Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
Maatschap Oude Markt, te Enschede.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 23 juli 2014 uitspraak gedaan in een kort geding tussen enkele ondernemers rond de Oude Markt in Enschede en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede. De ondernemers verzochten om een voorlopige voorziening tegen de omgevingsvergunning die was verleend voor het vergroten van een horeca-pand op het perceel Oude Markt. De voorzieningenrechter oordeelde dat het college van B&W terecht de omgevingsvergunning had verleend en dat zij bevoegd waren om af te wijken van het bestemmingsplan. De voorzieningenrechter stelde vast dat de aanvraag om omgevingsvergunning op 12 december 2013 was ingediend en dat de vergunninghouder, Maatschap Oude Markt, een omgevingsvergunning had gekregen voor de uitbreiding van het pand. De voorzieningenrechter oordeelde dat de bezwaren van de verzoekers, waaronder de Vereniging Horeca Stad Enschede en andere ondernemers, niet opgingen. De voorzieningenrechter benadrukte dat de beslissing om af te wijken van het bestemmingsplan aan het college toekwam en dat deze beslissing marginaal werd getoetst. De voorzieningenrechter concludeerde dat er geen aanleiding was om het verzoek om een voorlopige voorziening toe te wijzen, aangezien het primaire besluit in bezwaar kon worden gehandhaafd. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. A.E.M. Lever, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.