ECLI:NL:RBOVE:2014:6944

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
22 december 2014
Publicatiedatum
29 december 2014
Zaaknummer
08.963506-14
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van een vrouw uit Rotterdam in een mensensmokkelzaak

De rechtbank Overijssel heeft op 22 december 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een vrouw uit Rotterdam, die werd verdacht van mensensmokkel. De zaak kwam voor de rechtbank na een onderzoek op de openbare terechtzitting van 8 december 2014, waar de officier van justitie, mr. D. Stikkelbroeck, de vordering indiende. De verdachte werd beschuldigd van het helpen van een man uit Nigeria om toegang en verblijf in Frankrijk te verkrijgen door middel van een schijnhuwelijk. De tenlastelegging omvatte verschillende handelingen die de verdachte zou hebben verricht, waaronder het onderhouden van contact met mededaders en het indienen van valse documenten bij de Franse autoriteiten.

Tijdens de zitting heeft de officier van justitie gevorderd om de verdachte vrij te spreken van het helpen bij toegang tot Frankrijk, maar haar te veroordelen voor het helpen bij verblijf in Frankrijk, met een werkstraf van 200 uur of 100 dagen hechtenis als alternatief. De verdediging pleitte voor vrijspraak. De rechtbank heeft vervolgens de bewijsmiddelen beoordeeld en geconcludeerd dat de verdachte vrijgesproken moest worden van beide tenlastegelegde feiten. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet het oogmerk van winstbejag had en dat de man uit Nigeria al in Frankrijk verbleef ten tijde van de verweten gedragingen.

Uiteindelijk heeft de rechtbank beslist dat de verdachte niet bewezen kon worden dat zij het tenlastegelegde feit had begaan, en sprak haar vrij. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door de meervoudige kamer van de rechtbank Overijssel, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Afdeling Strafrecht
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08.963506-14
Datum vonnis: 22 december 2014
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1988 te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats].

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van
8 december 2014. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. D. Stikkelbroeck en van hetgeen door de verdachte en diens raadsman mr. R.A. Bruinsma, advocaat te Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte een man uit Nigeria behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot dan wel verblijf in Frankrijk door onder meer een schijnhuwelijk met hem aan te gaan.
Voluit luidt de tenlastelegging – na een vordering wijziging tenlastelegging d.d. 8 december 2014 – aan de verdachte, dat:
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2012
tot en met 31 december 2012, te Rotterdam en/althans (elders) in Nederland en/of in Frankrijk, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een ander, te weten een man genaamd of zich noemende [naam]
(geboren op [geboortedatum 2] 1987 te Nigeria), (telkens)
-behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot en/of
-uit winstbejag behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in
Frankrijk, in elk geval in een lidstaat van de Europese Unie of een staat die
is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen
Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht,
tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag
tegen transnationale georganiseerde misdaad,
en/of hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
terwijl verdachte en/of haar mededader(s) wist(en) of ernstige redenen
had(den) te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk was,
immers heeft/hebben/is/zijn verdachte en/of haar mededader(s) (telkens):
-contact gehad en/of onderhouden met en/of instructies ontvangen van en/of
afspraken gemaakt met verdachtes mededader(s) en/of een of meer organisatoren
en/althans personen in Frankrijk en/of met/over een - onrechtmatig in
Frankrijk wonende/verblijvende - man genaamd of zich noemende [naam]
, over de organisatie en het sluiten van een zogenaamd schijnhuwelijk
tussen die [naam] en verdachte (zijnde [verdachte]) en/of over het vervoer en/of
verblijf van voornoemd(e) perso(o)n(en) naar/in Frankrijk en/of
-(daartoe) een sms-bericht met de persoonsgegevens van die [verdachte] verstuurd
naar verdachtes mededader, althans naar een persoon in Frankrijk en/of
-een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente
Rotterdam (op naam van verdachte) opgevraagd en/of laten opvragen en/of
afgehaald en/of aan verdachtes mededader(s) afgegeven en/of laten (af)geven
en/of
-met verdachtes mededader(s) en/of met een man genaamd of zich noemende [naam]
en/althans met een of meer organisatoren en/althans personen in
Frankrijk besproken/afgesproken dat zij (verdachte) in Frankrijk een
(schijn)huwelijk zou aangaan met een man genaamd of zich noemende [naam]
en/of daarvoor een bepaald geldbedrag zou ontvangen en/of
-meermalen, al dan niet met verdachtes mededader(s) naar Parijs afgereisd
en/of in Parijs verbleven en/of naar de Nederlandse Ambassade in Parijs
gegaan en/of (aldaar) een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie
van de gemeente Rotterdam (op naam van verdachte) afgegeven en/of overlegd
en/of (vervolgens) een zogenaamde "Attestation Consulaire" en/of een
zogenaamd "Certificat de Coutume pour le mariage" (op naam van verdachte)
aangevraagd en/of laten aanvragen en/of afgehaald en/of afgegeven aan
verdachtes mededader(s) en/of die consulaire verklaring(en) vervalst en/of
valselijk opgemaakt en/of laten vervalsen en/of bij die Ambassade een of meer
documenten ondertekend en/of
-een electriciteitsrekening, op naam van die [verdachte] en bedoeld als bewijs van
inschrijving/huisvesting van die [verdachte] in Frankrijk (valselijk) opgemaakt
en/of (valselijk) laten opmaken en/of aan verdachtes mededader(s) afgegeven
en/of laten (af)geven en/of
-een (huwelijks)dossier, met onder meer voornoemde (valse/vervalste)
documenten bij de gemeente Morsang sur Orge ingediend en/of laten indienen
en zich bij dat indienen en/of laten indienen heeft gelegitimeerd met haar ID-kaart en/of een ander zich laten legitimeren en/of een kopie heeft overgelegd/laten overleggen en/of daarmee kenbaar gemaakt dat een man genaamd of zich noemende [naam]
en/of die [verdachte] voornemens waren met elkaar te trouwen en/of
-(aldus) een of meer handeling(en) verricht teneinde een man genaamd of zich
noemende [naam] een legaal verblijf in Frankrijk te verschaffen
en/of de toegang tot en/of het verblijf in Frankrijk van die [naam]
georganiseerd en/of gefaciliteerd.

3.De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd verdachte vrij te spreken van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk en te veroordelen ter zake het uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verschaffen van verblijf in Frankrijk tot een werkstraf voor de duur van 200 uur subsidiair 100 dagen hechtenis.

4.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

5.De beoordeling van het bewijs

Deze paragraaf bevat het oordeel van de rechtbank over de vraag of het tenlastegelegde feit bewezenverklaard kan worden of dat daarvan moet worden vrijgesproken. In het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, steunt de beslissing dat verdachte het feit heeft begaan op de inhoud van bewijsmiddelen die als bijlage aan het vonnis zijn gehecht en daarvan op die wijze deel uitmaken. Deze bewijsmiddelen bevatten dan de redengevende feiten en omstandigheden op grond waarvan de rechtbank de overtuiging heeft gekregen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
5.1
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte vrij te spreken van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk en te veroordelen ter zake het uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verschaffen van verblijf in Frankrijk.
De verdediging heeft vrijspraak bepleit.
5.2
De bewijsoverwegingen van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat verdachte vrijgesproken dient te worden van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk, nu [naam] reeds in Frankrijk verbleef ten tijde van de verweten gedragingen.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte ook vrijgesproken dient te worden van het uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verschaffen van verblijf in Frankrijk, nu uit de bewijsmiddelen niet blijkt dat verdachte het oogmerk had van winstbejag.
5.3
De conclusie
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte is tenlastegelegd, zodat zij haar daarvan zal vrijspreken.

6.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
- verklaart niet bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt haar daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.M.M. Bordenga, voorzitter, mr. R.P. van Eerde en mr. B.T.C. Jordaans, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.C. van Druten, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 22 december 2014.