ECLI:NL:RBOVE:2013:2884
Rechtbank Overijssel
- Wraking
- M.L.J. Koopmans
- F. Koster
- A. Oosterveld
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van wrakingsverzoek tegen mr. Cornelissen in bestuursrechtelijke voorlopige voorzieningen
In deze zaak heeft verzoeker op 31 oktober 2013 een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. Cornelissen in verband met twee lopende zaken waarin hij betrokken was. De wrakingsverzoeken zijn op 14 november 2013 in het openbaar behandeld, waarbij verzoeker werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. P.J. de Bruin. De wrakingsgrond was onder andere dat de gelijktijdige behandeling van de voorlopige voorzieningen de rechtszekerheid zou schaden en dat mr. Cornelissen mogelijk contact had gehad met de gemeente, wat de schijn van partijdigheid zou wekken.
De rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, heeft op 28 november 2013 de wrakingsverzoeken afgewezen. De wrakingskamer oordeelde dat er geen objectieve feiten of omstandigheden waren die de vrees voor partijdigheid van mr. Cornelissen konden rechtvaardigen. De rechtbank concludeerde dat de door verzoeker en zijn advocaat aangevoerde gronden niet voldoende waren om aan te nemen dat mr. Cornelissen vooringenomen was. De rechtbank benadrukte dat de rechter uit hoofde van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken.
De beslissing van de rechtbank is in het openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wrakingsprocedure correct is gevolgd en dat er geen schendingen van het wrakingsprotocol zijn aangetoond. De rechtbank heeft de verzoeken tot wraking dan ook afgewezen, waarmee mr. Cornelissen in zijn functie als rechter kon blijven functioneren in de betreffende zaken.