ECLI:NL:RBOVE:2014:6936

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
22 december 2014
Publicatiedatum
29 december 2014
Zaaknummer
08.963514-14
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor mensensmokkel door het faciliteren van verblijf in Frankrijk via een schijnhuwelijk

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 22 december 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een vrouw uit Dordrecht, die werd beschuldigd van mensensmokkel. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan het faciliteren van het verblijf van een Nigeriaan in Frankrijk door middel van een schijnhuwelijk. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 1 oktober 2012 tot en met 31 januari 2013, samen met anderen, handelingen heeft verricht die gericht waren op het verkrijgen van een legaal verblijf voor de Nigeriaan in Frankrijk. Dit omvatte het aanvragen van documenten, het afgeven van haar paspoort aan mededaders en het organiseren van een huwelijk dat op 5 januari 2013 plaatsvond. De officier van justitie had gevorderd om de verdachte vrij te spreken van het helpen bij toegang tot Frankrijk, maar te veroordelen voor het helpen bij verblijf in Frankrijk. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het eerste onderdeel, maar bewezen verklaard dat zij uit winstbejag heeft gehandeld door de Nigeriaan te helpen bij het verkrijgen van verblijf in Frankrijk. De rechtbank heeft rekening gehouden met de omstandigheden dat de verdachte openheid van zaken heeft gegeven tijdens het verhoor en zich heeft teruggetrokken voor het huwelijk. Uiteindelijk is de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 150 uur, met een vervangende hechtenis van 75 dagen indien zij deze taakstraf niet naar behoren verricht.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel

Afdeling Strafrecht
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummer: 08.963514-14
Datum vonnis: 22 december 2014
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1985 in [geboorteplaats],
postadres: [woonplaats].

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 8 december 2014. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. D. Stikkelbroeck en van hetgeen door de verdachte en diens raadsman mr. B.G.M. Frencken, advocaat te ‘s-Hertogenbosch, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte een man uit Nigeria behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot dan wel verblijf in Frankrijk door onder meer een schijnhuwelijk met hem aan te gaan.
Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte, dat:
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2012
tot en met 31 januari 2013, te Dordrecht en/of te Rotterdam en/althans (elders) in Nederland en/of in Frankrijk, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een ander, te weten een man genaamd of zich noemende [naam 1] (geboren op [geboortedatum 2] 1969 te Nigeria), (telkens)
-behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot en/of
-uit winstbejag behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in
Frankrijk, in elk geval in een lidstaat van de Europese Unie of een staat die
is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen
Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht,
tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag
tegen transnationale georganiseerde misdaad,
en/of hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
terwijl verdachte en/of haar mededader(s) wist(en) of ernstige redenen
had(den) te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk was,
immers heeft/hebben/is/zijn verdachte en/of haar mededader(s) (telkens):
-contact gehad en/of onderhouden met en/of instructies ontvangen van en/of
afspraken gemaakt met verdachtes mededader(s) en/of een of meer organisatoren
en/althans personen in Frankrijk en/of met/over een - onrechtmatig in
Frankrijk wonende/verblijvende - man genaamd of zich noemende [naam 1],
over de organisatie en het sluiten van een zogenaamd schijnhuwelijk tussen
die [naam 1] en verdachte (zijnde [verdachte]) en/of over het vervoer en/of
verblijf van voornoemd(e) perso(o)n(en) naar/in Frankrijk en/of
-een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente
Dordrecht (op naam van verdachte) en/of een uittreksel uit de geboorteakte
(op naam van verdachte) opgevraagd en/of laten opvragen en/of afgehaald en/of
aan verdachtes mededader(s) afgegeven en/of laten (af)geven en/of
-met verdachtes mededader(s) en/of met een man genaamd of zich noemende [naam 1]
en/althans met een of meer organisatoren en/althans personen in
Frankrijk besproken/afgesproken dat zij (verdachte) in Frankrijk een
(schijn)huwelijk zou aangaan met die [naam 1] en/of daarvoor een bepaald
geldbedrag zou ontvangen en/of
-(meermalen) al dan niet met verdachtes mededader(s) naar Parijs afgereisd
en/of in Parijs verbleven en/of naar de Nederlandse Ambassade in Parijs
gegaan en/of (aldaar) een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie
van de gemeente Dordrecht (op naam van verdachte) en/of een uittreksel uit de
geboorteakte (op naam van verdachte) afgegeven en/of overlegd en/of
(vervolgens) een zogenaamd "Certificat de coutume pour le mariage" en/of
een "Attestation Consulaire" aangevraagd en/of laten aanvragen en/of
afgehaald en/of afgegeven aan verdachtes mededader(s) en/of een of meer
documenten ondertekend en/of
-een zogenaamde "Attestation sur l'honneur" en/of een "Renseignements
concernant les futurs epoux" (valselijk) opgemaakt en/of (valselijk) laten
opmaken en/of aan verdachtes mededader(s) afgegeven en/of laten (af)geven
en/of
-haar paspoort afgegeven aan verdachtes mededader(s) en/of
-met verdachtes mededader(s) en/of met een man genaamd of zich noemende
[naam 1] en/althans met een of meer organisatoren en/althans personen in
Frankrijk naar de gemeente Vitry Sur Seine gegaan en/of (aldaar) een
(huwelijks)dossier, met onder meer voornoemde (valse/vervalste)
documenten ingediend en/of laten indienen en/of daarmee kenbaar gemaakt dat
een man genaamd of zich noemende [naam 1] en/of die [verdachte] voornemens
waren met elkaar te trouwen en/of (daarbij) aangegeven dat verdachte
([verdachte]) graag met haar man ([naam 1]) in Frankrijk wil wonen en daar werk
wil zoeken en/of Franse les wil volgen en/of (aldaar) een of meer
documenten ondertekend en/of
-het huwelijk tussen die [naam 1] en verdachte vastgesteld en/of laten
vaststellen op 5 januari 2013 en/of
-(aldus) een of meer handeling(en) verricht teneinde een man genaamd of zich
noemende [naam 1] een legaal verblijf in Frankrijk te verschaffen en/of
de toegang tot en/of het verblijf in Frankrijk van die [naam 1] georganiseerd
en/of gefaciliteerd.

3.De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd verdachte vrij te spreken van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk en te veroordelen ter zake het uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verschaffen van verblijf in Frankrijk tot een werkstraf voor de duur van 200 uur subsidiair 100 dagen hechtenis.

4.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

5.De beoordeling van het bewijs

Deze paragraaf bevat het oordeel van de rechtbank over de vraag of het tenlastegelegde feit bewezenverklaard kan worden of dat daarvan moet worden vrijgesproken. In het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, steunt de beslissing dat verdachte het feit heeft begaan op de inhoud van bewijsmiddelen die als bijlage aan het vonnis zijn gehecht en daarvan op die wijze deel uitmaken. Deze bewijsmiddelen bevatten dan de redengevende feiten en omstandigheden op grond waarvan de rechtbank de overtuiging heeft gekregen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
5.1
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte vrij te spreken van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk en te veroordelen ter zake het uit winstbejag behulpzaam zijn bij het verschaffen van verblijf in Frankrijk.
De verdediging heeft bepleit dat verdachte dient te worden ontslagen van alle rechtsvervolging althans te worden vrijgesproken, omdat haar een geslaagd beroep op vrijwillige terugtred toekomt.
5.2
De bewijsoverwegingen van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat verdachte vrijgesproken dient te worden van het behulpzaam zijn bij het verschaffen van toegang tot Frankrijk, nu [naam 1] reeds in Frankrijk verbleef ten tijde van de verweten gedragingen.
De rechtbank acht gelet op de bewijsmiddelen, waaronder de verklaring van verdachte, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte uit winstbejag [naam 1] behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Frankrijk. De rechtbank is van oordeel dat sprake is van een voltooid delict, nu verdachte door haar paspoort af te geven aan haar mededaders, een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie en een uittreksel uit de geboorteakte op te vragen en af te geven aan haar mededaders en door documenten op te halen bij de Nederlandse Ambassade in Parijs en af te geven aan haar mededaders, het verblijf in Frankrijk van [naam 1] heeft bevorderd of gemakkelijk gemaakt. Immers al deze handelingen waren erop gericht dat [naam 1] een schijnhuwelijk zou kunnen sluiten op grond waarvan hij vervolgens in Frankrijk een permanente verblijfvergunning zou kunnen aanvragen, waarop hij feitelijk geen recht zou hebben. Het vaststellen van het wederrechtelijk verblijf van die [naam 1] zou daardoor voor de Franse autoriteiten worden bemoeilijkt. Verdachte is op deze wijze [naam 1] behulpzaam geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Frankrijk in de zin van artikel 197a Sr. Dat verdachte uiteindelijk niet zelf in het huwelijk is getreden met die [naam 1] noch bij de huwelijksvoltrekking aanwezig is geweest maakt vorenstaande niet anders. Voor de bewezenverklaring is evenmin is van belang dat die [naam 1] op grond van het schijnhuwelijk een verblijfsvergunning heeft aangevraagd en gekregen. Het behulpzaam zijn is voltooid zodra verdachte enige handeling verricht waardoor de mogelijkheden tot illegaal verblijf worden verruimd. Gelet hierop behoeft het verweer van de raadsman dat ziet op een vrijwillige terugtred geen nadere bespreking meer.
De rechtbank is van oordeel dat het wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte heeft gehandeld uit winstbejag, nu verdachte heeft verklaard dat zij 1.000 of 1.500 euro zou krijgen.
5.3
De conclusie
De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen, dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
zij in de periode van 1 oktober 2012 tot en met 31 januari 2013, te Dordrecht en/of te Rotterdam en in Frankrijk, tezamen en in vereniging met anderen, een ander, te weten een man genaamd of zich noemende [naam 1] (geboren op [geboortedatum 2] 1969 te Nigeria),
-uit winstbejag behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van verblijf in
Frankrijk, en hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl verdachte en haar mededaders wisten dat dat verblijf wederrechtelijk was, immers hebben/zijn verdachte en haar mededaders:
-contact gehad en onderhouden met en instructies ontvangen van en afspraken gemaakt met verdachtes mededaders en met een - onrechtmatig in Frankrijk wonende/verblijvende - man genaamd of zich noemende [naam 1], over de organisatie en het sluiten van een zogenaamd schijnhuwelijk tussen die [naam 1] en verdachte (zijnde [verdachte]) en
-een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente Dordrecht (op naam van verdachte) en een uittreksel uit de geboorteakte (op naam van verdachte) opgevraagd en afgehaald en aan verdachtes mededader(s) afgegeven en
-met verdachtes mededaders en met een man genaamd of zich noemende [naam 1] besproken/afgesproken dat zij (verdachte) in Frankrijk een schijnhuwelijk zou aangaan met die [naam 1] en daarvoor een bepaald geldbedrag zou ontvangen en
-meermalen al dan niet met verdachtes mededader(s) naar Parijs afgereisd en in Parijs verbleven en naar de Nederlandse Ambassade in Parijs gegaan en (aldaar) een uittreksel uit de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente Dordrecht (op naam van verdachte) en een uittreksel uit de geboorteakte (op naam van verdachte) afgegeven en/of overlegd en
(vervolgens) een zogenaamd "Certificat de coutume pour le mariage" en een "Attestation Consulaire" aangevraagd en afgehaald en/of afgegeven aan verdachtes mededader(s) en
documenten ondertekend en
-een zogenaamde "Attestation sur l'honneur" en een "Renseignements concernant les futurs epoux" (valselijk) opgemaakt en/of (valselijk) laten opmaken en aan verdachtes mededader(s) afgegeven en/of laten (af)geven en
-haar paspoort afgegeven aan verdachtes mededader(s) en
-met verdachtes mededader(s) en met een man genaamd of zich noemende [naam 1] naar de gemeente Vitry Sur Seine gegaan en (aldaar) een (huwelijks)dossier, met onder meer voornoemde (valse/vervalste) documenten ingediend en/of laten indienen en daarmee kenbaar gemaakt dat een man genaamd of zich noemende [naam 1] en die [verdachte] voornemens waren met elkaar te trouwen en (daarbij) aangegeven dat verdachte ([verdachte]) graag met haar man ([naam 1]) in Frankrijk wil wonen en daar werk wil zoeken en Franse les wil volgen en (aldaar) documenten ondertekend en
-het huwelijk tussen die [naam 1] en verdachte laten vaststellen op 5 januari 2013 en
-(aldus) een of meer handeling(en) verricht teneinde een man genaamd of zich noemende [naam 1] een legaal verblijf in Frankrijk te verschaffen en het verblijf in Frankrijk van die [naam 1] georganiseerd en gefaciliteerd.
De rechtbank heeft de eventueel in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt hierdoor niet in haar verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd, zodat zij haar daarvan zal vrijspreken.

6.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld bij artikel 197a Sr. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
het misdrijf: een ander uit winstbejag behulpzaam zijn bij het zich verschaffen van verblijf in Nederland, een andere lidstaat van de Europese Unie, IJsland, Noorwegen of een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, of hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen verschaffen, terwijl hij weet of ernstige reden heeft te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk is, terwijl het feit in vereniging wordt begaan door meerdere personen.

7.De strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

8.De op te leggen straf of maatregel

8.1
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van de verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. Ook neemt de rechtbank de volgende factoren in aanmerking.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan mensensmokkel door het verblijf van [naam 1] in Frankrijk te vergemakkelijken. Verdachte heeft daarmee het overheidsbeleid dat wordt gevoerd in de landen die behoren tot de Europese Economische Ruimte, waaronder Nederland en Frankrijk, doorkruist. Het belang van strafbaarstelling van hulp bij illegaal verblijf is daarin gelegen, dat op het grondgebied van een staat alleen mensen verblijven die daartoe gerechtigd zijn.
De rechtbank heeft ten voordele van verdachte rekening gehouden met de omstandigheden dat verdachte vanaf het tweede verhoor bij de Koninklijke Marechaussee openheid van zaken heeft gegeven en dat zij zich voor het sluiten van het huwelijk heeft teruggetrokken. Zij heeft daarmee aangetoond de strafwaardigheid van haar gedrag in te zien.
De rechtbank is - alles overwegende - van oordeel dat een taakstraf van na te noemen duur een passende en geboden reactie vormt.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 22c, 22d en 27 Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
  • verklaart bewezen, dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
  • verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt haar daarvan vrij;
strafbaarheid
  • verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
  • verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
straf
  • veroordeelt verdachte tot een
  • beveelt, voor het geval dat de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, dat
  • beveelt dat de tijd die de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf in mindering wordt gebracht, waarbij als maatstaf geldt dat voor de eerste 60 in verzekering of voorlopige hechtenis doorgebrachte dagen, twee uren en voor de resterende dagen één uur per dag aftrek plaatsvindt.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.M.M. Bordenga, voorzitter, mr. R.P. van Eerde en mr. B.T.C. Jordaans, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.C. van Druten, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 22 december 2014.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de Koninklijke Marechaussee met onderzoeksnummer 27QRVALB06, onderzoek Valburg. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.Het tapgesprek d.d. 4 januari 2013 te 11:59:22, inhoudende, zakelijk weergegeven [1] :
O: (…) Ik ben op zoek naar iemand die een beetje op haar lijkt.
E: OK. (…) Zoek iemand om haar te vervangen. (…) Er moet alleen iemand gevonden worden die het in haar plaats doet.
2.Het proces-verbaal d.d. 11 december 2012, inhoudende, zakelijk weergegeven [2] :
Gelet op de verkregen informatie van gesprek nr. 785 van woensdag 5 december 2012 om 17.08 uur waarin [naam 2] zich voordoet als [naam 1], contact heeft met het stadhuis van Vitry Sur Seine (94), voor een afspraak op dit stadhuis op 12.12.2012 om 10 uur voor een huwelijksdossier. (…)
Neem telefonisch contact op met de afdeling BURGERLIJKE STAND van het stadhuis van Vitry Sur Seine. (…)
Mijn gesprekspartner bevestigt mij dat er inderdaad aan afspraak is gepland voor morgen (12-12-2012) om 10 uur, betreffende de volgende toekomstige echtgenoten [naam 1] (Nigeriaan) en [verdachte] (Nederlandse), het dossier is 16.11.2012 ingediend. (…)
Betreffende de toekomstige echtgenote [verdachte]
kopie van het Nederlandse identiteitsbewijs van mejuffrouw [verdachte]. geboren [geboortedatum 1].1985 in Dordrecht (NL), Nr. [nummer]
documenten afkomstig van de Nederlandse ambassade van 14.11.2012, consulaire verklaring en verklaring van wetgeving voor [verdachte] van 15.11.2012 in Vitry sur Seine
een verklaring op erewoord van celibaat voor [verdachte] van 15.11.2012 in Vitry sur Seine
een uittreksel van het bevolkingsregister van de gemeente Dordrecht (Nederland) voor [verdachte], geboren [geboortedatum 1].1985, wonende [adres] (Nederland) van 29.10.2012
een geboorteakte voor [verdachte] geboren [geboortedatum 1].1985 in Dordrecht (NL) afgegeven 25.10.2012
Betreffende de getuigen
De heer [naam 2], geboren [geboortedatum 3].1971 in Lagos (Nigeria) — organisator (…)
De heer [naam 3], geboren [geboortedatum 4].1966 in Ekpoma (Nigeria)
3.Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 5 januari 2013, inhoudende, zakelijk weergegeven [3] :
Wij gaan naar het gemeentehuis van Vitry sur seine (94), 2 avenue youri Gagarine voor het plaatsen van surveillanceapparatuur (…) Om tien uur veertig constateren wij dat twee personen met een Afrikaans uiterlijk boulevard Gagarine oversteken in de richting van het gemeentehuis (…) De eerste is gekleed in een kastanjebruin pak met een vlinderdas, hij draagt een zwart jasje over zijn arm. Wij herkennen hem als de toekomstige bruidegom [naam 1]. De andere persoon draagt een zwarte broek, een zwart jasje met een capuchon en een wit overhemd. Hij lijkt in alle opzichten op de foto op het paspoort van [naam 3] alias [naam 3], getuige bij het huwelijk. Hij heeft een grijze plastic tas in zijn hand. Wij constateren dat zij het gemeentehuis binnengaan. Om tien uur vijfenveertig arriveert [naam 2] op het plein van het stadhuis in gezelschap van twee vrouwen met een Afrikaans uiterlijk. (…) Wij constateren inderdaad dat deze bruid XF niet overeenkomt met [verdachte], de persoon die zich gemeld heeft bij het indienen van het dossier. Het gaat om usurpatie.
De drie personen gaan het gemeentehuis binnen. Om elf uur komen [naam 2] en [naam 3] weer naar buiten op het plein van het gemeentehuis. [naam 2] schudt de hand van een persoon met een Indiaas uiterlijk, die de tolk zou kunnen zijn. Om elf uur twintig laat brigadier [verbalisant], die in het gemeentehuis geposteerd is, ons weten dat de groep door de werknemer van het gemeentehuis is uitgenodigd om de trouwzaal te betreden. Daar de deur open is gebleven, geeft brigadier [verbalisant] aan dat [naam 1] zich naast bruid XF bevindt in het midden. Zij zijn omringd door de twee getuigen [naam 2] en [naam 3] alias [naam 3]. De persoon met een Indiaas uiterlijk bevindt zich naast de geliefde en verzorgt het tolken. De begeleidster van XF zit in de zaal. Om elf uur dertig wisselen de bruid en de bruidegom huwelijksverbintenissen uit. Om elf uur veertig verlaat de groep het gemeentehuis. De vijf personen steken boulevard Gagarine over in de richting van de bushalte. Wij constateren dat [naam 3] de grijze plastic tas die hij vasthad aan bruidegom [naam 1] gegeven heeft. [naam 3] houdt inmiddels de rood met gele plastic tas vast die oorspronkelijk in het bezit wast van de begeleidster van XF. Om elf uur vijfenveertig gaan [naam 2], [naam 3], bruidegom [naam 1], bruid Xf en de begeleidster van XF op 39, avenue de l’Abbé Derry te Vitry sur Seine (94), een Aziatische traiteur binnen. Om elf uur vijftig verlaten [naam 2], bruidegom [naam 1] en [naam 3] het restaurant en gaan zij bij de bushalte zitten. Wij vermelden dat bruidegom [naam 1] zich omgekleed heeft. Wij constateren dat [naam 2] en [naam 3] tijdens het wachten op de bus afstand nemen van bruidegom [naam 1] en praten. Om twaalf uur stappen de drie personen in bus 180 richting Charenton. Om twaalf uur vijftien stappen de drie mannen uit op het snelmetro-station van Vitry sur seine. Om twaalf uur vijfentwintig stappen de drie mannen in snelmetro C richting Pontoise. Om twaalf uur vijfenvijftig stappen [naam 3], [naam 2] en [naam 1] uit op station Saint Michel Notre Dame, steken zij het station over en stappen ze in snelmetro B richting Charles de Gaulle. Om dertien uur vijf stappen de drie mannen uit op station gare du Nord. Op het perron scheidt de groep onmiddellijk. [naam 3] neemt de roltrap en gaat naar het station. (…)
4.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] d.d. 30 januari 2014 te 11:30 uur, inhoudende, zakelijk weergegeven [4] :
0: We hebben het nu gehad over jouw tweede keer in Parijs.
V: Hoe is de eerste keer, in november 2012 verlopen?
V: Hoe ben je gereisd?
A: Met de Thalys. (…)
V: Wie heeft het ticket betaald?
A: een onbekend persoon (…)
O: Wij tonen de verdachte twee consulaire verklaringen van de Nederlandse ambassade, welke verkregen zijn op 14 november 2012. Tevens tonen wij de verdachte een daarbij gevoegde kopie van haar identiteitskaart. Deze kopieën worden als bijlage bij dit proces-verbaal gevoegd.
V: Wat kun je hierover vertellen?
(…) A: Dat ik daar geweest ben.
V: Op de ambassade?
A: Ja (…)
A: [naam 3] zei dat ik moest trouwen. Het zou niet trouwen zijn als in echt trouwen. Het ging maar om een papiertje.
V: Wie is [naam 3]?
A: Ja, wie denk je?
O: De verdachte wijst op de map met bijlagen.
V: [naam 4]? De man op foto 2 die we gisteren getoond hebben?
O: We tonen de verdachte foto 2 opnieuw.
A: Ja.
V: Wat voor papiertje?
A: Hij heeft me niet echt duidelijk verteld dat het om echt trouwen zou gaan. Hij bracht het met de boodschap dat iemand hulp nodig had.
V: Wat voor hulp?
A: Iemand had een papiertje nodig.
V: Wat voor papiertje?
A: Om te trouwen met een Europese.
V: Wat zou dan het doel zijn van dat trouwen met een Europese?
A: Waarschijnlijk zou dan diegene in Nederland of in Europa kunnen blijven.
V: Wanneer was dit gebeurd?
A: Dat was de eerste keer, je zei me dat dit 14 november was. Dat kan kloppen, dit was op een dag geregeld. Ik ben diezelfde dag ook terug naar huis gaan. Ik moest een andere keer terugkomen om een ander papiertje te tekenen.
V: Wie waren er bij die dag?
A: Twee mannen. Je hebt mij zo straks een foto getoond met drie mannen, twee daarvan waren er bij op de ambassade. Eén van die twee zou mijn beoogde man zijn.
(…) O: Je moest een keer terugkomen voor een ander papiertje. Je bent de tweede keer, in december 2012, terug gegaan naar Parijs.
V: Hoe is dat tweede bezoek gegaan?
A: Zoals ik eerder verklaarde: weer een ticket gekregen, opgewacht bij het station door dezelfde mannen volgens mij. Deze keer reisde ik alleen, de eerste keer was volgens mij [naam 3] mee. Dit was al later in de middag, daarom moest ik overnachten in een hotel. De volgende dag ben ik met diezelfde twee mannen naar een gebouw geweest waarvan ik denk dat het een gemeentehuis was. Ik weet niet waar dat was. Ik heb geen plaatsnaam kunnen lezen. Ik ben er met de trein en de bus heen gereisd, 10 minuten met de trein en 10 minuten met de bus.
V: Waarom denk je dat het een gemeentehuis of een dergelijke instelling was?
A: Omdat we daar papieren moesten tekenen. Na het tekenen van die papieren werd door de vrouw van de gemeente gevraagd wanneer onze trouwdatum zou zijn. Deze vrouw liet ons ook een trouwzaal zien.
V: Als ik nou zeg dat je trouwdag 5 januari 2013 zou zijn, wat kun je daar over vertellen?
A: Dat kan wel kloppen, (…)
V: Wie zijn er op jouw trouwdag aanwezig geweest?
A: Ik ben helemaal niet meer die kant op gegaan. [naam 3] was hier boos over, die andere mannen denk ik ook wel. Mijn paspoort lag nog bij die mannen, die had ik daar achtergelaten, omdat er nog wat geregeld moest worden. Mijn paspoort zou ik dan op de trouwdag terug krijgen. Omdat ik besloot om niet terug te gaan, hebben ze mijn paspoort gehouden. Ik moest mijn paspoort aanschaffen voor deze gelegenheid. Ik heb daar ook niet zelf voor betaald. (…)
V: Hoeveel geld zou je krijgen voor het aangaan van dit schijnhuwelijk?
A: Hij heeft gezegd dat ik er voor betaald zou worden.
V: Hoeveel zou je krijgen?
A: Ik denk zo’n 1000 of 1500 euro.
?
A: Ze hebben mijn onkosten betaald, hotel en treintickets en zo.
5.Het proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1], inhoudende, zakelijk weergegeven [5] :
Ik werd op donderdag 3 januari 2013 benaderd door [naam 3] middels de Whatsapp. Hij vroeg mij waar ik was. Ik heb hem verteld dat ik op het Centraal Station in Rotterdam stond. [naam 3] heeft mij toen opgehaald bij het Centraal Station in Rotterdam en mij naar huis gebracht. Onderweg naar huis heeft hij mij gevraagd om met [verdachte] mee te gaan naar PARIJS. Ik heb dit eerst geweigerd, maar omdat hij aan bleef dringen heb ik toch ingestemd. Nadat ik door [naam 3] thuis werd afgezet, ben ik een dag later naar de woning van [naam 3] gegaan. In de woning van [naam 3] was ook een ander meisje aanwezig. Ik weet de naam niet meer van dat meisje. Dit meisje zou in Hengelo wonen. Zij had mij dit verteld. Dit meisje zou in plaatst van [verdachte] met mij naar Parijs reizen. Vanuit de woning van [naam 3], werden wij door [naam 3] naar het Centraal Station gebracht. Vanuit hier hebben we de Thalys naar Parijs genomen. [naam 3] had de tickets voor de THALYS geregeld. In Parijs werden we op het station opgehaald door 3 Afrikaanse mannen. Ik denk dat deze mannen Afrikaans waren, omdat ze een Afrikaans uiterlijk hadden. Deze mannen spraken hoofdzakelijk Frans met elkaar en af en toe Engels. Tijdens de reis had ik een tas met kleding bij me, zodat ik van kleding kon wisselen. Het andere meisje had geen bagage bij zich. Zij had alles bij [naam 3] thuis liggen. Ik weet niet meer zeker of zij de zelfde dag of de dag erna vroeg in de ochtend is getrouwd.
De 3 mannen hebben toen een trouwjurk voor het andere meisje gekocht. Tevens hadden zij een pruik en schoenen voor haar gekocht. Volgens mij hadden ze verder niets voor het meisje gekocht. Althans dat kan ik mij niet herinneren. Nadat de jurk, schoenen en de pruik waren gekocht, zijn we wat gaan eten.
Ik kan mij niet meer herinneren of zij dezelfde dag of een dag later was getrouwd.
O: Uit informatie van de Franse politie weten we dat het huwelijk op zaterdag 5 januari 2013 heeft plaatsgevonden.
V: Wat kan je verder over deze dag verklaren.
A: Ik denk dat we in hetzelfde hotel hebben geslapen als de eerste keer. We werden bij het hotel opgehaald en naar een metrostation gebracht. Ik weet niet meet waar dit was. Het was een groot gebouw met een groot plein er voor. Ik denk dat dit een gemeentehuis was. Toen we uit de metro kwamen heeft het meisje achter een gebouw de bruidsjurk aangetrokken . Dit was in de buurt van het gemeentehuis. Hierna zijn we met de drie mannen die ons op het station hadden opgehaald naar het gemeentehuis gegaan. Ik heb hier toen niet hoeven te tekenen. De 3 mannen waren de getuigen van de bruid en de bruidegom. Ik kan me geen naam herinneren van deze mannen.
A: Ik ben alleen als gezelschap voor het andere meisje meegegaan. Ik kende dit meisje niet.
Het meisje is uiteindelijk op naam van [verdachte] getrouwd. Op de dag dat we naar PARIJS zouden gaan was [verdachte] niet op komen dagen. [naam 3] heeft toen een meisje gezocht dat op haar leek. Hierdoor was dat andere meisje er. Ik vond niet dat ze op elkaar leken. (…) Het meisje had het paspoort van [verdachte] bij zich. (…) We zijn terug gegaan naar het Station in Parijs. (…)
V: Wat hebben jullie toen meegenomen?
A: We hebben toen het paspoort en een enveloppe met geld meegenomen naar Nederland. (…)
6.Het proces-verbaal van verhoor van medeverdachte [medeverdachte 2] d.d. 27 november 2013 te 9:00 uur, inhoudende, zakelijk weergegeven [6] :
A: (…) Ik moest achter het adres en telefoonnummer van het meisje komen. Daarna heeft hij gevraagd of ik meisje kon vinden en naar hem kon sturen. (…)
A: Nadat [naam 5] de persoon niet kon vinden moest ik voor een vervanger zorgen en vroegen ze of ik iemand had. [verdachte] ging toen. Ze ging 1 keer en kwam terug en daarna ging ze niet meer. (…)
A: Toen ze terug kwam toen wilde ze niet meer. [naam 5] zei dat ik iemand voor hem moest vinden, anders zou het een probleem worden. (…)

Voetnoten

1.Pagina 3886
2.Pagina 3939-3940
3.Pagina 3972-3974
4.Pagina 4038-4048
5.Pagina 4082-4089
6.Pagina 4061-4074