In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 11 juni 2015 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 56-jarige man uit Zwolle. De man werd beschuldigd van ontuchtige handelingen met een vrouw die verminderd bij bewustzijn was door overmatig alcoholgebruik, mishandeling van een andere persoon, en belediging van politieambtenaren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man volledig ontoerekeningsvatbaar was ten tijde van de feiten, als gevolg van een chronische psychotische stoornis. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten, omdat deze niet aan hem konden worden toegerekend. De officier van justitie had een gevangenisstraf van acht maanden geëist, maar de rechtbank oordeelde dat er geen straf of maatregel kon worden opgelegd. De benadeelde partijen werden niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen, omdat er geen straf of maatregel was opgelegd aan de verdachte. De uitspraak benadrukt de rol van psychische aandoeningen in strafzaken en de noodzaak om de toerekeningsvatbaarheid van verdachten zorgvuldig te beoordelen.