ECLI:NL:RBONE:2013:BZ5208
Rechtbank Oost-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Besluit tot wijziging van het Natuurbeheerplan Overijssel en de afwijzing van de vaartoeslag
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Nederland op 22 maart 2013 uitspraak gedaan in het geschil tussen eisers, A en de Riettelersvereniging De Wieden, en verweerder, de Gedeputeerde Staten van Overijssel. De zaak betreft de wijziging van het Natuurbeheerplan Overijssel, waarbij de vaartoeslag niet langer werd opgenomen. Eisers hebben beroep ingesteld tegen dit besluit, omdat zij vrezen dat het niet opnemen van de vaartoeslag negatieve gevolgen zal hebben voor de riettelers in de regio. De rechtbank heeft vastgesteld dat het besluit van verweerder op 18 september 2012 is genomen en dat dit besluit gedurende zes weken ter inzage heeft gelegen. De zitting vond plaats op 7 februari 2013, waar eisers en hun vertegenwoordiger aanwezig waren, evenals de vertegenwoordigers van verweerder, mr. H. Hams en ing. R.G. Kelder.
De rechtbank overweegt dat de Gedeputeerde Staten op basis van artikel 3.8 van de Subsidieregeling de vrijheid hebben om te besluiten of de vaartoeslag al dan niet in het Natuurbeheerplan wordt opgenomen. De rechtbank heeft geoordeeld dat verweerder in redelijkheid heeft kunnen besluiten om de vaartoeslag niet op te nemen, rekening houdend met de financiële gevolgen van deze beslissing. De rechtbank heeft de beroepen van eisers ongegrond verklaard, omdat het bestreden besluit de rechterlijke toets doorstaat. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak benadrukt de ruimte die bestuursorganen hebben bij het vaststellen van natuurbeheerplannen en de afwegingen die daarbij gemaakt moeten worden, vooral in het licht van financiële implicaties. De rechtbank heeft de belangen van de eisers, die werkzaam zijn in de rietteelt, meegewogen, maar heeft geconcludeerd dat de beslissing van verweerder gerechtvaardigd was.