In de zaak voor de Rechtbank Overijssel, uitgesproken op 10 juni 2014, is de verdachte veroordeeld voor het mishandelen van drie personen met een metalen staaf. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 12 april 2013 in Deventer, ter uitvoering van een voorgenomen misdrijf, met opzet zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht aan de slachtoffers. De verdachte heeft de slachtoffers meermalen met een metalen staaf geslagen, wat resulteerde in letsel en pijn. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de zwaardere tenlasteleggingen, zoals poging tot doodslag en zware mishandeling, omdat deze niet wettig en overtuigend bewezen konden worden. De rechtbank heeft echter wel de subsidiaire tenlasteleggingen van mishandeling bewezen verklaard.
De rechtbank heeft in haar oordeel rekening gehouden met de psychische toestand van de verdachte. Uit rapportages van deskundigen bleek dat de verdachte lijdt aan een ziekelijke stoornis der geestvermogens, te weten schizofrenie van het paranoïde type. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de verdachte ten tijde van de feiten volledig ontoerekeningsvatbaar was. Hierdoor kon de verdachte niet strafrechtelijk verantwoordelijk worden gehouden voor zijn daden.
De rechtbank heeft besloten om de verdachte te ontslaan van alle rechtsvervolging, maar heeft wel gelast dat hij voor de duur van één jaar wordt geplaatst in een psychiatrisch ziekenhuis. Dit besluit is genomen om de veiligheid van de verdachte zelf en van anderen te waarborgen, gezien het risico op recidive en de noodzaak voor behandeling van zijn psychische aandoening.