Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
VONNIS IN DE STRAFZAAK VAN:
[verdachte],
wonende te [woonplaats].
ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
TENLASTELEGGING
, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
VOORVRAGEN
BEWIJSOVERWEGINGEN
Het standpunt van het openbaar ministerie
Het standpunt van de verdediging
Het oordeel van de rechtbank
BEWEZENVERKLARING
in elk geval enig goed, toebehorende aan [slachtoffer 3], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak;
STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
STRAFBAARHEID van de VERDACHTE
MOTIVERING VAN STRAF OF MAATREGEL
Het standpunt van het openbaar ministerie
Het standpunt van de verdediging
Het oordeel van de rechtbank
Beslag
Toegepaste wetsartikelen
VORDERING BENADEELDE PARTIJ
Het standpunt van het openbaar ministerie
Het standpunt van de verdediging
Het oordeel van de rechtbank
Beslissing
Ten aanzien van de tenlastelegging
150 dagen.
76 dagen, niet worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders zal gelasten, omdat de verdachte zich vóór het einde van een proeftijd van
drie jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
150 uren, te voltooien binnen 1 jaar na het onherroepelijk worden van het vonnis.
Beslag
Schadevergoeding
[slachtoffer 4]in zijn vordering niet ontvankelijk is. De benadeelde partij kan zijn vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.