Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[eiseres],
[gedaagde],
Het procesverloop
De vaststaande feiten
De beoordeling van het geschil en de motivering van de beslissing
€ 1.717,- per maand zal zijn voldaan, subsidiair totdat een bedrag van € 1.082,42 per maand zal zijn voldaan en meer subsidiair totdat een bedrag van € 902,- per maand zal zijn voldaan en telkens voor ten hoogste dertig dagen.
10 januari 2014. De vrouw beschikt over voldoende liquide middelen. De vrouw heeft een levensverzekeringspolis geïncasseerd van ruim € 105.000,-. De man vordert een veroordeling van de vrouw in de kosten van deze procedure.
22 augustus 2013. Die afkoopwaarde is vervolgens aan haar uitgekeerd. De vrouw beschikte eind augustus 2013 dus over een aanzienlijk geldbedrag. Dat de vrouw de volledige uitkering vervolgens heeft gebruikt voor het betalen van advocaat- en andere kosten, heeft de vrouw niet aangetoond. De vrouw stelt dat zij bankafschriften heeft overgelegd van al haar bankrekeningen, maar die bankafschriften zijn de voorzieningenrechter niet bekend. Bovendien zou daarmee niet zijn aangetoond dat de vrouw niet beschikt over andere bankrekeningen met daarop een positief saldo.