Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.[gedaagde 1],
2.[gedaagde 2],
1.Het procesverloop
- de dagvaarding van de curator van 25 maart 2014;
- de conclusie van antwoord van [gedaagde 2] van 24 september 2014;
- de conclusie van repliek van de curator van 19 november 2014.
2.De feiten
10 oktober 2006 tot de datum van faillissement.
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 47.000,00 en de stand van de boedelkosten- en vorderingen van circa € 35.000,00. Gelet op deze gegevens, zal de rechtbank [gedaagde 2] en [gedaagde 1] hoofdelijk veroordelen tot betaling van een voorschot van € 150.000,00.
5.De beslissing
en voor zover de één betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, aansprakelijk zijn, voor
het tekort in het faillissement van Construmax, zoals dat zal blijken te zijn na een te
houden verificatievergadering, te vermeerderen met het bedrag van de boedelschulden, waaronder het door de rechtbank vast te stellen salaris van de curator en diens
overige kosten.
zover de één betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, tot betaling van het tekort in
het faillissement van Construmax, zoals dat zal blijken te zijn na een te houden verificatievergadering, te vermeerderen met het bedrag van de boedelschulden, waaronder het door de rechtbank vast te stellen salaris van de curator en diens
overige kosten.
zover de één betaalt ook de ander zal zijn bevrijd, tot betaling aan de curator van een bedrag ad € 150.000,00 bij wijze van voorschot.