Op vrijdag 1 augustus 2014, omstreeks/tussen 00.30 en 01.00 uur, kwam ik op mijn
kamer in het perceel [adres] te Kampen. Mijn kamer is gevestigd op
de tweede etage en wel aan de achterzijde van de woning. Ik heb zicht op de tuin.
Dit betreft een studentenhuis. Ik logeerde daar.
(…)
Toen ik thuis kwam ben ik meteen gaan slapen. Op een gegeven moment werd ik wakker
of was ik nog wakker van lawaai of gestommel.. Ik hoorde dat dit binnenshuis was. Ik
hoorde dat het gestommel van beneden kwam. Direct daarna hoorde ik het geluid van
brekend glas. Ik dacht dat er dronken mensen in of rond het huis liepen. Ik zette mijn bril op en ging door liet raam kijken en ik heb dan zicht op de tuin, een gedeelte van de straat [straat 2] en een gedeelte van de [straat 3] te Kampen.
Ik zag twee dingen gelijk. Ik zag een fietser van mijn woning de [straat 2] op fietsen en ik zag iemand over de [straat 3] rennen die uit de richting van mijn woning kwam. Hij rende over de [straat 3] richting de Molen. Ik zag dat hij aan de rechterzijde van de [straat 3] liep en dat gezien vanaf mijn woning. Ik zag daarna dat de fietser weer terugkwam fietsen van de [straat 2]. De fietser reed achter de jongen aan die even daarvoor hard wegrende. Ik zag dat deze fietser voorover gebogen op de fiets zat en zag dat hij veel trapbewegingen maakte. Het leek net of hij de fiets op een te hoge versnelling had staan. De fietser verdween uit mijn zicht. Hij fietste ook richting de Molen. (…) Ze kwamen uit de richting van mijn woning. Het eerste wat ik daarna zag dat was [slachtoffer](…) Ik zag dat [slachtoffer] zich ergens tussen de tuinen [straat 2] bevond. Ik riep hem, volgens mij zei ik : ‘Hoi [slachtoffer]”. Ik denk dat hij iets over inbrekers zei. Toen ik naar beneden liep wist ik dat het over inbrekers ging dus dat moet hij hebben gezegd.
Toen ik naar beneden liep via de trap op blote voeten, zag ik dat op de begane grond in de gang en hal glas op de grond lag. Ik zag dat liet raam in de deur tussen de hal en gang stuk was. In de gang of buiten kwam ik [slachtoffer] tegen en daarna hebben we de politie gebeld. [slachtoffer] heeft dat gedaan. (…) Ik heb nog gekeken of [slachtoffer] gewond was geraakt. Het enige wat ik zag dat hij een klein wondje had aan de linkerpols. Het wondje bloedde een heel klein beetje.