AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Verduistering en valsheid in geschrift door penningmeester van scoutingvereniging
In deze strafzaak heeft de rechtbank Overijssel op 15 juli 2013 uitspraak gedaan tegen een 54-jarige man uit Deventer, die als penningmeester van een scoutingvereniging grote bedragen heeft verduisterd. De verdachte, die ook werkzaam was als belastingambtenaar en buitengewoon opsporingsambtenaar, is veroordeeld tot een werkstraf van 150 uur. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk geldbedragen, in totaal ongeveer 209.181,52 euro, die toebehoorden aan de Stichting [naam scouting] Groep, wederrechtelijk heeft toegeëigend. Dit gebeurde in de periode van 1 december 2003 tot en met 15 januari 2011. De verdachte heeft de gelden aangewend voor privédoeleinden zonder toestemming van het bestuur van de stichting.
Daarnaast heeft de rechtbank vastgesteld dat de verdachte bankafschriften valselijk heeft opgemaakt om zijn verduistering te verdoezelen. Hij heeft deze documenten aangepast door middel van knippen en plakken in Word, met de bedoeling deze als echt en onvervalst te gebruiken. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan gewoontewitwassen, waarbij hij de herkomst van de verduisterde gelden heeft verborgen.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld voor de feiten van verduistering, valsheid in geschrift en gewoontewitwassen, en heeft de vordering van de benadeelde partij, de stichting [naam scouting] Groep, gedeeltelijk toegewezen. De rechtbank heeft de verdachte ook verplicht tot schadevergoeding aan de benadeelde partij, waarbij de totale schadevergoeding is vastgesteld op € 1.440,00 en € 768,00 voor de kosten van rechtsbijstand. De rechtbank heeft de verdachte verder gewaarschuwd dat hij bij niet-nakoming van de taakstraf een vervangende hechtenis kan krijgen.
Voetnoten
1.Wanneer hierna wordt verwezen naar met paginanummering aangeduide processen-verbaal en andere stukken, betreft dit op ambtseed/ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal dan wel andere bescheiden, als bijlagen opgenomen bij het proces-verbaal van het opsporingsonderzoek van de Regiopolitie IJsselland, onder dossiernummer 2011021472, opgemaakt op 14 november 2012.
2.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever], namens de [naam scouting] Groep, van 14 maart 2011, p. 83, 84.
3.Het proces-verbaal van terechtzitting van 1 juli 2013.
4.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte van 24 januari 2012, p. 19.
5.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte van 25 januari 2012, p. 30.
6.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte van 25 januari 2012, p. 41.
7.Hoge Raad, 24 oktober 1989, NJ 1990, 256.
8.Het proces-verbaal van de terechtzitting van 1 juli 2013, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van de verdachte als bedoeld in art. 359, derde lid, laatste volzin Sv.
9.Een geschrift, te weten een bankafschrift (H-001), rekeningnummer [nummer 2], van 2004, p.186.
10.Een geschrift, te weten een bankafschrift (H-005), rekeningnummer [nummer 3], van 2004, p. 234.
11.Een geschrift, te weten een bankafschrift (H-007), rekeningnummer [nummer 3], van 2007, p. 273.
12.Een geschrift, te weten een bankafschrift (H-009), rekeningnummer [nummer 3], van 2007, p. 320.
13.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte van 24 januari 2012, p. 19, 24 en 26.
14.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte van 25 januari 2012, p. 30.
15.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte van 25 januari 2012, p. 41.
16.Hoge Raad, 23 november 2010, LJN: BN0578.