ECLI:NL:RBOVE:2013:BZ6029

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
2 april 2013
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
08/721224-11
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verduistering van caravans door oplichting en niet afdragen van verkoopopbrengsten

In deze zaak is de verdachte beschuldigd van verduistering en oplichting met betrekking tot een groot aantal caravans. De verdachte heeft in de periode van 1 januari 2007 tot 1 november 2010 in Nederland verschillende caravans gekocht met de intentie om deze te verkopen zonder de verkopers te betalen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich herhaaldelijk heeft voorgedaan als caravanhandelaar en de opbrengsten van de verkopen niet aan de rechtmatige eigenaren heeft afgedragen. De verdachte werd veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 120 uur, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien de taakstraf niet naar behoren wordt verricht. Daarnaast moet de verdachte schadevergoeding betalen aan de benadeelde partijen, die elk een bedrag vorderen dat verband houdt met de waarde van hun caravans. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen grotendeels toegewezen, met uitzondering van enkele partijen waarvan de vorderingen niet ontvankelijk zijn verklaard omdat deze al in een civiele procedure zijn behandeld. De rechtbank heeft de verdachte ook veroordeeld tot betaling van de kosten van rechtsbijstand voor de benadeelde partijen.

Uitspraak

Rechtbank Oost-Nederland
Team strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08/721224-11
Datum vonnis: 2 april 2013
Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Oost-Nederland, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Oost-Nederland tegen:
[verdachte],
geboren op [datum] 1968 in [plaats],
wonende in [woonplaats, adres].
1. Het onderzoek op de terechtzitting
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 19 maart 2013. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. A.H.J.M. Damen en van hetgeen door de verdachte en diens raadsman mr. J.W. Bosman, advocaat te Almelo, naar voren is gebracht.
2. De tenlastelegging
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte een groot aantal caravans heeft gekocht met de bedoeling om, zonder voor die caravans te betalen, over die caravans te beschikken, danwel dat hij een groot aantal personen door middel van oplichting heeft bewogen tot afgifte van hun caravan, danwel dat hij een groot aantal caravans of de opbrengst van die caravans heeft verduisterd.
Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte, dat:
hij in of omstreeks het tijdvak van 1 januari 2007 tot 1 november 2010 te
Almelo en/althans op na te noemen plaatsen, in elk geval in Nederland,
een beroep of een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het
oogmerk om zonder volledige betaling zich en/of (een) ander(en) de beschikking
over die goederen te verzekeren, hebbende verdachte, (telkens) met voormeld
oogmerk, de navolgende goederen -op tijd en plaats daarbij vermeld- gekocht,
te weten
1) in of omstreeks de periode van 6 juli 2010 tot 1 november 2010, althans in
het jaar 2010, te Weerselo, een caravan (merk Dethleffs, kenteken
[kenteken 1]) van [slachtoffer 1] (zaak 1 hoofd-procesverbaal), en/of
2) in of omstreeks de periode van 20 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Goor, een caravan (merk Chateau, kenteken
[kenteken 2]) van [slachtoffer 2] (zaak 2 hoofd-procesverbaal), en/of
3) in of omstreeks de periode van 07 mei 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 3])
van [slachtoffer 3] (zaak 3 hoofd-procesverbaal), en/of
4) in of omstreeks de periode van 01 september 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Olst, een caravan (merk Tec, kenteken
[kenteken 4]) van [slachtoffer 4] en/of van [slachtoffer 5] (zaak 4 hoofd-
procesverbaal), en/of
5) in of omstreeks de periode van 11 maart 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk Burstner, kenteken
[kenteken 5]) van [slachtoffer 6] en/of van [slachtoffer 7] (zaak 1 ad informandum
procesverbaal), en/of
6) in of omstreeks de periode van 31 mei 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Holten, een caravan (merk Buerstner, kenteken
[kenteken 6]) van [slachtoffer 8] (zaak 2 ad informandum procesverbaal) en/of
7) in of omstreeks de periode van 9 september 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Nieuwerkerk aan de Ijssel, een caravan (merk
LMC, kenteken [kenteken 7]) van [slachtoffer 9] (zaak 3 ad informandum
procesverbaal) en/of
8) in of omstreeks de periode van 16 juli 2010 tot 1 november 2010,,
althans in het jaar 2010, te Hoorn althans te Vierhouten, een caravan
(merk Dethleffs, kenteken [kenteken 8]) van [slachtoffer 10] (zaak 4 ad
informandum procesverbaal) en/of
9) in of omstreeks de periode van 11 oktober 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Vollenhove, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 9]) van [slachtoffer 11]
(zaak 5 ad informandum procesverbaal) en/of
10) in of omstreeks de periode van 7 september 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Rekken, een caravan (merk Eriba, kenteken
[kenteken 10]) van [slachtoffer 12] (zaak 6 ad informandum procesverbaal) en/of
11) in of omstreeks de periode van 1 juli 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 11])
van [slachtoffer 13] en/of van [slachtoffer 14] (zaak 7 ad informandum
procesverbaal) en/of
12) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te De Lutte, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 12])
van [slachtoffer 15] en/of van [slachtoffer 16] (zaak 8 ad informandum
procesverbaal) en/of
13) in of omstreeks de periode van 17 maart 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Ijsselmuiden, een caravan (merk Dethleffs,
kenteken [kenteken 13]) van [slachtoffer 17] (zaak 9 ad informandum procesverbaal)
en/of
14) in of omstreeks de periode van 19 december 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Elburg, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 14]) van [slachtoffer 18] (zaak
10 ad informandum procesverbaal) en/of
15) in of omstreeks de periode van 01 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Hengelo (O), een caravan (merk TEC, kenteken
[kenteken 15]) van [slachtoffer 19] (zaak 11 ad informandum procesverbaal) en/of
16) in of omstreeks de periode van 23 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Hengelo (O), een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 16]) van [slachtoffer 20] (zaak 12 ad informandum procesverbaal)
en/of
17) in of omstreeks de periode van 20 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Arnhem, een caravan (merk Wilk, kenteken
[kenteken 17]) van [slachtoffer 21] (zaak 13 ad informandum procesverbaal) en/of
18) in of omstreeks de periode van 2 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Wierden, een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 18])
van [slachtoffer 22] (zaak 14 ad informandum procesverbaal) en/of
19) in of omstreeks de periode van 18 april 2009 tot 1 november 2010, althans
op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Purmerend, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 19]) van [slachtoffer 23]
(zaak 15 ad informandum procesverbaal) en/of
20) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 en 1 november 2010, althans in
het jaar 2010, te Enschede, een caravan (met Tec, kenteken [kenteken 20]) van
[slachtoffer 24] (zaak 16 ad informandum procesverbaal) en/of
21) in of omstreeks de periode van 14 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010. te Borne, een caravan (merk Fendt, kenteken
[kenteken 21]) van [slachtoffer 25] en/of van [slachtoffer 26] (zaak 17 ad
informandum procesverbaal) en/of
22) in of omstreeks de periode van 9 september 2009 en 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010), te
Almelo, een caravan (merk Home-car, kenteken [kenteken 22]) van [slachtoffer 27]
en/of van dhr. en/of [slachtoffer 28] (zaak 18 ad informandum proces-verbaal)
en/of
23) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Haarlo, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 23])
van [slachtoffer 29] (zaak 19 ad informandum procesverbaal) en/of
24) in of omstreeks de periode van 19 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Enschede, een caravan (merk Dethleffs,
kenteken [kenteken 24]) van [slachtoffer 30] (zaak 20 ad informandum procesverbaal)
en/of
25) in of omstreeks de periode van 01 juli 2009 tot 1 november 2010, althans
op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Schalkhaar, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 25]) van [slachtoffer 31]
(zaak 21 ad informandum procesverbaal) en/of
26) in of omstreeks de periode van 22 maart 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Glane, een caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 26])
van [slachtoffer 32] (zaak 22 ad informandum procesverbaal) en/of
27) in of omstreeks de periode van 19 maart 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Dronten, een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 27]) van [slachtoffer 33] (zaak 23 ad informandum procesverbaal) en/of
28) in of omstreeks de periode van 1 januari 2007 tot 1 november 2010, althans
op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2007 tot en met 2010, te
Deventer, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 28]) van [slachtoffer 34] en/of [slachtoffer 35] (zaak 24 ad informandum procesverbaal) en/of
29) in of omstreeks de periode van 1 januari 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Hoge Hexel, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 29]) van [slachtoffer 36]
(zaak 25, ad informandum procesverbaal) en/of
30) in of omstreeks de periode van 28 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Vriezenveen, een caravan (merk Hobby,
kenteken [kenteken 30]) van [slachtoffer 37] (zaak 26 ad informandum procesverbaal)
en/of
31) in of omstreeks de periode van 18 februari 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Dalfsen, een caravan (merk Beyerland,
kenteken [kenteken 31]) van [slachtoffer 38] (zaak 27 ad informandum procesverbaal)
en/of
32) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Borne, een caravan (merk Fendt, kenteken [kenteken 32])
van [slachtoffer 39] (zaak 28 ad informandum procesverbaal) en/of
33) in of omstreeks de periode van 1 april 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk LMC, kenteken
[kenteken 33]) van [slachtoffer 40] (zaak 29 ad informandum procesverbaal) en/of
34) in of omstreeks de periode van 18 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Noordscheschut, een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 34]) van [slachtoffer 41] (zaak 30 ad informandum procesverbaal)
en/of
35) in of omstreeks de periode van 3 februari 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Almelo, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 35]) van [slachtoffer 42] en/of
van [slachtoffer 43] (zaak 31 ad informandum procesverbaal) en/of
36) in of omstreeks de periode van 10 juli 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Almelo en/althans te Hardenberg, een caravan
(merk Beyerland, kenteken [kenteken 36]) van [slachtoffer 44] en/of van [slachtoffer 45]
(zaak 32 ad informandum procesverbaal) en/of
37) in of omstreeks de periode van 1 juli 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Arnhem, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 37])
van [slachtoffer 46] (zaak 33 ad informandum procesverbaal) en/of
38) in of omstreeks de periode van 19 juli 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Mariaparochie, een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 38]) van [slachtoffer 47] (zaak 34 ad informandum
procesverbaal) en/of
39) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 39]) van
[slachtoffer 47] (zaak 35 ad informandum procesverbaal) en/of
40) in of omstreeks de periode van 26 juli 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Eibergen, een caravan (merk LMC, kenteken
[kenteken 40]) van [slachtoffer 48] (zaak 36 ad informandum procesverbaal) en/of
41) in of omstreeks de periode van 1 augustus 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Vriezenveen, een caravan (merk Buerstner, kenteken [kenteken 41]) van [slachtoffer 49] (zaak 37 ad informandum procesverbaal) en/of
42) in of omstreeks de periode van 26 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Vlaardingen, een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 42]) van [slachtoffer 50] (zaak 38 ad informandum
procesverbaal);
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks het tijdvak van 1 januari 2007 tot 1 november 2010, op na
te noemen plaatsen, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een)
ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een
valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige
kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de navolgende
perso(o)n(en) -op tijd en plaats daarbij vermeld- heeft bewogen tot de
daarbij vermelde afgifte, te weten
1) [slachtoffer 1] te Weerselo, in of omstreeks de periode van 6 juli 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, te Weerselo, tot de afgifte
van een caravan (merk Dethleffs, kenteken [kenteken 1]), in elk geval van enig
goed (zaak 1 hoofd-procesverbaal), en/of
2) [slachtoffer 2] te Goor, in of omstreeks de periode van 20 augustus 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 2]), in elk geval van enig goed
(zaak 2 hoofd-procesverbaal), en/of
3) [slachtoffer 3] te Almelo, in of omstreeks de periode van 07 mei 2010 tot 1
november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Knaus, kenteken [kenteken 3]), in elk geval van enig goed (zaak 3
hoofd-procesverbaal), en/of
4) [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] te Olst, in of omstreeks de periode van
1 september 2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de
afgifte van een caravan (merk Tec, kenteken [kenteken 4]), in elk geval van
enig goed (zaak 4 hoofd-procesverbaal), en/of
5) [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] te Almelo, in of omstreeks de periode van 11
maart 2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte
van een caravan (merk Buerstner, kenteken [kenteken 5]), in elk geval van enig
goed (zaak 1 ad informandum procesverbaal), en/of
6) [slachtoffer 8] te Holten, in of omstreeks de periode van 31 mei 2010 tot 1
november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Buerstner, kenteken [kenteken 6]), in elk geval van enig goed (zaak 2 ad
informandum procesverbaal) en/of
7) [slachtoffer 9] te Nieuwerkerk aan de Ijssel, in of omstreeks de periode
van 9 september 2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de
afgifte van een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 7]), in elk geval van
enig goed (zaak 3 ad informandum procesverbaal) en/of
8) [slachtoffer 10] te Hoorn, althans te Vierhouten, in of omstreeks de periode
van 16 juli 2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de
afgifte van een caravan (merk Dethleffs, kenteken [kenteken 8]), in elk geval
van enig goed (zaak 4 ad informandum procesverbaal) en/of
9) [slachtoffer 11] te Vollenhove, in of omstreeks de periode van 11 oktober 2009
tot 1 november 2010, althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en)
2009 en/of 2010, tot de afgifte van een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 9]), in elk geval van enig goed (zaak 5 ad informandum
procesverbaal) en/of
10) [slachtoffer 12] te Rekken, in of omstreeks de periode van 7 september 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Eriba, kenteken [kenteken 10]), in elk geval van enig goed (zaak
6 ad informandum procesverbaal) en/of
11) [slachtoffer 13] en/of [slachtoffer 14] te Almelo, in of omstreeks de periode van
1 juli 2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte
van een caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 11]), in elk geval van enig
goed (zaak 7 ad informandum procesverbaal) en/of
12) [slachtoffer 15] en/of van [slachtoffer 16] te De Lutte, in of omstreeks de periode
van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de
afgifte van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 12]), in elk geval van
enig goed (zaak 8 ad informandum procesverbaal) en/of
13) [slachtoffer 17] te Ijsselmuiden, in of omstreeks de periode van 17 maart 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Dethleffs, kenteken [kenteken 13]), in elk geval van enig goed
(zaak 9 ad informandum procesverbaal) en/of
14) [slachtoffer 18] te Elburg, in of omstreeks de periode van 19 december 2009 tot
1 november 2010, althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en)
2009 en/of 2010, tot de afgifte van een caravan (merk Hobby, kenteken
[kenteken 14]), in elk geval van enig goed (zaak 10 ad informandum
procesverbaal) en/of
15) [slachtoffer 19] te Hengelo (O), in of omstreeks de periode van 01 juni 2010 tot
1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk TEC, kenteken [kenteken 15]), in elk geval van enig goed (zaak 11 ad
informandum procesverbaal) en/of
16) [slachtoffer 20] te Hengelo (O), in of omstreeks de periode van 23 augustus
2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van
een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 16]), in elk geval van enig goed
(zaak 12 ad informandum procesverbaal) en/of
17) [slachtoffer 21] te Arnhem, in of omstreeks de periode van 20 augustus 2010 tot
1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Wilk, kenteken [kenteken 17]), in elk geval van enig goed (zaak 13 ad
informandum procesverbaal) en/of
18) [slachtoffer 22] te Wierden, in of omstreeks de periode van 2 juni 2010 tot
1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk LMC, kenteken [kenteken 18]), in elk geval van enig goed (zaak 14 ad
informandum procesverbaal) en/of
19) [slachtoffer 23] te Purmerend, in of omstreeks de periode van 18 april 2009 tot
1 november 2010, althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009
en/of 2010, tot de afgifte van een caravan (merk Hobby, kenteken
[kenteken 19]), in elk geval van enig goed (zaak 15 ad informandum
procesverbaal) en/of
20) [slachtoffer 24] te Enschede, in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 en 1
november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(met Tec, kenteken [kenteken 20]) in elk geval van enig goed (zaak 16 ad
informandum procesverbaal) en/of
21) [slachtoffer 25] en/of [slachtoffer 26] te Borne, in of omstreeks de periode
van 14 juni 2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de
afgifte van een caravan (merk Fendt, kenteken [kenteken 21]), in elk geval van
enig goed (zaak 17 ad informandum procesverbaal) en/of
22) [slachtoffer 27] en/of dhr. en/of [slachtoffer 28] te Almelo, in of omstreeks de
periode van 9 september 2009 en 1 november 2010, althans op enig(e)
moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010), tot de afgifte van een
caravan (merk Home-car, kenteken [kenteken 22]), in elk geval van enig goed
(zaak 18 ad informandum proces-verbaal) en/of
23) [slachtoffer 29] te Haarlo, in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1
november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Hobby, kenteken [kenteken 23]), in elk geval van enig goed (zaak 19 ad
informandum procesverbaal) en/of
24) [slachtoffer 30] te Enschede, in of omstreeks de periode van 19 augustus 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Dethleffs, kenteken [kenteken 24]), in elk geval van enig goed
(zaak 20 ad informandum procesverbaal) en/of
25) [slachtoffer 31] te Schalkhaar, in of omstreeks de periode van 01 juli 2009
tot 1 november 2010, althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en)
2009 en/of 2010, tot de afgifte van een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 25]), in elk geval van enig goed (zaak 21 ad informandum
procesverbaal) en/of
26) [slachtoffer 32] te Glane, in of omstreeks de periode van 22 maart 2010 tot
1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Chateau, kenteken [kenteken 26]), in elk geval van enig goed (zaak 22 ad
informandum procesverbaal) en/of
27) [slachtoffer 33] te Dronten, in of omstreeks de periode van 19 maart 2010 tot
1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Knaus, kenteken [kenteken 27]), in elk geval van enig goed (zaak 23 ad
informandum procesverbaal) en/of
28) [slachtoffer 34] en/of [slachtoffer 35] te Deventer, in of omstreeks de periode
van 1 januari 2007 tot 1 november 2010, althans op enig(e) moment(en) in
de / het ja(a)r(en) 2007 tot en met 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Hobby, kenteken [kenteken 28]), in elk geval van enig goed (zaak 24 ad
informandum procesverbaal) en/of
29) [slachtoffer 36] te Hoge Hexel, in of omstreeks de periode van 1 januari 2009
tot 1 november 2010, althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en)
2009 en/of 2010, tot de afgifte van een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 29]), in elk geval van enig goed (zaak 25, ad informandum
procesverbaal) en/of
30) [slachtoffer 37] te Vriezenveen, in of omstreeks de periode van 28 augustus 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 30]), in elk geval van enig goed (zaak
26 ad informandum procesverbaal) en/of
31) [slachtoffer 38] te Dalfsen, in of omstreeks de periode van 18 februari 2010 tot
1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Beyerland, kenteken [kenteken 31]), in elk geval van enig goed (zaak 27
ad informandum procesverbaal) en/of
32) [slachtoffer 39] te Borne, in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1
november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Fendt, kenteken [kenteken 32]), in elk geval van enig goed (zaak 28 ad
informandum procesverbaal) en/of
33) [slachtoffer 40] te Almelo, in of omstreeks de periode van 1 april 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 33]), in elk geval van enig goed (zaak 29
ad informandum procesverbaal) en/of
34) [slachtoffer 41] te Noordscheschut, in of omstreeks de periode van 18 juni 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 34]), in elk geval van enig goed (zaak
30 ad informandum procesverbaal) en/of
35) [slachtoffer 42] en/of [slachtoffer 43] te Almelo, in of omstreeks de
periode van 3 februari 2009 tot 1 november 2010, althans op enig(e)
moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 35]), in elk geval van enig goed (zaak
31 ad informandum procesverbaal) en/of
36) [slachtoffer 44] en/of [slachtoffer 45] te Almelo en/althans te Hardenberg, in of
omstreeks de periode van 10 juli 2010 tot 1 november 2010, althans in het
jaar 2010, tot de afgifte van een caravan (merk Beyerland, kenteken
[kenteken 36]), in elk geval van enig goed (zaak 32 ad informandum
procesverbaal) en/of
37) [slachtoffer 46] te Arnhem, in of omstreeks de periode van 1 juli 2010 tot 1
november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk Hobby, kenteken [kenteken 37]), in elk geval van enig goed (zaak 33 ad
informandum procesverbaal) en/of
38) [slachtoffer 47] te Mariaparochie, in of omstreeks de periode van 19 juli
2010 tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 38]), in elk geval van enig goed (zaak
34 ad informandum procesverbaal) en/of
39) [slachtoffer 47] te Almelo, in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1
november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk LMC, kenteken [kenteken 39]), in elk geval van enig goed (zaak 35 ad
informandum procesverbaal) en/of
40) [slachtoffer 48] te Eibergen, in of omstreeks de periode van 26 juli 2010 tot
1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een caravan
(merk LMC, kenteken [kenteken 40]), in elk geval van enig goed (zaak 36 ad
informandum procesverbaal) en/of
41) [slachtoffer 49] te Vriezenveen, in of omstreeks de periode van 1 augustus
2009 tot 1 november 2010, althans op enig(e) moment(en) in de / het
ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, tot de afgifte van een caravan (merk
Buerstner, kenteken [kenteken 41]), in elk geval van enig goed (zaak 37 ad
informandum procesverbaal) en/of
42) [slachtoffer 50] te Vlaarding, in of omstreeks de periode van 26 juni 2010
tot 1 november 2010, althans in het jaar 2010, tot de afgifte van een
caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 42]) in elk geval van enig goed (zaak
38 ad informandum procesverbaal;
hebbende hij, verdachte, (telkens) met vorenomschreven oogmerk -zakelijk
weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met
de waarheid
- zich (telkens) uitgegeven als eigenaar van een caravanbedrijf en/althans als
caravanverkoper / caravanhandelaar te goeder trouw en/of
- bovengenoemde perso(o)n(en) benaderd met de mededeling dat hij, verdachte,
een (potentiële en/of geïnteresseerde) klant had voor de caravan die die
perso(o)n(en) te koop had(den) staan althans wilde(n) verkopen, en/of
- met bovengenoemde perso(o)n(en) een verkoopafspraak heeft gemaakt en/of een
verkooprichtprijs voor die te verkopen caravan afgesproken en/of
- (vervolgens) aan bovengenoemde perso(o)n(en) (telkens) een -zakelijk
weergegeven- verkoopsbemiddelingsformulier althans contract verstrekt onder
meer vermeldende de verkooprichtprijs van de voor die perso(o)n(en) te
verkopen caravan,
waardoor voornoemde perso(o)nen) (telkens) werd(en) bewogen tot de daarbij
omschreven afgifte;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, MEER SUBSIDIAIR, terzake dat
hij in of omstreeks het tijdvak van 1 januari 2007 tot 1 november 2010 op na te
noemen plaatsen, in elk geval in Nederland,
(telkens) opzettelijk na te noemen goed(eren), in elk geval enig goed,
en/althans (telkens) de (verkoop-)opbrengst(en) uit de verkoop van na te
noemen goed(eren), (telkens) geheel of ten dele toebehorende aan na te noemen
perso(o)nen), in elk geval (telkens) aan een ander of anderen dan aan
verdachte, te weten
1) in of omstreeks de periode van 6 juli 2010 tot 1 november 2010, althans in
het jaar 2010, te Weerselo, een caravan (merk Dethleffs, kenteken
[kenteken 1]) van [slachtoffer 1] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 1] (zaak 1 hoofd-procesverbaal),
en/of
2) in of omstreeks de periode van 20 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Goor, een caravan (merk Chateau, kenteken
[kenteken 2]) van [slachtoffer 2] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 2] (zaak 2 hoofd-procesverbaal), en/of
3) in of omstreeks de periode van 07 mei 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 3])
van [slachtoffer 3] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan
van die [slachtoffer 3] (zaak 3 hoofd-procesverbaal), en/of
4) in of omstreeks de periode van 01 september 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Olst, een caravan (merk Tec, kenteken
[kenteken 4]) van [slachtoffer 4] en/of van [slachtoffer 5] en/althans de
verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 4] en/of
van die [slachtoffer 5] (zaak 4 hoofd-procesverbaal), en/of
5) in of omstreeks de periode van 11 maart 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk Burstner, kenteken
[kenteken 5]) van [slachtoffer 6] en/of van [slachtoffer 7] en/althans de verkoopopbrengst
uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 6] en/of van die [slachtoffer 7](zaak 1 ad
informandum procesverbaal), en/of
6) in of omstreeks de periode van 31 mei 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Holten, een caravan (merk Buerstner, kenteken
[kenteken 6]) van [slachtoffer 8] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van
die caravan van die [slachtoffer 8] (zaak 2 ad informandum procesverbaal) en/of
7) in of omstreeks de periode van 9 september 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Nieuwerkerk aan de Ijssel, een caravan (merk
LMC, kenteken [kenteken 7]) van [slachtoffer 9] en/althans de verkoopopbrengst
uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 9] (zaak 3 ad informandum
procesverbaal) en/of
8) in of omstreeks de periode van 16 juli 2010 tot 1 november 2010,,
althans in het jaar 2010, te Hoorn althans te Vierhouten, een caravan
(merk Dethleffs, kenteken [kenteken 8]) van [slachtoffer 10] en/althans de
verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 10] (zaak 4 ad
informandum procesverbaal) en/of
9) in of omstreeks de periode van 11 oktober 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Vollenhove, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 9]) van [slachtoffer 11]
en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 11]
(zaak 5 ad informandum procesverbaal) en/of
10) in of omstreeks de periode van 7 september 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Rekken, een caravan (merk Eriba, kenteken
[kenteken 10]) van [slachtoffer 12] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 12] (zaak 6 ad informandum procesverbaal) en/of
11) in of omstreeks de periode van 1 juli 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 11])
van [slachtoffer 13] en/of van [slachtoffer 14] en/althans de verkoopopbrengst
uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 13] en/of van die [slachtoffer 14] (zaak 7
ad informandum procesverbaal) en/of
12) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te De Lutte, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 12])
van [slachtoffer 15] en/of van [slachtoffer 16] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 15] en/of van die [slachtoffer 16] (zaak 8 ad
informandum procesverbaal) en/of
13) in of omstreeks de periode van 17 maart 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Ijsselmuiden, een caravan (merk Dethleffs,
kenteken [kenteken 13]) van [slachtoffer 17] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 17] (zaak 9 ad informandum
procesverbaal) en/of
14) in of omstreeks de periode van 19 december 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Elburg, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 14]) van [slachtoffer 18]
en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 18]
(zaak 10 ad informandum procesverbaal) en/of
15) in of omstreeks de periode van 01 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Hengelo (O), een caravan (merk TEC, kenteken
[kenteken 15]) van [slachtoffer 19] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 19] (zaak 11 ad informandum procesverbaal)
en/of
16) in of omstreeks de periode van 23 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Hengelo (O), een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 16]) van [slachtoffer 20] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 20] (zaak 12 ad informandum
procesverbaal) en/of
17) in of omstreeks de periode van 20 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Arnhem, een caravan (merk Wilk, kenteken
[kenteken 17]) van [slachtoffer 21] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 21] (zaak 13 ad informandum procesverbaal)
en/of
18) in of omstreeks de periode van 2 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Wierden, een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 18])
van [slachtoffer 22] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 22] (zaak 14 ad informandum procesverbaal)
en/of
19) in of omstreeks de periode van 18 april 2009 tot 1 november 2010, althans
op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Purmerend, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 19]) van [slachtoffer 23]
en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die
[slachtoffer 23] (zaak 15 ad informandum procesverbaal) en/of
20) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 en 1 november 2010, althans in
het jaar 2010, te Enschede, een caravan (met Tec, kenteken [kenteken 20]) van
[slachtoffer 24] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van
die [slachtoffer 24] (zaak 16 ad informandum procesverbaal) en/of
21) in of omstreeks de periode van 14 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010. te Borne, een caravan (merk Fendt, kenteken
[kenteken 21]) van [slachtoffer 25] en/of van [slachtoffer 26] en/althans de
verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 25] en/of van
die [slachtoffer 26] (zaak 17 ad informandum procesverbaal) en/of
22) in of omstreeks de periode van 9 september 2009 en 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010), te
Almelo, een caravan (merk Home-car, kenteken [kenteken 22]) van [slachtoffer 27]
en/of van dhr. en/of [slachtoffer 28] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 27] en/of van dhr. en/of [slachtoffer 28]
(zaak 18 ad informandum proces-verbaal) en/of
23) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Haarlo, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 23])
van [slachtoffer 29] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die
caravan van die [slachtoffer 29] (zaak 19 ad informandum procesverbaal) en/of
24) in of omstreeks de periode van 19 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Enschede, een caravan (merk Dethleffs,
kenteken [kenteken 24]) van [slachtoffer 30] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 30] (zaak 20 ad informandum
procesverbaal) en/of
25) in of omstreeks de periode van 01 juli 2009 tot 1 november 2010, althans
op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Schalkhaar, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 25]) van [slachtoffer 31]
en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 31]
(zaak 21 ad informandum procesverbaal) en/of
26) in of omstreeks de periode van 22 maart 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Glane, een caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 26])
van [slachtoffer 32] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die
caravan van die [slachtoffer 32] (zaak 22 ad informandum procesverbaal) en/of
27) in of omstreeks de periode van 19 maart 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Dronten, een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 27]) van [slachtoffer 33] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 33] (zaak 23 ad informandum procesverbaal)
en/of
28) in of omstreeks de periode van 1 januari 2007 tot 1 november 2010, althans
op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2007 tot en met 2010, te
Deventer, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 28]) van [slachtoffer 34] en/of van [slachtoffer 35] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 34] en/of van die [slachtoffer 35] (zaak 24 ad
informandum procesverbaal) en/of
29) in of omstreeks de periode van 1 januari 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Hoge Hexel, een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 29]) van [slachtoffer 36]
en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die
[slachtoffer 36] (zaak 25, ad informandum procesverbaal) en/of
30) in of omstreeks de periode van 28 augustus 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Vriezenveen, een caravan (merk Hobby,
kenteken [kenteken 30]) van [slachtoffer 37] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 37] (zaak 26 ad informandum
procesverbaal) en/of
31) in of omstreeks de periode van 18 februari 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Dalfsen, een caravan (merk Beyerland,
kenteken [kenteken 31]) van [slachtoffer 38] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 38] (zaak 27 ad informandum
procesverbaal) en/of
32) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Borne, een caravan (merk Fendt, kenteken [kenteken 32])
van [slachtoffer 39] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die
caravan van die [slachtoffer 39] (zaak 28 ad informandum procesverbaal) en/of
33) in of omstreeks de periode van 1 april 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk LMC, kenteken
[kenteken 33]) van [slachtoffer 40] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 40] (zaak 29 ad informandum procesverbaal)
en/of
34) in of omstreeks de periode van 18 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Noordscheschut, een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 34]) van [slachtoffer 41] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 41] (zaak 30 ad informandum
procesverbaal) en/of
35) in of omstreeks de periode van 3 februari 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Almelo, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 35]) van [slachtoffer 42] en/of
van [slachtoffer 43] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 42] en/of dat [slachtoffer 43] (zaak 31
ad informandum procesverbaal) en/of
36) in of omstreeks de periode van 10 juli 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Almelo en/althans te Hardenberg, een caravan
(merk Beyerland, kenteken [kenteken 36]) van [slachtoffer 44] en/of van [slachtoffer 45]
en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die [slachtoffer 44] en/of van die [slachtoffer 45] (zaak 32 ad informandum procesverbaal) en/of
37) in of omstreeks de periode van 1 juli 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Arnhem, een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 37])
van [slachtoffer 46] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan
van die [slachtoffer 46] (zaak 33 ad informandum procesverbaal) en/of
38) in of omstreeks de periode van 19 juli 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Mariaparochie, een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 38]) van [slachtoffer 47] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop
van die caravan van die [slachtoffer 47] (zaak 34 ad informandum procesverbaal)
en/of
39) in of omstreeks de periode van 1 juni 2010 tot 1 november 2010, althans
in het jaar 2010, te Almelo, een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 39]) van
[slachtoffer 47] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van
die [slachtoffer 47] (zaak 35 ad informandum procesverbaal) en/of
40) in of omstreeks de periode van 26 juli 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Eibergen, een caravan (merk LMC, kenteken
[kenteken 40]) van [slachtoffer 48] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van
die caravan van die [slachtoffer 48] (zaak 36 ad informandum procesverbaal) en/of
41) in of omstreeks de periode van 1 augustus 2009 tot 1 november 2010,
althans op enig(e) moment(en) in de / het ja(a)r(en) 2009 en/of 2010, te
Vriezenveen, een caravan (merk Buerstner, kenteken [kenteken 41]) van [slachtoffer 49] en/althans de verkoopopbrengst uit verkoop van die caravan van die
[slachtoffer 49] (zaak 37 ad informandum procesverbaal) en/of
42) in of omstreeks de periode van 26 juni 2010 tot 1 november 2010,
althans in het jaar 2010, te Vlaardingen, een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 42]) van [slachtoffer 50] en/althans de verkoopopbrengst uit
verkoop van die caravan van die [slachtoffer 50] (zaak 38 ad informandum
procesverbaal),
welk(e) goed(eren) verdachte in overleg met en/of na gemaakte afspra(a)k(en)
daartoe met bovengenoemde perso(o)n(en) ten verkoop onder zich had, en aldus
anders dan door misdrijf onder zich had, en/althans welke verkoopopbrengst(en) verdachte ter (door-)betaling aan bovengenoemde perso(o)n(en) onder zich had, en aldus anders dan door misdrijf onder zich had, (telkens) wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
3. De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake de feiten primair en subsidiair wordt vrijgesproken en dat hij ter zake het meer subsidiair tenlastegelegde feit wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en een taakstraf voor de duur van 120 uur, subsidiair 60 dagen hechtenis.
4. De voorvragen
De geldigheid van de dagvaarding
Strandpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat de dagvaarding partieel nietig dient te worden verklaard. Daartoe heeft de raadsman het volgende aangevoerd.
Ik verzoek de rechtbank de dagvaarding partieel nietig te verklaren ten aanzien van het eerste gedachtestreepje in de subsidiair tenlastegelegde oplichting. Daar wordt verdachte verweten dat hij zich in strijd met de waarheid heeft voorgedaan als caravanhandelaar te goeder trouw. Wat daarmee precies wordt bedoeld wordt niet nader uitgewerkt in de tenlastelegging. Nu dat niet is gebeurd is de dagvaarding onvoldoende feitelijk ten aanzien van het eerste gedachtestreepje.
Ook voor wat betreft de meer subsidiair tenlastegelegde verduistering verzoek ik de rechtbank de dagvaarding partieel nietig te verklaren, aangezien de dagvaarding innerlijk tegenstrijdig is. Verdachte wordt namelijk telkens zowel de verduistering van de caravan als de verduistering van de verkoopopbrengst ten laste gelegd. Duidelijk is dat hij niet zowel het één als het ander kan hebben gedaan. De dagvaarding is daardoor innerlijk tegenstrijdig en dient voor wat betreft het woord “en” in de zinsnede “telkens opzettelijk na te melden goederen, in ieder geval enig goed en/althans de verkoopopbrengst van na te melden goederen te hebben verduisterd”, nietig te worden verklaard.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie is van oordeel dat zowel ten aanzien van de oplichting als van de verduistering, het verweer, voor zover dit ziet op de partiële nietigheid van de dagvaarding, dient te worden verworpen nu telkens op de punten waarop de raadsman verweer voert duidelijk is omschreven wat verdachte ten aanzien van die punten wordt verweten en daarover geen enkel misverstand bestaat.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft het verweer strekkende tot partiële nietigheid van de dagvaarding, ten tijde van de terechtzitting van 19 maart 2013, ontijdig verklaard. De rechtbank zal derhalve thans op dit verweer nog een beslissing moeten nemen en overweegt daartoe als volgt.
De rechtbank is van oordeel dat de opgave van de feiten, zowel ten aanzien van het subsidiair als het meer subsidiair tenlastegelegde, telkens voldoende feitelijk is omschreven en voldoet aan de vereisten van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering. De verweren strekkende tot partiële nietigheid van de dagvaarding worden derhalve verworpen.
De rechtbank stelt daartoe, met betrekking tot het eerste verweer, dat uit de onderliggende processtukken voldoende blijkt wat met “het zich in strijd met de waarheid voordoen als caravanhandelaar te goeder trouw” wordt bedoeld. Het niet geven van een nadere uitleg in de tenlastelegging leidt niet tot nietigheid, temeer nu ter terechtzitting is gebleken dat verdachte zeer wel heeft begrepen op grond waarvan hij ervan wordt verdacht zich in strijd met de waarheid als caravanhandelaar te goeder trouw te hebben voorgedaan en hij zich op dit punt naar behoren tegen die aanklacht heeft kunnen verdedigen.
Vorenstaande geldt evenzeer voor de tenlastegelegde verduistering. Door de onderhavige wijze van ten laste leggen kan niet worden gezegd dat verdachte niet heeft begrepen wat hem verweten wordt. Mede gelet op de mogelijkheid van de rechtbank om, zonder de dagvaarding te denatureren, in de bewezenverklaring het woordje “en” weg te strepen, wordt verdachte niet in zijn verdediging geschaad.
Ook op dit punt heeft de verdachte er ter terechtzitting blijk van gegeven te begrijpen waartegen hij zich moest verdedigen.
De rechtbank stelt aldus vast dat de dagvaarding geldig is.
De rechtbank heeft verder vastgesteld dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
5. De beoordeling van het bewijs
5.1 De vaststaande feiten
De onderstaande feiten volgen rechtstreeks uit de bewijsmiddelen en hebben bij de behandeling van de zaak niet ter discussie gestaan. Het vaststellen van deze feiten behoeft daarom geen andere motivering door de rechtbank dan een verwijzing naar de betreffende bewijsmiddelen .
Verdachte heeft in het tijdvak van 1 januari 2007 tot 1 november 2010 in Nederland telkens de verkoopopbrengst uit de verkoop van na te melden caravans van na te melden personen, in tegenstelling tot de daartoe door verdachte met die personen gemaakte afspraken, welbewust niet aan die personen afgedragen .
Het betreft de opbrengst uit de verkoop van
een caravan, merk Dethleffs, kenteken [kenteken 1], van [slachtoffer 1];
een caravan, merk Chateau, kenteken [kenteken 2] van [slachtoffer 2] ;
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 3], van [slachtoffer 3];
een caravan, merk Tec, kenteken [kenteken 4], van [slachtoffer 4] en/of van [slachtoffer 5];
een caravan, merk Burstner, kenteken [kenteken 5], van [slachtoffer 6] en/of van [slachtoffer 7];
een caravan, merk Buerstner, kenteken [kenteken 6], van [slachtoffer 8];
een caravan, merk LMC, kenteken [kenteken 7], van [slachtoffer 9];
een caravan, merk Dethleffs, kenteken [kenteken 8], van [slachtoffer 10];
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 9], van [slachtoffer 11];
een caravan, merk Eriba, kenteken [kenteken 10], van [slachtoffer 12];
een caravan, merk Chateau, kenteken [kenteken 11], van [slachtoffer 13] en/of van [slachtoffer 14];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 12], van [slachtoffer 15] en/of van [slachtoffer 16];
een caravan, merk Dethleffs,kenteken [kenteken 13], van [slachtoffer 17];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 14], van [slachtoffer 18];
een caravan, merk TEC, kenteken, [kenteken 15], van [slachtoffer 19];
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 16], van [slachtoffer 20];
een caravan, merk Wilk, kenteken [kenteken 17], van [slachtoffer 21];
een caravan, merk LMC, kenteken [kenteken 18], van [slachtoffer 22];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 19], van [slachtoffer 23];
een caravan, merk Tec, kenteken [kenteken 20], van [slachtoffer 24];
een caravan, merk Fendt, kenteken [kenteken 21],) van [slachtoffer 25] en/of van [slachtoffer 26];
een caravan, merk Home-car, kenteken [kenteken 22], van [slachtoffer 27];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 23], van [slachtoffer 29];
een caravan, merk Dethleffs, kenteken [kenteken 24], van [slachtoffer 30];
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 25], van [slachtoffer 31];
een caravan, merk Chateau, kenteken [kenteken 26], van [slachtoffer 32];
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 27], van [slachtoffer 33];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 28], van [slachtoffer 34] en/of van [slachtoffer 35];
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 29], van [slachtoffer 36];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 30], van [slachtoffer 37];
een caravan, merk Beyerland, kenteken [kenteken 31], van [slachtoffer 38];
een caravan, merk Fendt, kenteken [kenteken 32], van [slachtoffer 39];
een caravan, merk LMC, kenteken [kenteken 33], van [slachtoffer 40];
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 34], van [slachtoffer 41];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 35], van [slachtoffer 42];
een caravan, merk Beyerland, kenteken [kenteken 36], van [slachtoffer 44] en/of van [slachtoffer 45];
een caravan, merk Hobby, kenteken [kenteken 37], van [slachtoffer 46];
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 38], van [slachtoffer 47]
een caravan, merk LMC, kenteken [kenteken 39], van [slachtoffer 47];
een caravan, merk LMC, kenteken [kenteken 40], van [slachtoffer 48];
een caravan, merk Buerstner, kenteken [kenteken 41], van [slachtoffer 49] en
een caravan, merk Knaus, kenteken [kenteken 42] van [slachtoffer 50].
5.2 De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
Het standpunt van de officier van justitie:
De officier van justitie acht, gelet op de in het dossier aanwezige bewijsmiddelen, de tenlastegelegde verduistering bewezen. Hij voert daartoe het volgende aan. Verdachte had de caravans rechtmatig onder zich. Hij verkocht ze, maar de opbrengst heeft hij niet aan de verkopers betaald, maar gebruikt voor het betalen van andere schuldeisers, hetzij door het uitbetalen van de opbrengst, hetzij door de opbrengst te laten verrekenen met een schuld. Hij heeft daarmee de opbrengst zich wederrechtelijk toegeëigend. Zijn verklaring dat hij uiteindelijk iedereen wilde betalen, doet niet af aan het opzet om op of kort na het moment van de verkoop van de caravan als heer en meester over het geld te gaan beschikken. Dat handelen als heer en meester is “opzet”.
Het standpunt van de verdediging:
De raadsman concludeert tot integrale vrijspraak van de tenlastelegging, waartoe hij ondermeer aanvoert dat verdachte nooit de intentie heeft gehad om de verkopers van de caravans te duperen en er juist alles aan heeft gedaan om zijn clientèle niet te benadelen.
Het oogmerk om zonder volledige betaling goederen te kopen en de beschikking over die goederen te verzekeren (flessentrekkerij), het oogmerk om zichzelf wederrechtelijk te bevoordelen (oplichting) en het opzet goederen wederrechtelijk toe te eigenen (verduistering) ontbrak, naar het oordeel van de raadsman, telkens bij verdachte.
5.3 De bewijsoverwegingen van de rechtbank
De rechtbank acht, evenals de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen wat verdachte primair en subsidiair is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
Meer subsidiair:
Opzet tot wederrechtelijke toe-eigening
Het gaat bij verduistering om het toe-eigenen van een goed dat men reeds onder zich heeft en dat op legale wijze is verkregen. Anders dan bij bijvoorbeeld diefstal, waar het wederrechtelijk wegnemen van een goed centraal staat, is bij verduistering het misbruik van vertrouwen de kern. De objectieve bestanddelen voor verduistering dat het goed geheel of ten dele aan een ander toebehoort en verdachte het anders dan door misdrijf onder zich heeft, bijvoorbeeld uit hoofde van een overeenkomst, staan hier niet ter discussie. Bepalend is in de eerste plaats het antwoord op de vraag of verdachte heeft besloten het goed zich wederrechtelijk toe te eigenen. Aan de hand van het gedrag van verdachte en de omstandigheden van het geval moet worden vastgesteld of en wanneer het oogmerk van toe-eigening is ontstaan. Voor een wederrechtelijke toe-eigening is voorts een gedraging vereist waaruit het eerder genomen besluit, om over een goed de uitsluitende feitelijke heerschappij te gaan uitoefen, blijkt. Naast de wilsvorming is dus ook de feitelijke handeling vereist waaruit blijkt dat verdachte zich als heer en meester over het goed, gedraagt zonder daartoe gerechtigd te zijn.
Naast de objectieve bestanddelen is ook het subjectieve bestanddeel opzet vereist. De verdachte hoeft de verduistering niet als doel te hebben. Ook wanneer hij een ander doel heeft dan bijvoorbeeld zelfverrijking, maar de toe-eigening op de koop toe neemt, kan er sprake zijn van verduistering.
In casu was verdachte telkens met de eigenaar van de caravans overeengekomen dat hij de opbrengst van de betreffende caravan, na aftrek van eventuele kosten en een bedrag aan winst, aan de eigenaar zou afdragen. Verdachte heeft welbewust niet aan die verplichting tot overdracht van de opbrengst van de verkoop of inruil van de betreffende caravans voldaan. Telkens nadat hij een caravan had verkocht dan wel overgedragen is hij, door de opbrengst voor een ander doel aan te wenden dan met de (oorspronkelijke) eigenaar was overeengekomen, over de opbrengst als heer en meester gaan beschikken. Door de opbrengst niet aan de (oorspronkelijke) eigenaar van de caravan maar aan, zoals hij zelf heeft verklaard en ter zitting heeft bevestigd, de schuldeiser die het hardst schreeuwde, te verstrekken dan wel anderszins in te zetten voor het (gedeeltelijk) voldoen van (oude) schulden, eigende hij zich die opbrengst wederrechtelijk toe. Dit terwijl verdachte wist dat hij de opbrengst van de caravans niet voor aan ander doel mocht aanwenden dan was afgesproken. Verdachte deed dit niettemin, terwijl zijn onderneming er financieel slecht voor stond. Verdachte heeft aldus, op zijn minst in voorwaardelijke zin, opzet op verduistering gehad. Dat verdachte, zoals hij stelt, de bedoeling heeft gehad de eigenaren op enig moment te betalen wat hij hen verschuldigd was, maakt, wat daar overigens van zij, vorenstaande niet anders.
5.4 De conclusie
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte primair en subsidiair is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen, dat de verdachte het meer subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij in het tijdvak van 1 januari 2007 tot 1 november 2010 in Nederland,
telkens de verkoopopbrengst uit de verkoop van na te noemen goederen, telkens toebehorende aan na te noemen personen, te weten
1) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Dethleffs, kenteken
[kenteken 1]) van [slachtoffer 1] en
2) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Chateau, kenteken
[kenteken 2]) van [slachtoffer 2] en
3) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 3])
van [slachtoffer 3] en
4) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Tec, kenteken
[kenteken 4]) van [slachtoffer 4] en/of van [slachtoffer 5] en
5) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Buerstner, kenteken
[kenteken 5]) van [slachtoffer 6] en/of van [slachtoffer 7] en
6) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Buerstner, kenteken
[kenteken 6]) van [slachtoffer 8] en
7) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 7]) van
[slachtoffer 9] en
8) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan
(merk Dethleffs, kenteken [kenteken 8]) van [slachtoffer 10] en
9) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 9])
van [slachtoffer 11] en
10) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Eriba, kenteken
[kenteken 10]) van [slachtoffer 12] en
11) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 11])
van [slachtoffer 13] en/of van [slachtoffer 14] en
12) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 12])
van [slachtoffer 15] en/of van [slachtoffer 16] en
13) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Dethleffs,
kenteken [kenteken 13]) van [slachtoffer 17] en
14) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 14])
van [slachtoffer 18] en
15) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk TEC, kenteken
[kenteken 15]) van [slachtoffer 19] en
16) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 16]) van [slachtoffer 20] en
17) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Wilk, kenteken
[kenteken 17]) van [slachtoffer 21] en
18) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 18])
van [slachtoffer 22] en
19) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 19])
van [slachtoffer 23] en
20) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (met Tec, kenteken [kenteken 20]) van
[slachtoffer 24] en
21) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Fendt, kenteken
[kenteken 21]) van [slachtoffer 25] en/of van [slachtoffer 26] en
22) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Home-car, kenteken [kenteken 22])
van [slachtoffer 27] en
23) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 23])
van [slachtoffer 29] en
24) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Dethleffs,
kenteken [kenteken 24]) van [slachtoffer 30] en
25) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 25])
van [slachtoffer 31] en
26) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Chateau, kenteken [kenteken 26])
van [slachtoffer 32] en
27) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 27]) van [slachtoffer 33] en
28) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 28])
van [slachtoffer 34] en/of van [slachtoffer 35] en
29) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus, kenteken [kenteken 29])
van [slachtoffer 36] en
30) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby,
kenteken [kenteken 30]) van [slachtoffer 37] en
31) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Beyerland,
kenteken [kenteken 31]) van [slachtoffer 38] en
32) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Fendt, kenteken [kenteken 32])
van [slachtoffer 39] en
33) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk LMC, kenteken
[kenteken 33]) van [slachtoffer 40] en
34) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 34]) van [slachtoffer 41] en
35) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 35])
van [slachtoffer 42] en
36) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Beyerland, kenteken [kenteken 36] van [slachtoffer 44] en/of van [slachtoffer 45] en
37) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Hobby, kenteken [kenteken 37])
van [slachtoffer 46] en
38) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus, kenteken
[kenteken 38]) van [slachtoffer 47] en
39) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk LMC, kenteken [kenteken 39])
van [slachtoffer 47] en
40) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk LMC, kenteken
[kenteken 40]) van [slachtoffer 48] en
41) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Buerstner, kenteken [kenteken 41]) van [slachtoffer 49] en
42) de verkoopopbrengst uit verkoop van een caravan (merk Knaus,
kenteken [kenteken 42]) van [slachtoffer 50],
welke verkoopopbrengsten verdachte ter (door-)betaling aan bovengenoemde personen, en aldus anders dan door misdrijf onder zich had, telkens wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Met betrekking tot het hierboven vermelde punt 34 van de bewezenverklaring, dat betrekking heeft op [slachtoffer 41], constateert de rechtbank dat naar de uiterlijke vorm er sprake lijkt te zijn van een koopovereenkomst tussen verdachte en [slachtoffer 41], maar dat, gelet op de inhoud van het procesdossier en verdachtes handelwijze en intentie met betrekking tot de overige in de tenlastelegging genoemde personen, die overeenkomst dient te worden aangemerkt als een bemiddelingsovereenkomst die niet afwijkt van de met die andere personen gesloten overeenkomst.
De rechtbank heeft de eventueel in de tenlastelegging voorkomende schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte meer subsidiair meer of anders is tenlastegelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
6. De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezen verklaarde is strafbaar gesteld bij artikel 321 Wetboek van Strafrecht (verder Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
meer subsidiair
het misdrijf: verduistering, meermalen gepleegd.
7. De strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.
8. De op te leggen straf of maatregel
8.1 De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van de verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. Ook neemt de rechtbank de volgende factoren in aanmerking.
Verdachte heeft een groot aantal personen voor wie hij een caravan zou verkopen, financieel benadeeld door telkens de opbrengst van die caravan niet aan de desbetreffende persoon af te dragen. Hij heeft daarmee het vertrouwen dat die mensen in hem hadden gesteld ernstig beschaamd en is kennelijk geheel voorbij gegaan aan het (financiële) leed, met alle gevolgen van dien, dat zijn handelswijze tot gevolg kon hebben.
Voor verduistering zijn geen oriëntatiepunten voor de straftoemeting vastgesteld. De rechtbank houdt bij het bepalen van de op te leggen straf ter zake van verduistering, rekening met het wettelijk strafmaximum en straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Verder houdt de rechtbank bij de strafoplegging rekening met een omtrent verdachte opgemaakt reclasseringsrapport d.d. 14 januari 2013 en het feit dat verdachte, blijkens het uittreksel uit het documentatieregister, in het verleden niet eerder ter zake van misdrijven is veroordeeld.
Alles afwegende acht de rechtbank, naast een taakstraf van de door de officier van justitie gevorderde duur, een geheel voorwaardelijke vrijheidsstraf van na te melden duur, passend.
Bij de strafoplegging heeft de rechtbank, op de voet van het bepaalde in artikel 63 Sr, rekening gehouden met een vonnis van de kantonrechter te Almelo van 27 januari 2012, waarbij verdachte is veroordeeld tot een geldboete van € 380,--, subsidiair 7 dagen hechtenis, waarvan € 230,--, subsidiair 4 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
9. De schade van benadeelden
9.1 De vorderingen van de benadeelde partijen
Na te melden personen hebben zich op de wettelijk voorgeschreven wijze als benadeelde partij gevoegd in dit strafproces. Zij vorderen ieder afzonderlijk veroordeling van verdachte tot betaling van het bedrag dat hierna telkens bij iedere benadeelde partij wordt vermeld:
[slachtoffer 1], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 7.000,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 2], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 8.000,-- i.v.m. waarde caravan + wettelijke rente;
[slachtoffer 3], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 4000,-- i.v.m. waarde caravan( € 3.500,--) en grote beurt caravan (€ 500,--);
[slachtoffer 4], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.530,-- i.v.m. waarde caravan (€ 5.500,--) en reiskosten (€ 30,--) + wettelijke rente;
[slachtoffer 6], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 2.600,-- i.v.m. waarde caravan ( € 2.500,--) en opgenomen verlofuren (€ 100,--);
[slachtoffer 9], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.390,71 i.v.m. waarde caravan (€ 5.500,--), rente (€ 45,81) en buitengerechtelijke- en overige kosten
(€ 844,90) + wettelijk rente;
[slachtoffer 10], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 8007,50 i.v.m. waarde caravan (€ 8.000,--) en aangetekende brief (€ 7,50);
[slachtoffer 11], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 3.071,40 i.v.m. waarde caravan (€ 3000,--) en reiskosten (€ 71,40) + wettelijk rente;
[slachtoffer 12], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.750,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 13], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van 2.041,95 i.v.m. waarde caravan (€ 2.000,--) en deurwaarderskosten ( € 41,95);
[slachtoffer 15], wonende te de [woonplaats, adres], een bedrag van € 2.500,-- i.v.m. waarde caravan + wettelijke rente;
[slachtoffer 17], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.250,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 18], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 15.484,-- i.v.m. waarde caravan (€ 10.300,--), afgeschreven inboedel (€ 1.200,--), reiskosten (€ 300,--), aangetekende brieven (25,--), telefoonkosten (€ 20,--), rente (€ 824,--), smartengeld
(€ 2.575,--) en kosten rechtsbijstand (€ 240,--);
[slachtoffer 19], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 3000,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 20], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.250,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 21], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag
van € 6.500,- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 22], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.100,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 23], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.017,-- i.v.m. waarde caravan (€ 5.000,--), correspondentiekosten (€ 7,--) en telefoonkosten (€ 10,--);
[slachtoffer 24], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.610,53 i.v.m. waarde caravan (€ 6.000,--) en deurwaarderskosten (€ 610,53);
[slachtoffer 25], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 7.100,-- i.v.m. waarde caravan (€ 7.000,--) en eigen risico DAS (€ 100,--);
[slachtoffer 27], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.000,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 29], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 7.822,09 i.v.m. waarde caravan (€ 7.500,--) en rente (€ 322,09);
[slachtoffer 30], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 3.500,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 31], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.300,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 32], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 7.000,-- i.v.m. waarde caravan (€ 6.500,--) en immateriële schade (€ 500,--);
[slachtoffer 33], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.500,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 34], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van
€ 1.750,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 36], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.400,-- i.v.m. waarde caravan + wettelijke rente;
[slachtoffer 37], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.500,-- i.v.m. waarde caravan + wettelijke rente + proceskosten (€ 250,--);
[slachtoffer 38], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van 5.619,90 i.v.m. waarde caravan (€ 5.250,--), rente (€ 169,90) en kilometervergoeding (€ 200,--);
[slachtoffer 39], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.092,29 i.v.m. waarde caravan (€ 5.000,--), rente (€ 37,81) en verzekering (€ 54,48);
[slachtoffer 40], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.700,-- i.v.m. restant verkoop caravan;
[slachtoffer 41], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 9.500,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 42], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van
€ 2.000,-- i.v.m. waarde caravan (1.750,--) en rente (€ 250,--);
[slachtoffer 46], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.967,32 i.v.m. waarde caravan (€ 5.000,--), rente (€ 36,16), buitengerechtelijke kosten (€ 897,41) en informatie/registratiekosten (€ 33,75);
[slachtoffer 47], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 6.462,40 i.v.m. waarde caravan (€ 5.800,--) en advocaatkosten/kosten rechtsbijstand (€ 662,50);
[slachtoffer 47], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 2.800,-- i.v.m. waarde caravan;
[slachtoffer 49], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.750,11 i.v.m. waarde caravan (€ 5.000,--), rente (€ 250,11) en proceskosten (€ 500,--);
[slachtoffer 50], wonende te [woonplaats, adres], een bedrag van € 5.500,-- i.v.m. waarde caravan.
Ook hebben de benadeelde partijen gevraagd een schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De ter terechtzitting aanwezige mr. A. Vaarkamp, advocaat te Zwolle, heeft meegedeeld dat hij de benadeelde partijen [slachtoffer 49], [slachtoffer 18] en [slachtoffer 37], allen voornoemd bijstaat.
Hij heeft namens die benadeelde partijen het woord gevoerd en hun vordering toegelicht.
Het standpunt van de officier van justitie:
De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat alle vorderingen, met uitzondering van die van [slachtoffer 4] en [slachtoffer 32], in meer of mindere mate voor toewijzing vatbaar zijn. Het standpunt van de officier van justitie is nader uitgewerkt in een door hem opgestelde nota welke als bijlage 2 aan het proces-verbaal van de terechtzitting wordt gehecht en waarvan de inhoud als hier ingelast dient te worden beschouwd. Met betrekking tot de vorderingen van [slachtoffer 4] en [slachtoffer 32] concludeert de officier van justitie ter terechtzitting tot de niet ontvankelijkheid van die benadeelde partijen in hun vordering nu over die vorderingen in een civiele procedure is beslist.
Het standpunt van de verdediging
Met betrekking tot de vorderingen van de benadeelde partijen heeft de raadsman betoogd dat deze niet ontvankelijk dienen te worden verklaard nu dit strafproces zich niet voor een inhoudelijk behandeling van de vorderingen leent en een inhoudelijke behandeling van de vorderingen een onevenredige belasting van het strafproces vormt. De raadsman heeft een en ander nader toegelicht in de door hem overlegde pleitnota welke als bijlage 1 aan het proces-verbaal van de terechtzitting wordt gehecht en waarvan de inhoud, voor zover die ziet op het betoog ten aanzien van de benadeelde partijen, als hier ingelast dient te worden beschouwd.
Overwegingen van de rechtbank
De raadsman baseert zijn verweer, zakelijk weergegeven, op de volgende punten.
1. Het is niet goed vast te stellen wat de rechtstreekse schade is die betrokkenen hebben geleden;
2. Het gros van de benadeelde partijen voert de verkooprichtprijs op als schadevergoedingspost. De vraag is welke waarde aan een richtprijs kan worden gehecht.
3. Niet kan worden vastgesteld wie van de benadeelden met betrekking tot de vordering al eventuele civielrechtelijke stappen heeft ondernomen.
De rechtbank overweegt daaromtrent als volgt.
1.
Zowel de schade die de benadeelde partijen hebben geleden, als het bestaande verband tussen die schade en de door verdachte gepleegde verduistering, is voldoende aannemelijk gemaakt in de door de benadeelde partijen ingediende vorderingen en hetgeen overigens met betrekking tot die vorderingen ter terechtzitting is gebleken. Er is tussen verdachte en de benadeelde partijen telkens een bedrag overeengekomen waarvoor de caravan zou worden verkocht. Doordat verdachte de opbrengst van de caravan, wat er ook zij van de hoogte ervan, niet aan de eigenaar van de caravan maar aan een ander heeft afgedragen, is de eigenaar van de caravan benadeeld voor het met verdachte overeengekomen bedrag.
2.
Met betrekking tot de vraag welke waarde aan de richtprijs moet worden gehecht is de rechtbank van oordeel dat, voor wat betreft de hoogte van het tussen de eigenaar en verdachte overeengekomen bedrag, van verdachte als caravanhandelaar de nodige deskundigheid mag worden verondersteld om een richtprijs voor een caravan vast te stellen. Overigens geldt met betrekking tot alle vorderingen dat de hoogte van de richtprijs niet, althans onvoldoende door verdachte is betwist.
3.
Van benadeelden die het strafproces een vordering indienen mag, tenzij het tegendeel wordt aangetoond, in zijn algemeenheid worden verondersteld dat zij niet tevens langs civielrechtelijke weg een vordering hebben ingediend. Daarvan is, met uitzondering van na te melden benadeelde partijen [slachtoffer 4] en [slachtoffer 32], niet gebleken. Het is voorts niet aan de strafrechter om in iedere strafzaak waarin een benadeelde partij een vordering heeft ingediend, te controleren of die benadeelde partij ook anderszins een vordering heeft ingediend.
De benadeelde partijen [slachtoffer 4] en [slachtoffer 32], beiden voornoemd, zijn in hun vordering niet ontvankelijk, nu er ter zake van die vordering in een civiele procedure reeds is beslist en aldus thans het belang bij die vorderingen ontbreekt.
Naar het oordeel van de rechtbank zijn de hierna te noemen benadeelde partijen in hun vordering voor het te noemen deel ontvankelijk en zijn de vorderingen voor na te melden deel gegrond, waarbij de rechtbank de volgende algemene opmerkingen maakt. Door een aantal benadeelde partijen is in de vordering een bedrag aan wettelijke rente genoemd. De rechtbank gaat er van uit dat in die gevallen bedoeld wordt de wettelijke rente te bepalen vanaf de pleegdatum, die door de rechtbank, waar mogelijk, is vastgesteld op de transactiedatum.
Ten aanzien van na te melden benadeelde partijen is door de gebezigde bewijsmiddelen en de behandeling ter terechtzitting komen vast te staan dat de verdachte door de bewezen verklaarde feiten rechtstreeks schade heeft toegebracht aan de slachtoffers.
De opgevoerde schadeposten die worden toegewezen worden niet, althans onvoldoende betwist en telkens voldoende aannemelijk gemaakt door de desbetreffende benadeelde partij.
De rechtbank zal het gevorderde daarom aan de nader te noemen personen voor een na te melden bedrag toewijzen - daar waar gevorderd - inclusief de van rechtswege verschuldigde wettelijke rente. Daarnaast zal de rechtbank verdachte veroordelen tot betaling van de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt of zal maken voor rechtsbijstand en de executie van dit vonnis.
Daar waar een benadeelde partij ten aanzien van een eventueel deel van de gevorderde schade niet ontvankelijk wordt verklaard, is de vordering op dit punt onvoldoende onderbouwd of ontbreekt voor toewijzing van dat deel van de vordering (smartengeld) de wettelijke grondslag. De rechtbank oordeelt ten aanzien daarvan, dat het in de gelegenheid stellen van de benadeelde partij om zijn/haar stelling ten aanzien van dat deel van de vordering alsnog nader te onderbouwen, leidt tot een onaanvaardbare vertraging van de strafrechtelijke procedure. De benadeelde partij kan in dat geval zijn/haar vordering in zoverre slechts aanbrengen bij de burgerlijke rechter.
Vorenstaande resulteert in een toewijzing van na te melden bedragen aan de na te noemen benadeelde partijen.
[slachtoffer 1], voornoemd, een bedrag € 7.000,--;
[slachtoffer 2], voornoemd, een bedrag € 8.000,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 27 augustus 2010;
[slachtoffer 3], voornoemd, een bedrag van € 3.500,--;
[slachtoffer 6], voornoemd, een bedrag van € 2.600,--;
[slachtoffer 9], voornoemd, een bedrag van € 6.344,90, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 september 2010;
[slachtoffer 10], voornoemd, een bedrag van € 8.007,50;
[slachtoffer 11], voornoemd, een bedrag van 3.071,40, te vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 oktober 2011;
[slachtoffer 12], voornoemd, een bedrag van 6.750,--;
[slachtoffer 13], voornoemd, een bedrag van € 2.041,95;
[slachtoffer 15], voornoemd, een bedrag van € 2.500,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2013, zijnde de datum waarop de vordering aanhangig is gemaakt;
[slachtoffer 17], voornoemd, een bedrag van € 6.250,--;
[slachtoffer 18], voornoemd, een bedrag van € 10.645,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 oktober 2010;
[slachtoffer 19], voornoemd, een bedrag van 3.000,--;
[slachtoffer 20], voornoemd, een bedrag van € 5.250,--;
[slachtoffer 21], voornoemd, een bedrag van € 6.000,--;
[slachtoffer 22], voornoemd, een bedrag van € 5.000,--;
[slachtoffer 23], voornoemd, een bedrag van € 5.017,--;
[slachtoffer 24], voornoemd, een bedrag van € 6.610,53;
[slachtoffer 25], voornoemd, een bedrag van € 7.100,--;
[slachtoffer 27], een bedrag van € 5.000,--;
[slachtoffer 29], voornoemd, een bedrag van € 7.500,-- te vermeerden met de wettelijke rente vanaf 25-06-2010;
[slachtoffer 30], voornoemd, een bedrag van € 3.250,--;
[slachtoffer 31], voornoemd, een bedrag van € 6.300,--;
[slachtoffer 33], voornoemd, een bedrag van € 6.500,--;
[slachtoffer 35], voornoemd, een bedrag van € 1.750,--;
[slachtoffer 36], voornoemd, een bedrag van € 5.400, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2010;
[slachtoffer 37], voornoemd, een bedrag van € 6.500,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 augustus 2010;
[slachtoffer 38], voornoemd, een bedrag van 5.275,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf
27 oktober 2010;
[slachtoffer 39], voornoemd, een bedrag van € 5.054,48, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 20 september 2010;
[slachtoffer 40], voornoemd, een bedrag van € 6.700,--;
[slachtoffer 41], voornoemd, een bedrag van € 9.500,--;
[slachtoffer 42], voornoemd, een bedrag van € 1.750,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 mei 2010;
[slachtoffer 46], voornoemd, een bedrag van € 5.783,75 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 juli 1010;
[slachtoffer 47], voornoemd, een bedrag van € 5.800,--;
[slachtoffer 47], voornoemd, een bedrag van € 2.800,--;
[slachtoffer 49], voornoemd, een bedrag van € 5.000,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 juli 2010;
[slachtoffer 50], voornoemd, een bedrag van € 5.500,--.
9.2 De schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank zal hierbij telkens de maatregel als bedoeld in art. 36f Sr opleggen, aangezien de verdachte jegens de slachtoffers naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die is toegebracht.
10. De toegepaste wettelijke voorschriften
De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 24, 24c en 57 van het Wetboek van Strafrecht.
11. De beslissing
De rechtbank:
vrijspraak/bewezenverklaring
- verklaart niet bewezen dat verdachte het primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart bewezen, dat verdachte het meer subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer subsidiair meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
meer subsidiair: verduistering, meermalen gepleegd.
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder meer subsidiair bewezenverklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren;
- bepaalt dat het voorwaardelijke deel van de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast omdat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf van 120 uren;
- beveelt, voor het geval dat de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 60 dagen;
schadevergoeding
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partijen:
[slachtoffer 1], voornoemd, van een bedrag van € 7.000,--;
[slachtoffer 2], voornoemd, van een bedrag van € 8.000,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 27 augustus 2010;
[slachtoffer 3], voornoemd, van een bedrag van € 3.500,--;
[slachtoffer 6], voornoemd, van een bedrag van € 2.600,--;
[slachtoffer 9], voornoemd, van een bedrag van € 6.344,90, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 september 2010;
[slachtoffer 10], voornoemd, van een bedrag van € 8.007,50;
[slachtoffer 11], voornoemd, van een bedrag van 3.071,40, te vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 oktober 2011;
[slachtoffer 12], voornoemd, van een bedrag van 6.750,--;
[slachtoffer 13], voornoemd, van een bedrag van € 2.041,95;
[slachtoffer 15], voornoemd, van een bedrag van € 2.500,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2013;
[slachtoffer 17], voornoemd, van een bedrag van € 6.250,--;
[slachtoffer 18], voornoemd, van een bedrag van € 10.645,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 oktober 2010;
[slachtoffer 19], voornoemd, van een bedrag van 3.000,--;
[slachtoffer 20], voornoemd, van een bedrag van € 5.250,--;
[slachtoffer 21], voornoemd, van een bedrag van € 6.000,--;
[slachtoffer 22], voornoemd, van een bedrag van € 5.000,--;
[slachtoffer 23], voornoemd, van een bedrag van € 5.017,--;
[slachtoffer 24], voornoemd, van een bedrag van € 6.610,53;
[slachtoffer 25], voornoemd, van een bedrag van € 7.100,--;
[slachtoffer 27], van een bedrag van € 5.000,--;
[slachtoffer 29], voornoemd, van een bedrag van € 7.500,-- te vermeerden met de wettelijke rente vanaf 25-06-2010;
[slachtoffer 30], voornoemd, van een bedrag van € 3.250,--;
[slachtoffer 31], voornoemd, van een bedrag van € 6.300,--;
[slachtoffer 33], voornoemd, van een bedrag van € 6.500,--;
[slachtoffer 35], voornoemd, van een bedrag van € 1.750,--;
[slachtoffer 36], voornoemd, van een bedrag van € 5.400,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 mei 2010;
[slachtoffer 37], voornoemd, van een bedrag van € 6.500,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 augustus 2010;
[slachtoffer 38], voornoemd, van een bedrag van € 5.275,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 27 oktober 2010;
[slachtoffer 39], voornoemd, van een bedrag van € 5.054,48, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 20 september 2010;
[slachtoffer 40], voornoemd, van een bedrag van € 6.700,--;
[slachtoffer 41], voornoemd, van een bedrag van € 9.500,--;
[slachtoffer 42], voornoemd, van een bedrag van € 1.750,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 mei 2010;
[slachtoffer 46], voornoemd, van een bedrag van € 5.783,75 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 24 juli 1010;
[slachtoffer 47], voornoemd, van een bedrag van € 5.800,--;
[slachtoffer 47], voornoemd, van een bedrag van € 2.800,--;
[slachtoffer 49], voornoemd, van een bedrag van € 5.000,--, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 juli 2010;
[slachtoffer 50], voornoemd, van een bedrag van € 5.500,--.
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partijen gemaakt - met uitzondering van de benadeelde partijen [slachtoffer 18], [slachtoffer 37] en [slachtoffer 49], allen, voornoemd - tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partijen [slachtoffer 18], [slachtoffer 37] en [slachtoffer 49], allen voornoemd, gemaakt, tot op heden begroot op respectievelijk
€ 250,--, € 250,-- en € 500,--, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van de bewezen verklaarde feiten tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van
€ 7.000,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 1], voornoemd, met bevel, voor het
geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt,
dat vervangende hechtenis voor de tijd van 70 dagen zal worden toegepast;
€ 8.000,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 2], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 75 dagen zal worden toegepast;
€ 3.500 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 3], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 45 dagen zal worden toegepast;
€ 2.600 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 6], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 36 dagen zal worden toegepast;
€ 6.344,90 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 9], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 66 dagen zal worden toegepast;
€ 8.007,50 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 10], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 75 dagen zal worden toegepast;
€ 3.071,40 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 11], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 40 dagen zal worden toegepast;
€ 6.750,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 12], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 68 dagen zal worden toegepast;
€ 2.041,95 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 13], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 30 dagen zal worden toegepast;
€ 2.500,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 15], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 35 dagen zal worden toegepast;
€ 6.250,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 17], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 66 dagen zal worden toegepast;
€ 10.645,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 18], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 88 dagen zal worden toegepast;
€ 3.000,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 19], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 40 dagen zal worden toegepast;
€ 5.250,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 20], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 61 dagen zal worden toegepast;
€ 6.000,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 21], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 65 dagen zal worden toegepast;
€ 5.000,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 22], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 60 dagen zal worden toegepast;
€ 5.017,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 23], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 60 dagen zal worden toegepast;
€ 6.610,53 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 24], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 68 dagen zal worden toegepast;
€ 7.100,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 25], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 70 dagen zal worden toegepast;
€ 5.000,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 27], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 60 dagen zal worden toegepast;
€ 7.500,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 29], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 72 dagen zal worden toegepast;
€ 3.250,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 30], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 42 dagen zal worden toegepast;
€ 6.300,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 31], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 66 dagen zal worden toegepast;
€ 6.500,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 33], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 67 dagen zal worden toegepast;
€ 1.750,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 35], met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 27 dagen zal worden toegepast;
€ 5.400,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 36], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 62 dagen zal worden toegepast;
€ 6.500,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 37], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 67 dagen zal worden toegepast;
€ 5.275,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 38], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 61 dagen zal worden toegepast;
€ 5.054,48 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 39], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 60 dagen zal worden toegepast;
€ 6.700,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 40], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 68 dagen zal worden toegepast;
€ 9.500,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 41], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 82 dagen zal worden toegepast;
€ 1.750,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 42], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 27 dagen zal worden toegepast;
€ 5.783,75 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 46], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 63 dagen zal worden toegepast;
€ 5.800,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 47], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 64 dagen zal worden toegepast;
€ 2.800,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 47], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 38 dagen zal worden toegepast;
€ 5.000,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 49], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 60 dagen zal worden toegepast;
€ 5.500,-- ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 50], voornoemd, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 62 dagen zal worden toegepast;
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoelde bedragen daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partijen die bedragen te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partijen de verschuldigde bedragen heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van die bedragen komt te vervallen;
- bepaalt dat na te noemen benadeelde partijen voor na te melden bedragen niet ontvankelijk zijn in hun vorderingen en dat die benadeelde partijen dat deel van hun vordering bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen, indien zij dat al niet hebben gedaan:
[slachtoffer 3], voornoemd, voor een bedrag van € 500,--;
[slachtoffer 18], voornoemd, voor een bedrag van € 3.775,--;
[slachtoffer 21], voornoemd, voor een bedrag van € 500,--;
[slachtoffer 22], voornoemd, voor een bedrag van € 100,--;
[slachtoffer 30], voornoemd, voor een bedrag van € 250,--;
[slachtoffer 38], voornoemd, voor een bedrag van € 175,--;
[slachtoffer 46], voornoemd, voor een bedrag van € 147,91;
[slachtoffer 47], voornoemd, voor een bedrag van € 662,50;
[slachtoffer 4], voornoemd, voor een bedrag van € 5.530,-- en
[slachtoffer 32], voornoemd, voor een bedrag van € 7.000,--.
Dit vonnis is gewezen door mr. H. Bloebaum, voorzitter, mr. A.A.J. Lemain en
mr. D. Hardonk Prins, rechters, in tegenwoordigheid van P.G.M. Klaassen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 2 april 2013.