ECLI:NL:RBOVE:2013:1831

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
20 augustus 2013
Publicatiedatum
20 augustus 2013
Zaaknummer
C/08/141811 / KG ZA 13-274
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing contactverbod tussen ouders en 17-jarige dochter

In deze zaak, behandeld door de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 20 augustus 2013, hebben de ouders van een 17-jarige dochter een kort geding aangespannen tegen een 32-jarige man, met als doel hem te verbieden contact te onderhouden met hun dochter. De ouders vorderden dat het gedaagde werd verboden om zowel actief als passief contact te hebben met hun dochter, op straffe van een dwangsom van € 500,-- voor iedere overtreding. De ouders stelden dat hun dochter kwetsbaar is en gemakkelijk te beïnvloeden, en dat de gedaagde, die een relatie met haar heeft, niet bereid is voldoende afstand te nemen.

Tijdens de zitting op 8 augustus 2013 was de gedaagde niet verschenen, waardoor er geen inhoudelijke behandeling van zijn kant plaatsvond. De ouders hebben hun vordering onderbouwd met de stelling dat de gedaagde hun dochter een telefoonkaart had gegeven, wat hen deed vrezen voor haar welzijn. De voorzieningenrechter overwoog dat een contactverbod een ernstige inbreuk maakt op de vrijheid van de betrokkenen en dat er substantiële feiten en omstandigheden moeten zijn om een dergelijke maatregel te rechtvaardigen.

De rechter concludeerde dat de ouders niet voldoende bewijs hadden geleverd voor hun stelling dat de dochter kwetsbaar was en dat de gedaagde een negatieve invloed op haar had. Bovendien werd opgemerkt dat er geen algemene regel bestaat die verbiedt dat een 32-jarige man contact heeft met een 17-jarig meisje. De ouders hadden bovendien niet aangetoond dat zij hun dochter in het proces hadden betrokken, wat ook een belangrijke factor was in de overwegingen van de rechter. Uiteindelijk werd de vordering van de ouders afgewezen, en de voorzieningenrechter benadrukte dat het aan de ouders is om met hun dochter te communiceren over haar contacten, in plaats van dit aan de rechter voor te leggen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
zaaknummer: C/08/141811 / KG ZA 13-274
datum vonnis: 20 augustus 2013 (ib)
Vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Overijssel, rechtdoende in kort geding, in de zaak van:
[eiser],
en
[eiseres],
beiden wonende te [woonplaats],
eisers,
verder ook te noemen: de ouders,
advocaat: mr. E.D. Breuning ten Cate te Almelo,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
verder ook te noemen: [gedaagde],
niet verschenen.

1.Het procesverloop

De zaak is behandeld ter terechtzitting van 8 augustus 2013. Ter zitting zijn verschenen: eiseres [eiseres] en haar advocaat mr. Breuning ten Cate. [gedaagde] is niet verschenen.
De dagvaarding is op 31 juli 2013 in persoon aan [gedaagde] betekend. Tegen [gedaagde] is verstek verleend. De ouders hebben gevorderd als vermeld in de dagvaarding. Het vonnis is bepaald op vandaag.

2.De feiten

Eisers zijn de ouders van de 17-jarige [betrokkene] (hierna: [betrokkene]). De ouders oefenen gezamenlijk het gezag uit over [betrokkene].

3.De vordering

De ouders vorderen dat het [gedaagde] wordt verboden contact te onderhouden met [betrokkene], zowel in actieve als in passieve zin, op straffe van een dwangsom van € 500,-- voor iedere overtreding van dit verbod. De ouders leggen aan die vordering het volgende ten grondslag:
  • [betrokkene] heeft een relatie aangeknoopt met [gedaagde], die thans 32 jaar oud is;
  • de ouders vinden het ongewenst dat [betrokkene] met [gedaagde] contacten onderhoudt;
  • bij brief van 27 mei 2013 heeft de advocaat van de ouders [gedaagde] verboden nog contact met [betrokkene] te onderhouden;
  • de ouders hebben aangekondigd in kort geding een contactverbod te zullen eisen als [gedaagde] zich niet zou onthouden van contact met [betrokkene];
  • [gedaagde] heeft zich niet onthouden van contact met [betrokkene]. Hij heeft [betrokkene] een telefoonkaart met beltegoed ter beschikking gesteld, zodat [betrokkene] telefonisch contact met hem zou kunnen opnemen;
  • [betrokkene] is een meisje dat heel gemakkelijk te beïnvloeden is en daarom kwetsbaar is ten opzichte van [gedaagde], die kennelijk niet bereid is als volwassene voldoende afstand van [betrokkene] te nemen.

4.De overwegingen

4.1
Omdat [gedaagde] niet was verschenen, heeft ter zitting geen inhoudelijke behandeling plaatsgevonden. Er zal uitspraak worden gedaan op de stellingen van de ouders, zoals hierboven weergegeven.
4.2
De voorzieningenrechter stelt voorop dat een toewijzing van een contactverbod een inbreuk maakt op het aan een ieder toekomend recht zich vrijelijk te bewegen en te gedragen en dat voor het opleggen van een dergelijke ingrijpende maatregel sprake moet zijn van feiten en omstandigheden die in hoge mate zo'n inbreuk rechtvaardigen.
4.3
De vordering is niet ingesteld door de ouders als wettelijk vertegenwoordigers van de minderjarige [betrokkene], maar door de ouders "in hun hoedanigheid van gezaghebbende ouders".
4.4
Het ouderlijk gezag is bedoeld om het belang van het kind te dienen (Hoge Raad
25 september 1998, NJ 1999/379). Algemeen wordt aangenomen dat de bescherming die het kind op grond van zijn minderjarigheid nodig heeft, afneemt naarmate het kind ouder wordt.
Als gevolg van dat ouder worden moet het ouderlijk gezag terugtreden en plaats maken voor meer vrijheid voor het kind tot zelfstandig handelen.
Daarbij geldt als uitgangspunt dat ouders met de mening van hun kind rekening moeten houden in de mate waarin zijn/haar persoonlijkheid zich ontwikkelt en rekening moeten houden met zijn/haar daaraan gekoppelde toenemende behoefte aan zelfstandigheid.
4.5
In dit kort geding ligt de vraag voor of de door de ouders aangevoerde feiten en omstandigheden een contactverbod rechtvaardigen. Daartoe overweegt de voorzieningenrechter als volgt.
4.6
Er bestaat geen algemene regel die meebrengt dat een 32-jarige man geen contact mag onderhouden met een 17-jarig meisje. Dat neemt niet weg dat het onder omstandigheden zo kan zijn, dat een 32-jarige man inbreuk maakt op het ouderlijk gezag.
Van dergelijke omstandigheden is evenwel geen sprake.
4.7
De ouders hebben gesteld dat [betrokkene] heel gemakkelijk te beïnvloeden is en daarom kwetsbaar is ten opzichte van [gedaagde]. De ouders hebben die stelling echter op geen enkele wijze onderbouwd of toegelicht. Daarmee blijft onduidelijk waar die beïnvloeding en kwetsbaarheid in het geval van [betrokkene] uit bestaan.
4.8
De omstandigheid dat [gedaagde] aan [betrokkene] een telefoonkaart met beltegoed ter beschikking heeft gesteld, zodat [betrokkene] telefonisch contact met hem kan opnemen, valt niet aan te merken als een laakbare handeling. Als [gedaagde] aan [betrokkene] de mogelijkheid verschaft hem te bellen, heeft [betrokkene] uiteraard de vrijheid van die mogelijkheid geen gebruik te maken. Overigens is niet aangevoerd dat [betrokkene] (tegen haar wil) door [gedaagde] zou worden gebeld.
4.9
Als de ouders van mening zijn dat het in het belang van [betrokkene] is dat zij geen contact met [gedaagde] onderhoudt, dienen zij dat -als opvoeders van een 17-jarig meisje- niet primair aan [gedaagde] of de voorzieningenrechter voor te leggen, maar aan [betrokkene]. Uit de stellingen van de ouders volgt niet, dat de ouders dat laatste hebben gedaan.
Ook blijft onduidelijk wat [betrokkene] vindt van het door de ouders gewenste contactverbod en het door hen ingeleide kort geding. Ter zitting was [betrokkene] niet aanwezig.
4.1
Uit wat hierboven is overwogen vloeit voort dat de vordering van de ouders zal worden afgewezen.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter:
Wijst de vordering van eisers af.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. A.E. Zweers, voorzieningenrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 20 augustus 2013 in tegenwoordigheid van de griffier.