ECLI:NL:RBOVE:2015:2282

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
17 maart 2015
Publicatiedatum
12 mei 2015
Zaaknummer
08.960133-14 (LP)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een Colombiaanse man voor gewoontewitwassen van grote geldbedragen

De rechtbank Overijssel heeft op 17 maart 2015 uitspraak gedaan in de zaak tegen een man uit Colombia, die werd beschuldigd van gewoontewitwassen van in totaal € 5.125.700,-. De verdachte, geboren in 1983, werd op 25 november 2014 aangehouden in zijn woning in Broek in Waterland, waar een doorzoeking plaatsvond. Tijdens deze doorzoeking werd een geldbedrag van € 47.665,- aangetroffen, evenals een notitieboek met administratie van geldstromen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het witwassen van deze bedragen, die afkomstig waren uit misdrijven. De officier van justitie had een gevangenisstraf van vier jaar geëist, maar de rechtbank legde een straf op van drie jaar, rekening houdend met de omstandigheden van de zaak en het feit dat de verdachte niet eerder in Nederland was veroordeeld. De rechtbank verwierp ook de verweren van de verdediging over de rechtmatigheid van het onderzoek en de dagvaarding, en concludeerde dat er voldoende bewijs was voor de veroordeling.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Afdeling Strafrecht
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08.960133-14 (LP)
Datum vonnis: 17 maart 2015
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1983 te [geboorteplaats] ( [land 2] ) ,
gba-adres: [woonplaats] ( [land 1] ),
thans verblijvende in de Penitentiaire Inrichting Leeuwarden.

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van
3 maart 2015. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. G.C. Bosen van hetgeen door de verdachte en diens raadsman
mr. T.H.L. Kneepkens, advocaat te Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het (gewoonte)witwassen van individuele geldbedragen tot een uiteindelijk totaal van € 5.125.700,-.
Voluit luidt de tenlastelegging – na een wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting van 3 maart 2015 – aan de verdachte, dat hij in of omstreeks de periode van
21 oktober 2014 tot en met 25 november 2014, te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer en/of te Broek in Waterland, gemeente Waterland, althans in Nederland, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt,
immers heeft hij, verdachte, (telkens) één of meer voorwerp(en), te weten een geldstroom met individuele geldbedragen tot een uiteindelijk totaal van € 5.125.700,-, waar onder
- ( op of omstreeks 11 november 2014 te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer)
een geldbedrag van ongeveer EUR 200.000,- en/of een geldbedrag van ongeveer
EUR [nummer 15] .000,-, en/of
- ( op of omstreeks 23 november 2014 te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer)
een geldbedrag van ongeveer EUR [nummer 15] .000,- en/of een geldbedrag van ongeveer
EUR [nummer 15] .000,-, en/of
- ( op of omstreeks 25 november 2014 te Broek in Waterland, gemeente Waterland)
een geldbedrag van ongeveer EUR 47.665,-,
verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, althans van (een) voorwerp(en), waar onder voornoemd(e) geldbedrag(en), gebruik gemaakt, terwijl hij, verdachte, wist dat bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf.

3.De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd verdachte te veroordelen ter zake gewoontewitwassen tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren met aftrek van voorarrest en verbeurdverklaring van het inbeslaggenomen geld. De officier van justitie heeft hiertoe aangevoerd dat verdachte wordt aangemerkt als een faciliterende tussenpersoon en derhalve voor de strafeis valt onder categorie II van de “Richtlijn voor strafvordering witwassen”, in werking getreden op 1 maart 2015.
4a. De geldigheid van de dagvaarding
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is.
4b. Ontvankelijkheid van de officier van justitie
Startinformatie
De rechtbank heeft het verweer van de verdediging over de start van het onderzoek opgevat als strekkende tot niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie, dan wel bewijsuitsluiting. Daartoe is, zakelijk weergegeven, aangevoerd dat de officier van justitie op basis van door Amerikaanse opsporingsautoriteiten verstrekte informatie een strafrechtelijk onderzoek is gestart, terwijl de verdediging niet kan toetsen of deze informatie op rechtmatige wijze is verkregen. Er wordt ten onrechte een link gelegd tussen twee telefoonnummers. Primair heeft de verdediging verzocht het openbaar ministerie niet-ontvankelijk te verklaren en subsidiair heeft de verdediging aangevoerd dat sprake is van een onrechtmatige binnentreding.
De rechtbank overweegt als volgt.
Uit het dossier blijkt dat het onderhavige onderzoek is begonnen na informatie van de Amerikaanse autoriteiten. Dit is de startinformatie geweest op basis waarvan de officier van justitie in Nederland nader onderzoek heeft gedaan, hetgeen uiteindelijk heeft geleid tot deze strafzaak tegen verdachte.
Uit de startinformatie blijkt dat de Amerikaanse opsporingsautoriteiten informatie hebben verstrekt dat een organisatie in Nederland in verband moest worden gebracht met de verkoop van een hoeveelheid drugs en in het bezit was van een groot contant geldbedrag en dat deze organisatie op zoek was naar een persoon die het geld voor hen wilde witwassen.
Besloten werd om een Nederlands telefoonnummer te verstrekken van een Nederlandse undercoveragent, die hierop gebeld zou mogen worden door de vermeende drugsorganisatie om hun geld wit te wassen. Door de Dienst Werken onder Dekmantel is via de Dienst L.I.O. het Nederlandse telefoonnummer [nummer 1] verstrekt aan de Amerikaanse autoriteiten.
Vervolgens werd op 14 november 2014 door de officier van justitie mr. G.C. Bos, na voorafgaande machtiging van de rechter-commissaris, een bevel tot het opnemen van telecommunicatie en vordering verstrekken verkeersgegevens afgegeven, ten aanzien van de telefoonaansluiting [nummer 1] .
De undercoveragent werd gebeld door de gebruiker van de telefoonaansluiting [nummer 2] om een afspraak te maken. Vervolgens werd op 22 november 2014 door de officier van justitie mr. G.C. Bos, na voorafgaande machtiging van de rechter-commissaris, een bevel tot het opnemen van telecommunicatie en vordering verstrekken verkeersgegevens afgegeven, ten aanzien van de telefoonaansluiting [nummer 2] . Gebleken is dat de telefoonaansluiting [nummer 2] veelal het basisstation met nummer [nummer 6] aanstraalde, gevestigd aan de
[adres 1] .
Op 25 november 2014 ontving de teamleider van het onderzoeksteam opnieuw een proces-verbaal van de Dienst L.I.O., waarin de volgende informatie staat vermeld:
“Information indicates that the user of NL cellular [nummer 3] is currently being utilizes to conduct a money laundering transaction in the next 24-48 hours. The user of cellular [nummer 3] is currently staying in the surrounding area of Broek en Waterland.”
Vervolgens werd op 25 november 2014 door de officier van justitie mr. G.C. Bos, na voorafgaande machtiging van de rechter-commissaris, een bevel tot het opnemen van telecommunicatie en vordering verstrekken verkeersgegevens afgegeven, ten aanzien van de telefoonaansluiting [nummer 3] . Gebleken is dat de telefoonaansluiting [nummer 3] veelal het basisstation met nummer [nummer 6] aanstraalde, gevestigd aan de [adres 1] .
Bij de informatie die de Amerikaanse autoriteiten aan de Nederlandse autoriteiten hebben verstrekt, is vermeld dat de informatie op rechtmatige wijze is verkregen en door Nederlandse opsporingsdiensten in een strafrechtelijk onderzoek gebruikt mocht worden. In beginsel dient de rechtbank op de juistheid van dergelijke informatie te vertrouwen. Het interstatelijke vertrouwensbeginsel geeft daarbij volgens vaste jurisprudentie de doorslag. Een uitzondering op het vertrouwensbeginsel wordt gemaakt indien zich bijzondere omstandigheden voordoen, waarin sprake zou kunnen zijn van het niet respecteren van verdedigingsrechten, zoals die voortvloeien uit het EVRM. Indien er sprake is van een gerechtvaardigd vermoeden van dergelijke omstandigheden, is er voor de verdediging een belang dat daarnaar nader onderzoek zal worden gedaan.
Naar het oordeel van de rechtbank kan hetgeen door de verdediging is aangevoerd niet als zodanige bijzondere omstandigheden worden aangemerkt. Van een schending van de beginselen van een goede procesorde is naar het oordeel van de rechtbank dan ook niet gebleken.
Door de verdediging is voorts aangevoerd dat jegens verdachte geen sprake is geweest van een redelijk vermoeden van schuld dat de inzet van opsporingsmethoden en dwangmiddelen kon rechtvaardigen.
In het proces-verbaal wordt beschreven dat op grond van de hiervoor vermelde informatie het vermoeden was ontstaan dat de gebruiker van de telefoonaansluiting [nummer 3] dezelfde persoon was als de gebruiker van de telefoonaansluiting [nummer 2] , nu beide telefoonaansluitingen het basisstation met nummer [nummer 6] aanstraalden, gevestigd aan de [adres 1] . Voorts blijkt uit het dossier dat, doordat het vermoeden was ontstaan dat de gebruiker van de telefoonaansluiting [nummer 3] in het bezit zou zijn van een groot contant geldbedrag, na overleg met de officier van justitie mr. G.C. Bos werd besloten om met een technisch hulpmiddel, te trachten de exacte verblijfplaats van de telefoon en de gebruiker ervan te traceren. Door middel van (kruis)peilingen van de telefoonaansluiting [nummer 3] en IMEI-nummer [nummer 4] kon worden bepaald dat de mobiele telefoon met genoemd IMEI-nummer en telefoonaansluiting zich hoogst waarschijnlijk in perceel [adres 2] te Broek in Waterland bevond. Vervolgens is op dit adres een doorzoeking ter inbeslagneming verricht en is verdachte hier aangetroffen.
Gelet op het wettelijk systeem van toedeling van de bevoegdheid tot het bevelen van opnemen van telecommunicatie met een technisch hulpmiddel, staat het in eerste instantie ter beoordeling van de officier van justitie of aan de vereisten van artikel 126m, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) is voldaan. De rechter-commissaris dient vervolgens bij de beantwoording van de vraag of een machtiging kan worden verstrekt, te toetsen of aan de wettelijke voorwaarden is voldaan. Uiteindelijk staat de rechtmatigheid van de toepassing van de bevoegdheid ter beoordeling van de zittingsrechter. De zittingsrechter dient de beslissing van de rechter-commissaris tot verlening van de machtiging slechts marginaal te toetsen.
De machtigingen die voor de telefoonnummers [nummer 3] en [nummer 2] zijn gevorderd en verleend zijn gebaseerd op informatie van de Amerikaanse autoriteiten. De rechtbank is van oordeel dat de rechter-commissaris bij de verlening van de machtigingen als bedoeld in artikel 126m, vijfde lid, Sv, in redelijkheid tot het oordeel heeft kunnen komen dat is voldaan aan de wettelijke vereisten. Immers, het gebruik van laatstgenoemde telefoonnummers afkomstige informatie in combinatie met de startinformatie van de Dienst L.I.O., welke informatie voldoende concreet en specifiek is, kan een redelijk vermoeden opleveren dat verdachte zich schuldig zou maken aan witwassen. Er is derhalve sprake van een verdenking van een misdrijf als omschreven in artikel 67, eerste lid, Sv dat gezien zijn aard een ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert. De rechtbank is van oordeel dat het onderzoek de toepassing van de bevoegdheid ook dringend vorderde, gelet op het grote maatschappelijke belang dat is gediend met de opsporing van witwassen. Gelet op de aard van de verdenking voldoen de bevelen aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Het verweer dat de officier van justitie op basis van door Amerikaanse opsporingsautoriteiten verstrekte informatie geen strafrechtelijk onderzoek had mogen starten, slaagt niet. Het beroep op niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie wordt verworpen.
Voor zover de raadsman met zijn verweer strekkende tot onrechtmatigheid van de doorzoeking heeft bedoeld dat de officier van justitie om die reden niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, wordt ook dit verweer verworpen. Hetgeen hierboven ten aanzien van het redelijk vermoeden van schuld is overwogen geldt ook voor de resultaten van de doorzoeking die op 25 november 2014 heeft plaatsgehad. De bevoegdheid een woning zonder toestemming van de bewoner ter inbeslagneming te doorzoeken is voorbehouden aan de rechter-commissaris. De doorzoeking vindt plaats onder zijn leiding en in tegenwoordigheid van de (hulp)officier van justitie (artikel 110 Sv). De rechtbank kan deze beslissing van de rechter-commissaris slechts marginaal toetsen. De rechtbank komt na deze marginale toetsing tot het oordeel dat de rechter-commissaris – gelet op voornoemde informatie op basis waarvan een redelijk vermoeden van een strafbaar feit was gerezen – in redelijkheid tot haar beslissing heeft kunnen komen. De doorzoeking van de woning van verdachte is dan ook rechtmatig geweest en leidt niet tot niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie.
Het verweer wordt derhalve verworpen.
4c. De overige voorvragen
De rechtbank heeft voorts vastgesteld dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

5.De beoordeling van het bewijs

Deze paragraaf bevat het oordeel van de rechtbank over de vraag of het tenlastegelegde feit bewezenverklaard kan worden of dat daarvan moet worden vrijgesproken. In het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, steunt de beslissing dat verdachte het feit heeft begaan op de inhoud van bewijsmiddelen die als bijlage aan het vonnis zijn gehecht en daarvan op die wijze deel uitmaken. Deze bewijsmiddelen bevatten dan de redengevende feiten en omstandigheden op grond waarvan de rechtbank de overtuiging heeft gekregen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
5.1
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte te veroordelen ter zake gewoontewitwassen.
De verdediging heeft vrijspraak bepleit.
5.2
De bewijsoverwegingen van de rechtbank
De raadsman heeft bij de hiervoor onder 4b. vermelde verweren/telkens subsidiair gesteld dat de onderzoeksresultaten van te worden uitgesloten. Nu, zoals overwogen, geen onrechtmatigheden zijn vastgesteld, worden de verweren tot bewijsuitsluiting verworpen, hetgeen impliceert dat die resultaten voor het bewijs van het tenlastegelegde kunnen , geen nrechtmatigheden zijn vastgesteld, worden de verweren impliceert datdatdie resultaten voor het bewijs van het tenlastegelegde kunnen worden gebezigd.
Op 25 november 2014 heeft in de woning van verdachte een doorzoeking ter inbeslagneming plaatsgevonden, waarbij een totaal geldbedrag van € 47.665,- is aangetroffen.
Voor een veroordeling ter zake witwassen dient te worden bewezen dat voornoemd geldbedrag van misdrijf afkomstig was. Hiertoe overweegt de rechtbank als volgt.
Gebleken is dat de handelingen ten aanzien van het geldbedrag plaatsvonden onder omstandigheden die, in de context van de gebeurtenissen en in samenhang bezien, als zogenoemde typologieën van – en daarmee kenmerkend voor – witwassen zijn aan te merken. Het is een feit van algemene bekendheid dat diverse vormen van criminaliteit gepaard gaan met grote hoeveelheden contant geld. Het in een kledingkast bewaren van grote hoeveelheden chartaal geld is zeer ongebruikelijk, onder meer vanwege de veiligheidsrisico’s. Crimineel geld maakt het kennelijk de moeite waard dat risico te lopen. Bovendien is niet gebleken dat, na de aanhouding van verdachte en de inbeslagname van het geld, iemand het geld heeft opgeëist.
Voornoemde omstandigheden rechtvaardigen het vermoeden van witwassen van opbrengsten van misdrijven. Gelet op dit vermoeden mag van de verdachte worden verwacht dat hij een verifieerbare verklaring geeft over de herkomst van het geldbedrag. Verdachte heeft zich ten aanzien van het geldbedrag aanvankelijk beroepen op zijn zwijgrecht en heeft derhalve geen verifieerbare gegevens verstrekt inhoudende dat het inbeslaggenomen geldbedrag mogelijk op legale wijze is verkregen. Eerst ter terechtzitting d.d. 3 maart 2015 heeft verdachte hierover een verklaring afgelegd. Verdachte heeft verklaard dat hij een geldbedrag van
€ 65.000,- geleend had in [land 1] en in Nederland het geleende geld diende terug te betalen, maar omdat hij slechts € 47.665,- had (te weten het bedrag dat onder verdachte in beslag is genomen), diende hij voor zijn geldverstrekkers telefoons te kopen en gegevens te noteren in een notitieboek. Verdachte wilde niets verklaren over deze personen die hem het geld hadden geleend en hem deze opdrachten gaven. De rechtbank is van oordeel dat deze verklaring van verdachte als ongeloofwaardig bestempeld dient te worden, nu de lezing van verdachte niet controleerbaar is en bovendien wordt weersproken door de tapgesprekken en de gegevens uit de TomTom.
Nu de rechtbank de verklaring van verdachte als ongeloofwaardig terzijde stelt, zal de rechtbank de ter zitting aangeboden stukken die de herkomst van het geld zouden moeten verklaren buiten beschouwing laten. Er is daarom geen aanleiding om het onderzoek te heropenen om de stukken te laten vertalen en toe te voegen aan het dossier. De noodzaak daartoe ontbreekt.
Ook overigens biedt het dossier geen enkele aanwijzing dat het geldbedrag op legale wijze is verkregen.
Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan dan dat het geldbedrag van € 47.665,- – middellijk of onmiddellijk – uit misdrijf afkomstig is. Gelet op de voornoemde omstandigheden acht de rechtbank bewezen dat verdachte wist dat het geldbedrag uit misdrijf afkomstig was.
De rechtbank is derhalve van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het witwassen van € 47.665,-.
In de woning van verdachte is naast het inbeslaggenomen geldbedrag van € 47.665,- ook nog een notitieboek aangetroffen met daarin administratie van inkomende en uitgaande geldbedragen. Uit het notitieboek valt onder meer af te leiden dat verdachte op 11 november 2014 geldbedragen à € 200.000,- en € [nummer 15] .000,- en op 23 november 2014 twee geldbedragen à € [nummer 15] .000,- heeft overgedragen. De overdrachten op 11 november 2014 worden gestaafd door uitgelezen berichten aangetroffen op de onder verdachte inbeslaggenomen telefoonaansluiting [nummer 9] d.d. 11 november 2014 en adressen die zijn aangetroffen in het TomTom-navigatiesysteem, afkomstig uit de Toyota Aygo (kenteken [kenteken] ), die werd gebruikt door verdachte. De overdrachten op 23 november 2014 worden gestaafd door berichten verstuurd en ontvangen op 22 en 23 november 2014 door de onder verdachte inbeslaggenomen telefoonaansluitingen [nummer 5] , [nummer 7] en [nummer 8] .
De rechtbank is derhalve van oordeel dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan het witwassen van deze geldbedragen op 11 en 23 november 2014.
De rechtbank overweegt voorts dat gelet op het voorgaande niet valt in te zien waarom verdachte de andere bedragen genoemd in het notitieboek niet zou hebben overgedragen en voorhanden zou hebben gehad. De rechtbank is daarom van oordeel dat verdachte zich ook schuldig heeft gemaakt aan het witwassen van andere geldbedragen, met een uiteindelijk totaal van € 5.125.700,-. Gelet op het grote aantal transacties is de rechtbank van oordeel dat het wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan gewoontewitwassen.
5.3
De conclusie
De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen, dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij in de periode van 21 oktober 2014 tot en met 25 november 2014, te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer en/of te Broek in Waterland, gemeente Waterland, althans in Nederland, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt,
immers heeft hij, verdachte, (telkens) één of meer voorwerp(en), te weten een geldstroom met individuele geldbedragen tot een uiteindelijk totaal van € 5.125.700,-, waar onder
- ( op 11 november 2014 te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer) een geldbedrag van ongeveer EUR 200.000,- en een geldbedrag van ongeveer EUR [nummer 15] .000,-, en
- ( op 23 november 2014 te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer) een geldbedrag van ongeveer EUR [nummer 15] .000,- en een geldbedrag van ongeveer EUR [nummer 15] .000,-, en
- ( op 25 november 2014 te Broek in Waterland, gemeente Waterland) een geldbedrag van ongeveer EUR 47.665,-,
verworven en voorhanden gehad, terwijl hij, verdachte, wist dat bovenomschreven voorwerpen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf.
De rechtbank heeft de eventueel in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

6.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld bij artikel 420ter van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
het misdrijf: van het plegen van witwassen een gewoonte maken.

7.De strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

8.De op te leggen straf of maatregel

8.1
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van de verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. Ook neemt de rechtbank de volgende factoren in aanmerking.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het witwassen van grote geldbedragen, gericht op het veiligstellen van uit misdrijf afkomstige opbrengsten. Het witwassen van criminele gelden vormt een bedreiging van de legale economie en tast de integriteit van het financiële en economische verkeer ernstig aan. Het in omloop zijn van dergelijke grote witgewassen geldbedragen heeft een sterk corrumperende werking en faciliteert veelal ander strafbaar handelen.
Ten voordele van verdachte heeft de rechtbank rekening gehouden met een uittreksel justitiële documentatie van verdachte d.d. 23 februari 2015, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder in Nederland voor een strafbaar feit is veroordeeld.
Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde is de rechtbank van oordeel dat een geheel onvoorwaardelijke vrijheidsstraf passend en geboden is. De rechtbank zal een lagere gevangenisstraf opleggen dan geëist door de officier van justitie, gelet op de relatief korte periode waarin verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan gewoontewitwassen.
8.2
De inbeslaggenomen voorwerpen
De rechtbank is van oordeel dat de ingevolge artikel 94 Sv inbeslaggenomen geldbedragen dienen te worden verbeurdverklaard, omdat dit voorwerpen zijn met betrekking tot welke het feit is begaan (een beslissing over het conservatoire beslag ingevolge artikel 94a Sv ligt niet aan de rechtbank voor).

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 10, 27, 33 en 33a Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
  • verklaart bewezen, dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
  • verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid
  • verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
  • verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
straf
  • veroordeelt verdachte tot een
  • bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;

de inbeslaggenomen voorwerpen

- verklaart verbeurd de op de beslaglijst vermelde geldbedragen.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.M.M. Bordenga, voorzitter, mr. R.P. van Eerde en
mr. M. van Bruggen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.C. van Druten, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 17 maart 2015.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de Dienst Landelijke Recherche, onderzoek 26Udzungwa, proces-verbaalnummer 26DLR14160-57. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1. het door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 1] in de wettelijke vorm opgemaakt en op 26 november 2014 gesloten proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, nummer 26DLR14160-16, zakelijk weergegeven, onder meer inhoudende [1] :
Op dinsdag 25 november 2014 (…) werd ( …) binnengetreden in de woning [adres 2] . (…) [verdachte] , geboren te [land 2] op [geboortedatum] 1983 gaf aan te slapen in de voorste slaapkamer aan de voorzijde van de woning, op de 1e etage (ruimte 2). (…)
In woonkamer beneden: PA27.01.01.001 55 biljetten van €20,- totaal €1100,- uit vaas op raamkozijn. (…)
In de kledingkast, waarin ook identiteitspapieren werden aangetroffen van [verdachte] , werden op diverse locaties in de kledingkast grote geldbedragen aangetroffen:
PA27.02.01.001: 2 biljetten van € 100,- = €200,-
27 biljetten van € 50,- = €1350,-
62 biljetten van €20,- = €1260,-
19 biljetten van €10,- = €190,-
Totaal: € 3.000,-
PA27.02.02.001: 103 biljetten van €100,- = €10. [nummer 15] ,-
5 biljetten van €50,- = €250,-
200 biljetten van €20,- = €4.000,-
Totaal: € 14.550,-
PA27.02.02.002: 510 biljetten van €50,- = €25.000,-
75 biljetten van €20,- = €1.500,-
200 biljetten van €10,- = €2.000,-
Totaal: € 29.000,-
PA27.02.03.003: 1 biljet van 5 euro (mogelijk gebruikt token): Totaal € 5,-
PA27.02.03.004: 1 biljet van 10 euro (mogelijk gebruikt token): Totaal €10,-
Al de in de woning aangetroffen geldbedragen ( totaalbedrag € 47.665,-) (…). (…)
In de slaapkamer van [verdachte] werden verder diverse mobiele telefoons en een laptop, alsmede een tablet in beslag genomen. Hiernaast werden notitieblokken aangetroffen met daarin administratie met betrekking tot ondergronds bankieren.
Bijlage inbeslaggenomen goederen woning [adres 2] te Broek in Waterland
IBN-code Omschrijving goederen
(…)
PA27.01.02.003 PA27.01.02.003: een gsm merk Samsung, wit
(…)
PA27.02.01.006 PA27.02.01.006: Een gsm merk Samsung, wit
PA27.02.01.007 PA27.02.01.007: Een gsm Blackberry, zwart
(…)
PA27.02.03.001 PA27.02. 03.001: een GSM Blackberry, zwart.
2. het door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 2] in de wettelijke vorm opgemaakt en op 2 december 2014 gesloten proces-verbaal van bevindingen aangetroffen administratie, nummer 26DLR14160-34, zakelijk weergegeven , onder meer inhoudende [2] :
Op dinsdag 25 november 2014 heeft in de woning van verdachte [verdachte] aan de [adres 2] in Broek en Waterland een doorzoeking ter in beslagname plaatsgevonden. Naast een geldbedrag van € 47.665,- is een notitieboek (inbeslagnamecode PA27.02.01.005) aangetroffen van vermoedelijke administratie van geldbedragen. Het boekje lag in de kledingkast in de slaapkamer van verdachte. (…) Van het notitieboek zijn 7 pagina’s beschreven in de Spaanse taal met daarop optellingen van bedragen. De meeste aantekeningen zijn voorzien van een datum. De eerste datum is 21 oktober en de laatste is 23 november. De administratie is onder te verdelen in een vijftal pagina’s getiteld “gastos” wat kosten betekent in het Spaans. (…) Bij de overige 2 pagina’s staat bovenaan de eerste pagina “Caja Mayor” wat grote kas betekent in het Spaans. Op deze pagina’s zijn in- en uitkomende bedragen te zien. Over de inkomende bedragen wordt telkens, op 1 keer na, 1% berekend. Het vermoeden is dat dit gaat om provisie. (…)
Op de twee pagina’s staan bedragen met daarbij een datum tussen 21 oktober en 23 november. Bij de meeste bedragen staat het bijschrift salida of entrada. In het Spaans betekenen deze worden uitgang en ingang, maar in het boekhouden wordt dit gebruikt voor boekingen van in- en uitgaande bedragen. In totaal is op deze twee pagina’s € 5.125.700,- aan bedragen te zien met bijschrift ‘entrada’ en € 4.660.000,- met bijschrift ‘salida’. (…)
Saldo total 11 nov 1.773.943
Salida 11 nov [nummer 15]
Salida 11 nov 200
Saldo 11 nov 1.273.943
(…)
979.943
Salida 23 nov [nummer 15]
Salida 23 nov [nummer 15]
Saldo al 23 nov 379.943
3. het door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 3] in de wettelijke vorm opgemaakt en op 28 november 2014 gesloten proces-verbaal uitlezen GSM [nummer 9] , nummer [nummer 10] , zakelijk weergegeven, onder meer inhoudende [3] :
Object: GSM met SIM-kaart
( … )
Telefoonnummer: [nummer 9]
Administratienummer: PA27.01.02.003
(… )
Partij Tijd Bericht
Van: + [nummer 11] 11-11-2014 18:35: 54 Ok
Van: + [nummer 11] 11-11-2014 18:33:19 Are u there
Van: + [nummer 11] 11-11- 2014 17:40 : 48 What time?
Van: + [nummer 11] 11 -11-2014 17 :39:58 [nummer 12]
Van: + [nummer 11] 11-11-2014 17:27:34 [adres 3] Lijnden
( …)
Naar: + [nummer 11] My friend send me serial number. Thank u
Naar: + [nummer 11] My friend i here
4. Een geschrift, te weten een afschrift van een notitieboekje, aangetroffen in de slaapkamer van verdachte, zakelijk weergegeven , onder meer inhoudende [4] :
[nummer 12]
5. het door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 4] , in de wettelijke vorm opgemaakt en op 3 december 2014 gesloten proces-verbaal van bevindingen aangaande uitlezen TomTom- navigatiesysteem, afkomstig uit Toyota Aygo, voorzien van het kenteken: [kenteken] , nummer 26DLR14160-15, zakelijk weergegeven, onder meer inhoudende [5] :
Op dinsdag 25 november 2014 te 19: 27 uur vond er een doorzoeking plaats (…) in perceel [adres 2] . In de garage van voornoemd perceel stond op dat moment een personenauto, merk: Toyota, type: Aygo, kleur: grijs, voorzien van het kenteken: [kenteken] , geparkeerd. (… ) De personenauto werd gebruikt door de verdachte: [verdachte] , geboren te [geboorteplaats] ( [land 2] ) op [geboortedatum] 1983, welke een kamer in voornoemde woning had gehuurd van [naam 1] voornoemd. (…) Voornoemde personenauto is doorzocht en daarbij is onder andere een TomTom-navigatiesysteem aangetroffen, welke achter de voorruit van deze personenauto geplakt zat en met de voeding daarvan in het contact en voor gelijk gebruik gereed. (…)
Bij recente bestemmingen staan 24 adressen/plaatsnamen. (…)
[adres 4] te Lijnden. (… )
[adres 2] , betreft de locatie waar de verdachte [verdachte] , geboren op [geboortedatum] 1983 te [geboorteplaats] ( [land 2] ) is aangehouden op dinsdag 25 november 2014.
6. het door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 3] in de wettelijke vorm opgemaakt en op 27 november 2014 gesloten proces-verbaal uitlezen GSM, nummer 26DLR14160-21, zakelijk weergegeven, onder meer inhoudende [6] :
Object: GSM met SIM-kaart
Merk: Blackberry
Type : 9220
(…)
Telefoonnummer: [nummer 5]
Administratienummer : PA27.02.03.001
(…)
Gebruikersnaam [gebruikersnaam 1]
Accountnaam [accountnaam 1]
(…)
Van
Naar
Inhoud
Tijdstip
[gebruikersnaam 2]
[gebruikersnaam 1]
Kan je afgeven/leveren
22-11-2014 16 : 22:55
[gebruikersnaam 1]
[gebruikersnaam 2]
ja natuurlijk zeg me hoeveel
22-11-2014 16:24:20
[gebruikersnaam 2]
[gebruikersnaam 1]
200 ik geef je zo het nummer
22-11 - 2014 16 : 26:12
[gebruikersnaam 2]
[gebruikersnaam 1]
[nummer 13] voor [naam 2]
22 - 11-2014 19: 27 :51
[gebruikersnaam 2]
[gebruikersnaam 1]
Serie [nummer 14]
22-11-2014 19:28:51
[gebruikersnaam 2]
dat nummer van [naam 2] is [nummer 15]
22-11-2014 19:35:48
(… )
[gebruikersnaam 2]
Ik spreek met hem voor morgen af
22-11-2014 20:45:12
[gebruikersnaam 2]
Ja
22-11-2014 20:45:28
[gebruikersnaam 2]
Nodig hem uit voor b15 het is [nummer 15]
22-11- 2014 20:45:36
[gebruikersnaam 2]
Akkoord
22- 11 -2014 20:45:44
[gebruikersnaam 2]
Ik bel [naam 2]
22-11- 2014 20:56:32
[gebruikersnaam 2]
Hij help mij morgenochtend
22-11-2014 20:56:41
[gebruikersnaam 2]
Ok hij moet je het serienummer
geven
22-11-2014 20:56:54
[gebruikersnaam 2]
Akkoord
22- 11 -2014 20:57:40
[gebruikersnaam 2]
Ik heb een afspraak morgen om 9 am met [naam 2]
22-11-2014 21:36:03
[gebruikersnaam 2]
Ok
22-11- 2014 21:36:23
[gebruikersnaam 2]
De serie van [naam 2]
22-11-2014 21:37:59
[gebruikersnaam 2]
Het is beter op het tijdstip dat
zij hier wakker zijn
22-11-2014 21:38 : 14
(…)
[gebruikersnaam 2]
[naam 2] stuurde mij
[nummer 14]
22-11 - 2014 21:44:54
[gebruikersnaam 2]
Ik accepteer b15
22-11-2014 22:02:31
[gebruikersnaam 2]
Ja hij / het zegt/vraagt mij een code
22-11-2014 22:03:42
(…)
[gebruikersnaam 2]
[nummer 16]
22-11-2014 22:09 : 34
(…)
[gebruikersnaam 2]
Vraag je hem het biljet
23-11-2014 15:49:09
[gebruikersnaam 2]
Over één uur en 10 min met [naam 2]
23-11-2014 15:49:17
(…)
[gebruikersnaam 2]
Hij moet het jou geven op het moment dat hij je ziet
23-11-2014 15:49:51
[gebruikersnaam 2]
En over 1 uur en 40 min met B15
23-11-2014 15 :50:17
( …)
[gebruikersnaam 2]
Het was [nummer 15]
23-11-2014 17: 11 :36
[gebruikersnaam 2]
Zodra jij [naam 2] ziet
23-11-2014 17 : 11:41
(…)
[gebruikersnaam 2]
Pak het biljet
23-11-2014 17 : 14: 07
[gebruikersnaam 2]
Ga ik door naar B15
23-11- 2014 17:14:15
[gebruikersnaam 2]
Ok [naam 2]
23-11-2014 17:14:32
(…)
[gebruikersnaam 2]
Ja ik ben op 10 min bij hun vandaan maar ik zeg hun dat zij aan de andere kant geen antwoord geven
23-11-2014 17:27:22
[gebruikersnaam 2]
Dat als ik nu niet geef hij niet meer ontvangt
23-11-2014 17:28:51
(…)
[gebruikersnaam 2]
Zij moeten je de foto sturen van de referentie
23-11-2014 17:34:43
(… )
[gebruikersnaam 2]
Hij heeft mij het biljet/ticket gegeven
23-11- 2014 17:48:41
[gebruikersnaam 2]
Geef het nu af
23-11-2014 17:50:27
[gebruikersnaam 2]
[nummer 15]
23-11-2014 17:50:27
[gebruikersnaam 2]
Ok
23-11-2014 17:51:16
[gebruikersnaam 2]
Al
23-11-2014 17:51:19
[gebruikersnaam 2]
Klaar
23-11-2014 17 :51:28
(…)
7. het door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 3] in de wettelijke vorm opgemaakt en op 28 november 2014 gesloten proces-verbaal uitlezen GSM, nummer [nummer 17] , zakelijk weergegeven, onder meer inhoudende [7] :
Object: GSM met Sim-kaart
(…)
Telefoonnummer: [nummer 7]
Administratienummer: PA27.02.01.007
(…)
Gebruikersnaam [gebruikersnaam 3]
Accountnaam [accountnaam 2]
(…)
Van
Naar
Inhoud
Tijdstip
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
[gebruikersnaam 4]
Tomorrow in the afternoon you can see me in ams
22-11-2014 21:50:13
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
How much u have
22-11-2014 21:50 : 55
(…)
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
[gebruikersnaam 4]
[nummer 15]
22-11-2014 21:59:41
(…)
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
[gebruikersnaam 4]
You give me code
22-11-2014 22:00:56
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
I need last three number from ur code to know which code
I have to give u
22-11-2014 22:01:30
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
[gebruikersnaam 4]
[nummer 16]
22-11-2014 22:15:29
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
Yes its ok
22-11-2014 22:15:56
(…)
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
If u dont give now
23-11-2014 22:29:32
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
I dont recieve again
23-11-2014 22:29:38
(…)
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
U have the 5 euro?
23-11-2014 17:48 : 19
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
[gebruikersnaam 4]
Yea i get
23-11-2014 17: 48 :39
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
Ok send picture please
23-11-2014 17:48 : 53
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
[gebruikersnaam 4]
You guy get
23-11-2014 17 : 56:31
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
Ok friend
23-11-2014 17:56:43
[gebruikersnaam 4]
[gebruikersnaam 3] [accountnaam 2]
Thank u
23-11- 2014 17:56:46
8. het door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 3] in de wettelijke vorm opgemaakt en op 28 november 2014 gesloten proces-verbaal uitlezen GSM Samsung [nummer 8] , nummer [nummer 18] , zakelijk weergegeven, onder meer inhoudende [8] :
Object: GSM met Sim -kaart
(…)
Telefoonnummer: [nummer 8]
Administratienummer: PA27.02.01.006
(…)
Van [nummer 13]
22-11-2014 22:45 : 46
Ok 17 pm is? Tomro goed?
Van [nummer 13]
22-11-2014 22:41:15
[nummer 14]
Van [nummer 13]
22-11-2014 22:33 : 55
[adres 3] Lijnden. 9 uur tomoro Mori 23.11.14
Naar [nummer 13]
Yes thank u . 17
Naar [nummer 13]
My friend i need change the hour 5 pm
Naar [nummer 13]
Yes thank u. 17
Naar [nummer 13]
Hi send me number serial thanks u

Voetnoten

1.Ordner Zaaksdossier 01; Pagina 79-83
2.Ordner Zaaksdossier 01; Pagina 90-103
3.Ordner Zaaksdossier 01; Pagina 113-116
4.Persoonsdossier; pagina 24
5.Ordner Zaaksdossier 01; Pagina 117-129
6.Ordner Zaaksdossier 01; Pagina 130-141
7.Ordner Zaaksdossier 01; Pagina 146-157
8.Ordner Zaaksdossier 01; Pagina 142-145