Op 28 april 2015 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een man, geboren in 1976, die momenteel verblijft in FPC de Beuken/Hoeve Boschoord. De man was eerder ter beschikking gesteld bij vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad op 15 maart 2007, met een termijn die oorspronkelijk inging op 30 maart 2007. De tbs was laatstelijk verlengd op 3 mei 2013 en zou eindigen op 30 maart 2015. Het openbaar ministerie diende op 30 januari 2015 een vordering in tot verlenging van de tbs met twee jaar, wat leidde tot een onderzoek in raadkamer op 14 april 2015.
Tijdens de zitting werd de man bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. P.L. Hellinga, en de officier van justitie, mr. L. Grooters, was ook aanwezig. De rechtbank overwoog dat de man lijdt aan schizofrenie en een licht verstandelijke beperking, en dat hij sinds oktober 2013 op een gesloten afdeling verblijft. Ondanks eerdere psychotische episodes en grensoverschrijdend gedrag, functioneert hij sinds januari 2014 stabiel binnen zijn mogelijkheden. De rechtbank concludeerde dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen eisen dat de tbs met dwangverpleging wordt verlengd, en dat er onvoldoende grond is voor een kortere verlenging van één jaar.
De rechtbank heeft de vordering van het openbaar ministerie toegewezen en de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd. De beslissing is genomen op basis van de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht, en de relevante artikelen van het Wetboek van Strafvordering. De rechtbank benadrukte dat de prognose voor stabilisatie van de man in de nieuwe behandelsetting langer dan een jaar zal duren, en dat een kortere verlenging onterecht verwachtingen zou scheppen over een mogelijke beëindiging van de tbs.