ECLI:NL:RBOVE:2013:4267
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Wijziging van het ouderlijk gezag en ontzegging van het recht op omgang met minderjarigen
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Overijssel op 19 december 2013 een beschikking gegeven inzake het ouderlijk gezag en het recht op omgang van de ouders met hun minderjarige kinderen. De vader, verzoeker, heeft verzocht om het eenhoofdig gezag over de kinderen en om de omgangsregeling met de moeder te beëindigen. Sinds november 2012 is er geen contact meer geweest tussen de moeder en de kinderen, en de communicatie tussen de ouders is volledig afwezig. De moeder heeft geen rol gespeeld in de dagelijkse opvoeding en verzorging van de kinderen en heeft geen initiatieven genomen om contact te herstellen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder kennelijk ongeschikt is om omgang te hebben met de minderjarigen, die kwetsbaar zijn en behoefte hebben aan stabiliteit en duidelijkheid.
De kinderrechter heeft de feiten en omstandigheden in overweging genomen, waaronder een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming, dat heeft aangetoond dat de kinderen spanningsklachten vertonen en dat de moeder in het verleden afspraken niet is nagekomen. De Raad heeft geadviseerd om het gezag aan de vader toe te kennen en de omgang met de moeder te beëindigen. De kinderrechter heeft geoordeeld dat het in het belang van de kinderen is dat de vader alleen het gezag krijgt, omdat de moeder niet in staat is om een stabiele opvoedsituatie te bieden. De beschikking houdt in dat de moeder voor onbepaalde tijd het recht op omgang met de kinderen wordt ontzegd, en dat de vader voortaan alleen belast is met het gezag over de minderjarigen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.