Op 10 oktober 2014 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 30-jarige man uit Duitsland, die beschuldigd werd van het plegen van gewapende overvallen. De man had op 17 februari 2014 een tankstation in Glanerbrug overvallen en twee dagen later twee mannen beroofd van hun auto onder bedreiging van een vuurwapen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar. Tijdens de rechtszitting op 26 september 2014 heeft de officier van justitie, mr. K. de Valk, de vordering ingediend, terwijl de verdachte werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. R. Oude Breuil. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De verdachte werd vrijgesproken van de medeplichtigheid aan de overval, omdat niet bewezen kon worden dat hij op de hoogte was van de plannen van zijn medeverdachte. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de medeplichtigheid, aangezien de verdachte niet wist dat er een overval zou plaatsvinden. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de benadeelde partijen, de slachtoffers van de overval, niet-ontvankelijk zijn in hun vorderingen, omdat de verdachte van het schadeveroorzakende feit werd vrijgesproken. De uitspraak benadrukt de noodzaak van overtuigend bewijs voor medeplichtigheid en de rechten van benadeelde partijen in strafzaken.