Uitspraak
Rechtbank Overijssel
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
[slachtoffer 3] .
3.De vordering van de officier van justitie
4.De voorvragen
5.De beoordeling van het bewijs
- het proces-verbaal van de terechtzitting van 28 april 2015, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte als bedoeld in art. 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering (Sv);
- het proces-verbaal van aangifte van [aangever 1] , van 7 augustus 2014, pagina’s 3 t/m 4A.
- het proces-verbaal van de terechtzitting van 28 april 2015, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte als bedoeld in art. 359, derde lid, laatste volzin, Sv;
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] , van 27 januari 2015, pagina’s 3 t/m 5.
- het proces-verbaal van de terechtzitting van 28 april 2015, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van verdachte als bedoeld in art. 359, derde lid, laatste volzin, Sv;
- het proces-verbaal van aangifte van [aangever 3] namens parfumerie Douglas, van 22 mei 2014, pagina’s 3 t/m 5.
6.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
feit 2 primair
7.De strafbaarheid van de verdachte
8.De op te leggen straf of maatregel
.De raadsman heeft primair verzocht de vordering tot oplegging van de ISD-maatregel af te wijzen en aan verdachte een gevangenisstraf op te leggen met daaraan gekoppeld als bijzondere voorwaarde een klinische behandeling. Subsidiair heeft de raadsman verzocht om naast een gevangenisstraf aan verdachte de ISD-maatregel voorwaardelijk op te leggen. Meer subsidiair heeft de raadsman verzocht, mocht de rechtbank de ISD-maatregel opleggen, om een tussentijdse beoordeling over een half jaar.
- het vonnis van de politierechter in de rechtbank Almelo, van 10 december 2012, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van 40 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 2 weken;
- het arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, van 10 juni 2014, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 121 dagen;
- het arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, van 10 juni 2014, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 maanden waarvan 2 maanden voorwaardelijk;
- het arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, van 10 juni 2014, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 maanden waarvan 3 maanden voorwaardelijk;
- het vonnis van de politierechter in de rechtbank Almelo, van 12 december 2011, waarbij verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 maanden.
9.De schade van benadeelden
,gevestigd aan de Arthur van Schendelstraat 850 in Utrecht, heeft zich voorafgaand aan het onderzoek op de zitting, op de wettelijk voorgeschreven wijze als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. De benadeelde partij vordert veroordeling van de verdachte tot betaling van in totaal € 1.301,54. Deze schade bestaat uit de volgende posten:
- vervangen bergingsdeur € 266,99;
- bewaking € 1.034,55.
10.De vordering tenuitvoerlegging
11.De toegepaste wettelijke voorschriften
12.De beslissing
- verklaart niet bewezen dat verdachte het onder parketnummer 08/097080-14 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen, dat verdachte het onder parketnummer 08/730436-14 onder 1, 2 primair, 3, 4 en 5 en onder parketnummer 08/730281-14 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte onder parketnummer 08/730436-14 onder 1, 2 primair, 3, 4 en 5 en onder parketnummer 08/730281-14 meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 2 primair
- legt aan verdachte de maatregel op tot
- beslist dat een
- bepaalt dat de officier van justitie uiterlijk veertien dagen voordien de rechtbank zal berichten als bedoeld in artikel 38s, eerste lid, Sr;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] , wonende te [woonplaats] aan de [adres] van een bedrag van € 618,80;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van veroordeelde om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] , per adres [adres] in [woonplaats] , van een bedrag van € 440,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 27 januari 2015;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij Stichting Spoorweg Pensioenfonds
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij voor een deel van € 1.034,55 niet-ontvankelijk is in haar vordering, en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- verklaart onttrokken aan het verkeer de inbeslaggenomen geprepareerde tas;
- gelast de teruggave aan verdachte van het in beslag genomen paar schoenen, merk Etnies;
- wijst af de vordering tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 08/244413-12;
- wijst af de vordering tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 08/209583-12.