2.3.De samenwerking is vastgelegd in een maatschapsovereenkomst. Daarin is onder meer het volgende opgenomen:
“Artikel 2 Duur, naam en vestigingsplaats
De maatschap is aangegaan per 1-12-1992 voor onbepaalde tijd. De naam van de maatschap luidt: Praktijk voor Fysiotherapie “Groot Driene”
Artikel 10 Jaarstukken
(…)
3. Ieder der partijen heeft te allen tijde het recht inzage te nemen of te doen nemen van alle boeken en bescheiden der maatschap.
Artikel 17 Ontbinding der maatschap
De maatschap eindigt in navolgende gevallen op de daarbij vermelde tijdstippen:
(…)
f. door opzegging per einde van enig kwartaal door één der partijen aan de andere partijen gedaan bij aangetekende brief met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden; per die datum; bij wederzijds goedvinden van het uittreden maatschapslid wordt de afwikkeling geregeld door 2 onafhankelijk adviseurs. Bij vertrek zonder wederzijds goedvinden blijft het aantal zittingen in de maatschap tegen een vergoeding geregeld door een onafhankelijke derde.
g. bij rechterlijke uitspraak tot ontbinding ingevolge het bepaalde in artikel 1684 van het Burgerlijke Wetboek, op het tijdstip van het onherroepelijk worden daarvan;
h. bij door partijen gezamenlijk gesloten overeenkomst tot ontbinding, op het daarbij overeengekomen tijdstip.
Artikel 18 De gevolgen van ontbinding
1. Indien de maatschap eindigt op de wijze als genoemd in artikel 17, letter h wordt van hetgeen na voldoening van de schulden van haar vermogen is overgebleven, uitgekeerd aan partijen naar rato van de gerechtigheid als genomen in artikel 12.
Eventuele tekorten of meer aanwezig vermogen worden in dezelfde verhouding gedragen dan wel verdeeld.
2. Indien de maatschap eindigt op de wijze als genomen in artikel 17 letter b, c, d, f en g hebben de overige partijen gezamenlijk het recht de zaken van de maatschap, eventueel met één of meer derden voort te zetten en de activa van de maatschap (en het eventuele buitenmaatschappelijke en ten dienste van de maatschap gebezigde bedrijfsvermogen van bedoelde partij(en) over te nemen, aan zich te houden of zich deze bij scheiding te doen toedelen, onder verplichting om alle passiva der maatschap voor zijn/haar rekening te nemen.
(…)
Artikel 22 Geschillenregeling
1. Alle geschillen, ook die welke slechts door één der partijen als zodanig mochten worden beschouwd, welke tussen partijen mochten opkomen betreffende uitleg van de bepalingen van deze overeenkomst, alsmede alle ander geschillen welke tussen partijen terzake van de maatschap mochten ontstaan, zowel juridische als feitelijke, zullen in eerste instantie door de externe accountant geadviseerd worden. In tweede instantie alleen en uitsluitend en in hoogste ressort worden beslist door een arbitragecommissie bestaande uit drie leden, waarvan er één wordt benoemd door elk der partijen en een derde door de aldus benoemde tezamen en zo de aldus benoemden het over deze benoemeng niet eens kunnen worden, door de kantonrechter te Enschede. De benoemde derde arbiter, welke de titel van meester in de rechten moet hebben, treedt op als voorzitter van de arbitragecommissie.
(…)”.