Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding met producties van 17 juni 2014;
- de brief van 24 juni 2014 met productie van gedaagde;
- de mondelinge behandeling;
- de pleitnota van eiser;
- de pleitnota van gedaagde.
2.De feiten
.
9 september 2002 het door eiseres af te nemen aantal m2 naar beneden bijgesteld van circa 20.000 m2 naar circa 14.800 m2 over een periode van 7 jaar.
artikel 4 lid 3 van de samenwerkingsovereenkomst wordt door de gemeente aan eiseres een rentevergoeding van € 52.857,50 in rekening gebracht.
3.Het geschil
4.De beoordeling
24 april 2008 gesloten overeenkomst de afspraak over uitruil van werk voor kavels hebben bijgesteld en dat partijen in artikel 2 lid 4 van deze overeenkomst zijn overeengekomen dat artikel 6 van de overeenkomst van 11 november 2002 is komen te vervallen. Volgens gedaagde hebben partijen niet meer dan twee overeenkomsten, te weten die van
11 november 2002 en die van 24 april 2008, met elkaar gesloten, zodat met de term “het lopende contract” in artikel 2 lid 4 van de overeenkomst van 24 april 2008 wordt verwezen naar de overeenkomst van 11 november 2002. Gedaagde stelt zich op het standpunt dat met het loslaten van de 7-jaarstermijn er op dit moment, laat staan voor 31 december 2009, geen afnameverplichting op haar rust. In het licht van het gestelde door gedaagde kan eiseres naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet volstaan met de blote ontkenning dat de term “het lopende contract” ziet op de overeenkomst van 11 november 2002. Met inachtneming van het vorenoverwogene moet het er dan ook voorshands voor worden gehouden dat artikel 6 van de overeenkomst is vervallen en dat er voor gedaagde geen verplichting (meer) bestond om de bouwkavels voor 31 december 2009 af te nemen.
31 december 2009 zijn komen te vervallen, nog gehouden is aan de afnameverplichting, aangezien gedaagde de afnameverplichting één op één heeft overgenomen van haar. Eiseres heeft zich verplicht tot afname van de bouwkavels en is bereid hiertoe direct over te gaan. Volgens eiseres is gedaagde vervolgens gehouden deze verplichting op datzelfde moment over te nemen. De voorzieningenrechter volgt eiseres niet in dit betoog. Gelet op het bepaalde in artikel 1 lid 1 van de overeenkomst van 11 november 2002, waarin wordt verwezen naar de samenwerkingsovereenkomst van 9 september 2002, dient gedaagde de bouwkavels eerst af te nemen indien eiseres deze heeft gekocht en zou moeten afnemen van de gemeente. Aan deze voorwaarden is niet voldaan.