hoedanigheid heeft aangenomen door zich in strijd met de waarheid als bonafide koper voor te doen. Nu uit de stukken niet is gebleken van overige onregelmatigheden bij de afspraken tussen verdachte en "[naam bedrijf 2]", acht de rechtbank het onder 2 ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht, gelet op het hiervoor overwogene, niet bewezen wat aan de verdachte onder 1 (primair en subsidiair) en 2 is tenlastegelegd en zal hem daarvan vrijspreken.

5.De schade van benadeelden

5.1
De vordering van de benadeelde partij
"[naam bedrijf 2]", gevestigd te Raalte, heeft zich voorafgaand aan het onderzoek op de zitting, op de wettelijk voorgeschreven wijze als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert veroordeling van de verdachte tot betaling van
€ 1512,00 (zegge: vijftienhonderdtwaalf euro) aan materiële schade. Voornoemde schade zou zijn voortgevloeid uit het onder 2 ten laste gelegde feit. Omdat verdachte van dit feit wordt vrijgesproken, zal de rechtbank de benadeelde partij op de voet van artikel 361, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering niet-ontvankelijk verklaren in zijn vordering.

6.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 1 (primair en subsidiair) en 2 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
schadevergoeding
- bepaalt dat de benadeelde partij "[naam bedrijf 2]" niet-ontvankelijk is in zijn vordering.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. van Bruggen, voorzitter, mr. G.A. Versteeg en
mr. S. Taalman, rechters, in tegenwoordigheid van D.D. Drost, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 29 januari 2015.