Parketnummer : 05/701367-12
Data zittingen : 7 december 2012 en 18 januari 2013
Datum uitspraak : 1 februari 2013
Vonnis van de meervoudige kamer in de zaak van
de officier van justitie in het arrondissement Arnhem
naam : [verdachte],
geboren op : [geboortedatum]
adres : [adres]
plaats : [woonplaats]
thans gedetineerd in P.I. [adres]
Raadsman : mr. S.F.W. van 't Hullenaar, advocaat te Arnhem.
1. De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1. hij op één of meerdere tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 30 april 2012 tot en met 25 mei 2012 te Ede, (telkens) buiten echt ontuchtige handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, te weten zijn, verdachtes, vinger(s) tussen haar schaamlippen brengen en/of zijn, verdachtes, tong in haar mond brengen (tongzoenen) en/of het betasten van haar vagina en/of borst(en), heeft gepleegd met [slachtoffer1], geboren op [geboortedatum], die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt;
2. hij op één of meerdere tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 11 september 1988 tot en met 10 september 1994 te Ede, (telkens) (opzettelijk) handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, te weten zijn, verdachtes, penis in haar mond brengen en/of zijn, verdachtes, vinger(s) in haar vagina brengen en/of het likken van haar vagina, heeft gepleegd met (zijn stiefdochter) [slachtoffer2], geboren op 11
september 1982, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt;
3. hij op één of meerdere tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 11 september 1994 tot en met 10 september 1998 te Ede, (telkens)buiten echt ontuchtige handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, te weten zijn, verdachtes, penis in haar mond brengen en/of zijn, verdachtes, vinger(s) in haar vagina brengen en/of zijn, verdachtes, tong in haar mond brengen (tongzoen) en/of het likken van haar vagina, heeft gepleegd met (zijn stiefdochter) [slachtoffer2], geboren op 11 september 1982, die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt;
4. hij op één of meerdere tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 11 september 1988 tot en met 10 september 2000 te Ede, (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind, [slachtoffer2], geboren op 11 september 1982, bestaande die ontucht hierin dat hij haar vagina en/of borst(en) heeft betast en/of haar lichaam heeft ingesmeerd en/of samen met haar heeft gedoucht en/of zijn, verdachtes, penis door haar heeft laten aftrekken en/of zaadlozing(en) op haar borst(en)/lichaam heeft gehad en/of, in genoemde periode vanaf 11 september 1998, zijn, verdachtes, penis in haar mond heeft gebracht en/of zijn, verdachtes, vinger(s) in haar vagina heeft gebracht en/of zijn, verdachtes, tong in haar mond heeft gebracht (tongzoen) en/of haar vagina heeft gelikt;
5. hij in of omstreeks de periode van 1 oktober 2002 tot en met 3 september 2012 te Ede en/of Bennekom, in elk geval in Nederland, één of meermalen (telkens) (een) gegevensdrager(s) bevattende (in totaal meer dan 18.477) afbeeldingen, in elk geval een grote hoeveelheid afbeeldingen en/of video's, (te weten één of meer computer(s) en/of (een) harddisk(s) en/of een usb-Spypen) heeft
vervaardigd (middels een Spypen filmen van (douchende) [slachtoffer1],
geboren op [geboortedatum], opname "[bestandsnaam].avi") en/of
in bezit gehad en/of
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit (onder meer):
het vaginaal en/of anaal penetreren (met de penis en/of vinger(s) en/of een dildo) door zichzelf en/of door een volwassen man/een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt van het lichaam van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar (eveneens) nog niet heeft/hebben bereikt (onder meer "[bestandsnaam].jpg"), en/of
het (laten) betasten van de vagina en/of de borsten en/of de billen en/of de (stijve) penis van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt door een volwassen man/een persoon die eveneens kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt,
en/of
het betasten en/of likken van de vagina en/of het houden van een vinger tussen de schaamlippen en/of het drukken van een stijve penis in/tegen de vagina en/of de billen van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt (onder meer "[bestandsnaam].jpg" en/of "[bestandsnaam].lpg" en/of "[site]"), en/of
het (laten) vasthouden en/of in de mond (laten) nemen van en/of likken aan de stijve penis van een volwassen man door een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt (onder meer "[bestandsnaam].bmp" en/of "[bestandsnaam].jpg" en/of "15...jpg" en/of "24.bpm"), en/of
het in de mond (laten) nemen van de penis van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt door een volwassen man/een perso(o)n(en) die eveneens kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt (onder meer "[naam site] (1).mpg"), en/of
het (door een volwassen man) masturberen boven en/of ejaculeren op het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt, en/of
het houden van een (stijve) penis naast het gezicht/lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt, terwijl op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is, en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of opgemaakt is/zijn en/of poseert/poseren in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) (eventueel aanvullen met soort voorwerp) en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) (op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of
de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden en/of (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
[x]
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
6. hij in of omstreeks de periode van 1 juli 2010 tot en met 3 september 2012 te Ede en/of Bennekom, in elk geval in Nederland, één of meermalen (een) gegevensdrager(s), te weten een computer in bezit heeft gehad, bevattende ongeveer 45, in elk geval een hoeveelheid afbeelding(en), terwijl op die afbeelding(en) (een) ontuchtige handeling(en) zichtbaar is/zijn waarbij een mens en een dier is/zijn betrokken of schijnbaar is/zijn betrokken, welke ontuchtige handelingen bestonden uit (ondermeer) het penetreren van een vrouw door een hond ("[bestandsnaam].jpg") en/of het door een vrouw in de mond nemen van het geslachtsdeel van een paard ("[bestandsnaam].jpg");
7. hij in of omstreeks de maand augustus tot en met 6 september 2012 te Ede een wapen van categorie I, onder 3, te weten een ploertendoder, voorhanden heeft gehad;
De in deze tenlastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voor zover daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebezigd.
2. Het onderzoek ter terechtzitting
De zaak is laatstelijk op 18 januari 2013 ter terechtzitting onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. S.F.W. van 't Hullenaar, advocaat te Arnhem.
De officier van justitie, mr. B. Molenaar, heeft gerekwireerd.
Verdachte en zijn raadsman hebben het woord ter verdediging gevoerd.
3. De beslissing inzake het bewijs
Ten aanzien van het onder feit 1 tenlastegelegde
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
In de periode van 30 april 2012 tot en met 25 mei 2012 te Ede heeft verdachte gekust met [slachtoffer1] (geboren op [geboortedatum]) (hierna te noemen: [slachtoffer1]).
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich, kort samengevat, op het standpunt gesteld dat voldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig is voor de bewezenverklaring van hetgeen onder dit feit is tenlastegelegd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft, kort samengevat, aangevoerd dat verdachte nu het een categorie A zaak betrof, geen afstand kon doen van zijn recht op rechtsbijstand voorafgaand aan het eerste verhoor, althans onvoldoende is gewezen op zijn consultatierecht. Derhalve dienen alle verklaringen van verdachte voordat hij met zijn raadsman heeft kunnen spreken te worden uitgesloten van bewijs.
Beoordeling door de rechtbank
Ten aanzien van het consultatierecht
Verdachte is op 3 september 2012 om 10.30 uur aangehouden. In het proces-verbaal van aanhouding staat vermeld dat de verdenking van verdachte valt onder de categorie B-zaken zoals bedoeld in de Aanwijzing Rechtsbijstand Politieverhoor. Verdachte heeft bij zijn aanhouding en inverzekeringstelling afstand gedaan van het recht een raadsman te consulteren voorafgaand aan zijn verhoor.
Met de verdediging is de rechtbank van oordeel dat onderhavige zaak aangemerkt had moeten worden als een categorie A-zaak, zoals bedoeld in genoemde aanwijzing. Er is immers (o.a.) sprake van een verdenking ter zake van een misdrijf waarvoor een gevangenisstraf van twaalf jaar opgelegd kan worden en dat kan worden getypeerd als een zeer ernstig zedendelict.
Volgens genoemde Aanwijzing was het voor verdachte dan ook niet mogelijk afstand te doen van zijn consultatierecht. Nu dit is miskend en het een onherstelbaar vormverzuim betreft, zal de rechtbank de verklaringen van verdachte, tot het moment waarop hij zijn raadsman heeft kunnen spreken, wegens strijd met het consultatierecht, niet voor het bewijs gebruiken.
Inhoudelijke overwegingen
[slachtoffer1], geboren op [geboortedatum], heeft verklaard dat verdachte te Ede in de bed & breakfast in het huis van haar ouders en haarzelf kwam wonen. [slachtoffer1] en verdachte zijn meerdere keren samen naar het café [naam cafe] geweest. Bij de derde keer dat zij daar waren, zaten ze in het rokershok. Aldaar ging verdachte met zijn hand onder de kleding van [slachtoffer1] naar haar borst toe. Verdachte raakte met zijn linkerhand haar rechterborst aan en met zijn rechterhand ging hij in haar onderbroek. Hij ging met zijn vingers tussen de schaamlippen van [slachtoffer1]. Tevens ging verdachte daar met [slachtoffer1] tongzoenen. Op 25 mei 2012 waren verdachte en [slachtoffer1] wederom in het rokershok van het café [naam cafe] en ging verdachte wederom met zijn vingers tussen de schaamlippen van [slachtoffer1]. Verdachte en [slachtoffer1] hebben, in de periode dat ze met elkaar omgingen, ongeveer vijf keer getongzoend. De eerste keer (tongzoenen) gebeurde in de keuken ongeveer twee weken voor de eerste afspraak in het café.
Deze verklaringen van [slachtoffer1] worden op diverse onderdelen bevestigd door verschillende getuigenverklaringen.
Zo heeft getuige [getuige1] verklaart [verdachte] dat [verdachte] op 18 mei 2012 met een meisje in het rokershok van het café [naam cafe] te Ede was. Zij zag dat verdachte met zijn hand onder het rokje van het meisje zat. Op 25 mei 2012 zag deze getuige verdachte wederom in het rokershok met hetzelfde meisje. Getuige zag dat verdachte met zijn hand onder de kleding van het meisje ging en met zijn hand dicht bij haar borsten zat.
Getuige [getuige2] heeft verklaard dat hij in het café [naam cafe] aanwezig was. Aldaar was in het rookhok een oude man met een jong meisje aan het zoenen. In de ogen van de getuige klopte het al niet met het leeftijdsverschil. Hij zag dat de man en het meisje meerdere keren aan het tongzoenen waren en dat de man met zijn hand tussen de benen van het meisje zat.
Getuige [getuige3] heeft verklaard dat zij bij het café [naam cafe] werkte en dat ze aldaar zag dat een oudere man met een meisje in het rokershok zat. De getuige zag dat de man met zijn hand onder het shirtje van het meisje zat en dat hij met die hand op haar borst zat. De getuige heeft het meisje op ongeveer 16 jaar oud geschat.
Gelet op de leeftijd van aangeefster en het feit dat verdachte als pensiongast in de bed & breakfast van haar ouders woonde, acht de rechtbank bewezen dat verdachte en [slachtoffer1] niet waren getrouwd.
Gelet op de aangifte en de bevestiging daarvan door genoemde getuigenverklaringen acht de rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
1. hij op meerdere tijdstip(pen) gelegen in de periode van 30 april 2012 tot en met 25 mei 2012 te Ede, (telkens) buiten echt ontuchtige handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, te weten zijn, verdachtes, vinger(s) tussen haar schaamlippen brengen en/of zijn, verdachtes, tong in haar mond brengen (tongzoenen) en/of het betasten van haar vagina en/of borst(en), heeft gepleegd met [slachtoffer1], geboren op [geboortedatum], die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt.
Ten aanzien van het onder de feiten 2, 3 en 4 tenlastegelegde
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich, kort samengevat, op het standpunt gesteld dat voldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig is voor de bewezenverklaring van hetgeen onder deze feiten is tenlastegelegd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft, kort samengevat, aangevoerd dat naast de aangifte onvoldoende (betrouwbaar) ondersteunend bewijs aanwezig is om tot een bewezenverklaring te komen.
Beoordeling door de rechtbank
Aangeefster [slachtoffer2] (hierna: [slachtoffer2]) heeft (onder meer) als volgt verklaard. Verdachte was haar stiefvader. Vanaf haar zesde of achtste jaar tot aan haar achttiende jaar werd [slachtoffer2] seksueel misbruikt door verdachte. Zo heeft zij verdachte vaak moeten aftrekken, moeten tongzoenen en heeft zij zijn penis in haar mond moeten doen. Ze heeft verdachte vaak moeten insmeren met bodylotion en verdachte heeft [slachtoffer2] ingesmeerd. Verdachte heeft vaak de borsten van [slachtoffer2] betast en bij het gezamenlijk douchen heeft hij haar geslachtsdelen betast.
Toen [slachtoffer2] tussen de zes en acht jaar oud was, woonden zij en verdachte aan de [adres]. In die tijd heeft verdachte op meerdere momenten aan de vagina van [slachtoffer2] gelikt en heeft hij getracht zijn vinger in haar vagina te steken. Op de vraag: “Hoe ver ging hij op dat moment”, antwoordt aangeefster: “Alleen zijn vingertop. Hij maakte een begin en het hield op toen ik zei dat ik het niet wilde”. Tijdens deze eerste keer dat dit gebeurde keek verdachte naar een pornofilm. Verdachte heeft ook zaadlozingen op de borsten van [slachtoffer2] gehad. Toen [slachtoffer2] een jaar of 13 of 14 was, heeft verdachte (op een dwangmatige manier) zijn tong in de mond van [slachtoffer2] gestopt.
Het misbruik vond geregeld in de badkamer plaats, waar [slachtoffer2] ook samen met verdachte moest douchen.
[slachtoffer2] heeft dit misbruik voor het eerst aan haar toenmalige vriend [toenmalige vriend slachtoffer2] verteld (die er zelf naar vroeg). Hierna heeft ze haar verhaal bij de politie verteld. Vervolgens heeft ze haar moeder op het werk in Utrecht over het misbruik ingelicht. Op initiatief van haar moeder heeft er een confrontatie met verdachte plaatsgevonden over het door [slachtoffer2] vertelde. Daarbij waren de moeder van [slachtoffer2], een vriend [een vriend slachtoffer2] en [slachtoffer2] zelf aanwezig. De dag na die confrontatie zijn verdachte en de moeder van [slachtoffer2] uit elkaar gegaan, heeft verdachte zijn spullen gepakt en is hij gaan wonen op de camping in [adres], aldus de verklaringen van [slachtoffer2].
De rechtbank overweegt dat het bewijs dat de verdachte het telastegelegde feit heeft begaan, niet uitsluitend kan worden aangenomen op de verklaring van één getuige. Deze, in artikel 342, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering neergelegde, regel betreft de tenlastelegging in haar geheel en niet ieder onderdeel daarvan. Hij verbiedt de rechter tot een bewezenverklaring te komen ingeval de door één getuige gereleveerde feiten en omstandigheden op zichzelf staan en onvoldoende steun vinden in ander bewijsmateriaal. De rechtbank ziet zich thans voor de vraag gesteld of de verklaringen van [slachtoffer2] in voldoende mate worden ondersteund door ander bewijsmateriaal. Daartoe overweegt de rechtbank als volgt.
- Dagboek
[slachtoffer2] heeft verklaard vanaf 1995 (toen ze 13 jaar oud was) een dagboek te hebben bijgehouden. Daarvan is een gedeelte toegevoegd aan het dossier. Gelet op het handschrift, het taalgebruik en aangebrachte vormgeving in dat dagboek acht de rechtbank (de verklaring van [slachtoffer2]) aannemelijk dat dit dagboek daadwerkelijk door [slachtoffer2] is geschreven op de in het dagboek gestelde data. Dit wordt van de zijde van de verdediging ook niet betwist. De inhoud van het dagboek ziet de rechtbank als ondersteunend aan de verklaringen van [slachtoffer2]. De enkele omstandigheid dat dit dagboek niet door anderen dan [slachtoffer2] is ingebracht in deze zaak, doet aan het voorgaande niet af. Hierbij neemt de rechtbank in overweging dat [slachtoffer2] eerst met het dagboek is komen nadat zij tot twee maal toe een intakegesprek over het misbruik met de politie heeft gehad zonder tot aangifte over te willen gaan en dat [slachtoffer2] pas aangifte heeft willen doen nadat zij van de politie had vernomen dat verdachte ook verdacht werd van het plegen van ontuchtige handelingen met een ander minderjarig meisje.
In het dagboek staat (onder meer) het volgende geschreven.
Op een onbekende datum, de voorgaande datum is 10 juni 1995: “volgens mij is die vader van mij ook dom en blind, en hij ziet toch ook wel dat ik het niet wil, eigenlijk zou ik er met iemand over moeten praten, maar dat kan niet, want ik moet het uiteindelijk toch tegen mijn moeder zeggen, en volgens mij is ze erg afhankelijk van hem, en ze zei wat ze zal doen als ze merkte dat iemand zoiets bij mij deed. (…) Ik wil gewoon dat hij van me afblijft en dat hij me niets laat doen. Of dat als ik iets niet wil (alles dus) gewoon dwingen en dat hij me ’n week of langer niet meer geven (ja ’n scheef gezicht) is dat teveel gevraagd?”.
Op een onbekende datum, de voorgaande datum is 12 juni 1996: “Vandaag moest ik eigenlijk mijn vader insmeren, ik haat het, hij weet dat ik niet wil, en dat ik het ook niet wil als hij aan mij zit, en maar dreigen, of als ik met ’n jongen praat heel boos kijken. Hij denkt dat ik zijn bezit ben, wat ik dus niet ben. Met geven is hij heel goed voor mij, want hij zorgt goed voor me en daar ben ik hem ook heel dankbaar voor, maar voor alles moet hij wat terug.”
Op een ‘zondag 17’, de voorgaande datum is november 1996: “M’n moeder is naar de bingo en m’n vader wil me zo insmeren. Hij weet dat ik ’t niet wil en anders blijf ik gewoon op mijn kamer want ik weet niet hoe ik ’t moet zeggen. Dan zegt hij zoiets van ‘en die schoenen dan, die moeten ook terugbetaald worden’. (…) Ik kan er echt niet meer tegen. Mama weet van niets en die LUL houdt haar gewoon aan ’t lijntje. Hij zegt dat omdat mama met haar rug zit hij veel te kort komt, maar met mij niet. Maar hij deed ’t ook al toen mama er nog geen last van had. (…) Ik denk dat het ook wel een beetje aan mijzelf ligt. Maar als ik even tegen hem aan wil liggen dan gaat hij me al strelen en dat wil ik gewoon niet, en dat vindt hij volgens mij alleen maar spannend. Om 9 uur moet mijn zusje naar bed en moet ik naar beneden komen. Hij dwingt me en eigenlijk moet ik gewoon altijd nee zeggen en ik heb het altijd ‘goed’ gevonden dus eigenlijk ligt het allemaal aan mezelf. Ik ben gewoon een dom mens. Ik vind het ook nog het ergste dat ik het tegen niemand kan vertellen. Het is nu al 19.30 uur. Misschien mag ik vrijdag wel niet naar het schoolfeest of krijg ik morgen geen geld voor de bios. Ik kan er gewoon niets aan doen.”
Op een maandag 18, de voorgaande datum is november 1996: “gisteren zei ik tegen pa: “ik wil niet meer dat je me insmeert” en toen zei hij: “ik geef je al zoveel, en dan pak je me dit ook nog af”. Toen ik naar bed ging zei hij niets, en kreeg ik geen kus, en vanochtend vroeg ik of ma wat met de bingo had en toen zei hij: “moet je maar aan haar vragen”. Dat is dus dikke ruzie, gezellig.”
Op een onbekend datum, de voorgaande datum is vrijdag 30 januari 1997: “Gisterochtend zei mijn pa: “vanavond wacht je wel op mij met douchen, hè? En toen zei ik: “zie ik nog wel” en toen zei hij: “oh gaan we zo beginnen?” En ’s avonds heb ik al voor hem gedoucht, en nu zegt hij weer niets enzo.”.
- getuige [getuige3]
Getuige [getuige3] is de moeder van [slachtoffer2] en is getrouwd geweest met verdachte. Zij heeft verklaard dat [slachtoffer2] met haar vriend [toenmalige vriend slachtoffer2], terwijl getuige op haar werk in Utrecht was, haar heeft verteld dat [slachtoffer2] misbruikt was door verdachte. Getuige [getuige3] heeft een wederzijdse kennis, [een vriend slachto[getuige5], gebeld en heeft verdachte met het verwijt van het misbruik geconfronteerd. Verdachte heeft in dit gesprek toegegeven dat hij warme gevoelens had voor [slachtoffer2], dat ze een heel mooi, lief kind was, dat hij misschien wat te ver was gegaan en dat hij daar tegenover getuige spijt van had. De dag na de confrontatie is verdachte weggegaan en is hij ingetrokken in de caravan op de camping[adres].
Getuige [getuige3] heeft af en toe op de computer porno gezien. Daarbij heeft zij (en haar jongste dochter) gezien dat er een kinderpornofilmpje werd gedownload. Ook heeft de getuige kort voor januari/februari 2010 veel kinderporno op de computer thuis gezien. De computer was verdachtes grootste hobby. Getuige [getuige3] mocht er niet bij in de buurt komen, dan werd verdachte helemaal panisch.
In maart 2011 is getuige [getuige3] met [slachtoffer2] naar de politie geweest met betrekking tot het misbruik. In 1978 kregen getuige [getuige3] en verdachte de woning aan de [adres].
- getuige [getuige4]
Getuige [getuige4] (de jongste dochter van getuige [getuige3] en verdachte) heeft verklaard dat verdachte op enig moment het huis uitging en naar de camping ging. Daarbij heeft verdachte aan getuige [getuige4] verteld dat er wat dingen waren gebeurd met haar zus (rechtbank: [slachtoffer2]) en verdachte. Getuige [getuige4] wist dat [slachtoffer2] handelingen had moeten verrichten die zij niet wilde. Dat gebeurde wanneer haar moeder naar de bingo ging. Het was volgens getuige [getuige4] niet echt seks geweest. ‘ja, dit is ook wel een vorm van seks natuurlijk, maar niet “het”, aldus getuige [getuige4].
Getuige [getuige4] kan zich herinneren dat zij vaak stemmen van [slachtoffer2] en verdachte uit de badkamer hoorde komen en dat ze hiervoor naar de redactie van de Hitkrant wilde schrijven vroeger. Getuige [getuige4] heeft verder niets gemerkt, maar wilde wel de Hitkrant schrijven, dus ergens was er iets niet goed, aldus de getuige.
Voorts heeft zij een filmpje op de computer gezien met kleine kinderen die (gedwongen) seks met elkaar hadden. De moeder van getuige was daarbij. Vooral verdachte maakte gebruik van de computer in de woonkamer en getuige mocht daar niet aankomen.
- getuige [getuige5]
Getuige [getuige5] heeft verklaard dat hij op enig moment door de moeder van [slachtoffer2] is gebeld dat iets met [slachtoffer2] was gebeurd. Toen hij bij [slachtoffer2] kwam, heeft zij hem verteld dat er iets gebeurd was tussen haar en [verdachte] (rechtbank: verdachte). Hij had iets gedaan wat niet hoorde.
Hiermee is verdachte geconfronteerd door getuige [getuige3] en [slachtoffer2]. Daarbij gaf [slachtoffer2] aan dat ze nog steeds samen aan het douchen waren. Verdachte antwoordde daarop: ‘wat is dat het probleem, dat doen wij al jaren.’ Hij gaf aan dat ze het niet meer zouden doen. Verdachte zag daar de onschuld van in.
- getuige [toenmalige vriend slachtoffer2]
Getuige [toenmalige vriend slachtoffer2] heeft een relatie met [slachtoffer2] gehad. [slachtoffer2] heeft hem over gebeurtenissen tussen verdachte en [slachtoffer2] verteld. Ze vertelde dit vrij snel, maar ook omdat getuige [toenmalige vriend slachtoffer2] er wel aan getrokken had (rechtbank: naar gevraagd had). Ze vertelde het beetje bij beetje. Getuige [toenmalige vriend slachtoffer2] heeft [slachtoffer2] gevraagd “is er iets gebeurd met je stiefvader”, “dingen die je niet wilde”, “nog steeds”, “was het aanraken”, “had het te maken met bed”. De antwoorden van [slachtoffer2] waren kort of alleen knikken. Uit de antwoorden begreep getuige [toenmalige vriend slachtoffer2] dat het van jongs af aan tot 16 of 17 jaar gebeurde.
Concluderende overwegingen
Naar het oordeel van de rechtbank is de verklaring van [slachtoffer2] betrouwbaar. De verklaring is niet innerlijk tegenstrijdig, komt overeen met de inhoud van het intakegesprek, vastgelegd in een proces-verbaal van bevindingen en wordt op onderdelen bevestigd door de hiervoor weergegeven getuigenverklaringen, alsmede door de inhoud van het dagboek. Voor zover deze (getuigen)verklaringen zien op hetgeen [slachtoffer2] de getuigen heeft verteld, zijn deze verklaringen onderling niet tegenstrijdig, noch met de verklaring van [slachtoffer2].
Voorts worden de verklaringen van [slachtoffer2] ondersteund door eigen waarnemingen van verschillende getuigen.
Zo wordt de verklaring dat het misbruik plaatsvond in de badkamer, naast de inhoud van het dagboek, ondersteund door de verklaring van getuige [getuige4]. Deze getuige kan zich nog herinneren dat zij op twaalfjarige leeftijd de stemmen van verdachte en [slachtoffer2] heeft gehoord en hiervoor de Hitkrant (een tijdschrift voor tienermeisjes) heeft willen schrijven. Dit laatste maakt naar het oordeel van de rechtbank dat het horen van de stemmen op dat moment een opmerkelijke en blijvende indruk op de getuige heeft gemaakt. De rechtbank acht niet aannemelijk dat een dergelijke indruk zou zijn ontstaan en blijven bestaan indien sprake was geweest van het slechts (niet seksueel) aanwezig zijn van meerdere personen in de badkamer, wat in meerdere Nederlandse gezinnen wel plaatsvindt (zoals de verdediging heeft aangevoerd).
Tevens wordt de verklaringen van [slachtoffer2] over het samen douchen bevestigd door de verklaring van verdachte zelf, zoals deze volgens getuige [getuige5] is afgelegd.
Getuigen [getuige5] en [getuige3] bevestigen dat een confrontatie met verdachte over het misbruik heeft plaatsgevonden. Getuige [getuige3] heeft gehoord dat verdachte heeft gezegd dat hij te ver is gegaan en daarvan spijt had.
Door getuigen [getuige3] en [getuige4] is bevestigd dat verdachte na die confrontatie het huis is uitgegaan. Verdachte heeft gezegd dat dit kwam omdat er dingen tussen [slachtoffer2] en hem waren gebeurd (aldus de waarneming van getuige [getuige4]). Voorts bevestigen [getuige4] en [getuige3] de verklaring van aangeefster dat verdachte na de confrontatie met het misbruik van aangeefster de gemeenschappelijke woning heeft verlaten.
Gelet op al het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de verklaring van [slachtoffer2] niet op zichzelf staan, maar is ingebed in een concrete context die op essentiële onderdelen bevestiging vindt in andere bewijsmiddelen, afkomstig uit andere bronnen. Aan het wettelijk bewijsminimum is daarom voldaan.
In het onder 3 tenlastegelegde wordt verdachte vrijgesproken van dat deel van de tenlastelegging waarin verdachte wordt verweten dat hij en zijn vinger(s) in haar vagina heeft gebracht, nu deze handelingen volgens de verklaring van aangeefster juist op jongere leeftijd plaatsvonden.
In het onder 4 tenlastegelegde wordt verdachte om dezelfde reden vrijgesproken van dat deel van de tenlastelegging waarin verdachte wordt verweten dat hij tussen 11 september 1998 en 10 september 2000 de vagina van aangeefster heeft gelikt, zijn penis in haar mond en zijn vinger(s) in haar vagina heeft gebracht.
De rechtbank acht op grond van het voorgaande dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feiten 2, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
2. hij op meerdere tijdstip(pen) gelegen in de periode van 11 september 1988 tot en met 10 september 1994 te Ede, (telkens) (opzettelijk) handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, te weten
zijn, verdachtes, penis in haar mond brengen en/of
zijn, verdachtes, vinger(s) in haar vagina brengen en/of
het likken van haar vagina, heeft gepleegd met (zijn stiefdochter) [slachtoffer2], geboren op 11 september 1982, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt;
3. hij op meerdere tijdstip(pen) gelegen in de periode van 11 september 1994 tot en met 10 september 1998 te Ede, (telkens) buiten echt ontuchtige handelingen die
zijn, verdachtes, tong in haar mond brengen (tongzoen) en/of
het likken van haar vagina, heeft gepleegd met (zijn stiefdochter) [slachtoffer2], geboren op 11 september 1982, die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt;
4. hij op meerdere tijdstip(pen) gelegen in de periode van 11 september 1988 tot en met 10 september 2000 te Ede, (telkens) ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarig stiefkind, [slachtoffer2], geboren op 11 september 1982, bestaande die ontucht hierin dat hij haar vagina en/of borst(en) heeft betast en/of
haar lichaam heeft ingesmeerd en/of
samen met haar heeft gedoucht en/of
zijn, verdachtes, penis door haar heeft laten aftrekken en/of
zaadlozing(en) op haar borst(en)/lichaam heeft gehad en/of,
zijn, verdachtes, tong in haar mond heeft gebracht (tongzoen) en/of
Ten aanzien van het onder feiten 5 en 6 tenlastegelegde
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
In deze zaak zijn (onder andere) de volgende goederen in beslag genomen:
- PC Acer Aspire, genummerd: AABR1705NL;
- PC artic cooling, genummerd: 12-662-002;
- Harddisc Freecom, genummerd: 3-A-2-2-E;
- Spypen Velleman, genummerd: 3-A-2-1;
- Harddisk Fujitsu, genummerd: 3-A-2-2-B;
- Harddisk, genummerd: 3-A-2-2-2-C.
De aangetroffen bestanden zijn vergeleken met bestanden in een database met geclassificeerde verzameling kinderpornografie. Dit vergelijk leverde 18.477 overeenkomstige kinderpornografische bestanden op. Tevens werd op die goederen aangetroffen een bestand met eigen vervaardigd materiaal. Dit bestand was vervaardigd met een Spypen. Tot slot werden 45 bestanden met dierenpornografie aangetroffen. Ter indicatie van de inhoud van de bestanden is een aantal bestanden uitgeschreven en wel als volgt.
1. Nummer: AABR1705NL. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 7 a 8 jaar zittend op een spiegelende ondergrond met opgetrokken knieën. Ze heeft haar armen om haar benen heengeslagen. Door een laag gekozen camerastandpunt wordt haar vagina nadrukkelijk in beeld gebracht. De achtergrond is zwart waardoor lijkt of het in een soort studio is vervaardigd. De foto maakt deel uit van een serie.
2. Nummer: AABR1705NL. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakte meisje van 12 a 13 jaar zittend op een gedrapeerd oranje kleed. Ze leunt achterover en zit met gespreide benen waardoor haar vagina duidelijk in beeld is. Haar handen rusten op haar knieën.
3. Nummer: AABR1705NL. Op het bestand genaamd sidny064.jpg is te zien:
een meisje van 14 a 15 jaar, alleen gekleed in een wit kanten bloesje. Ze zit op haar knieën op een bank. Ze leunt achterover met haar hoofd tegen de rugleuning. Haar handen houdt ze achter haar hoofd. Haar schaamstreek is hierdoor zichtbaar. Deze afbeelding maakt deel uit van een serie waarin het meisje in allerlei erotische houdingen poseert.
4. Nummer: 12-2662-002. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].bmp is te zien:
een meisje van 6 a 8 jaar oud geheel naakt liggend op een bed. Ze steunt met haar rug tegen een kussen. Direct naast haar staat een naakte man. Het meisje heeft de stijve penis van de man in haar mond. Ze houdt de penis vast met haar handen.
5. Nummer: 12-2662-002. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakte man liggend op een (vermoedelijk) bed. Hij ligt met opgetrokken knieën. Op hem ligt een geheel naakt meisje van 10 a 12 jaar. Ze leunt met haar rug tegen de benen van de man. Hij likt haar geslachtsdelen.
6. Nummer: 12-2662-002. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 11 a 12 jaar zittend op haar knieën in een studioachtig decor. Ze zit met gespreide benen en tussen en rond haar benen liggen gekleurde ballonnen. Ze leunt licht achterover. Door het lage camerastandpunt worden haar geslachtsdelen nadrukkelijk in beeld gebracht.
7. Nummer: 3-A-2-2-E. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een meisje van 11 a 12 jaar alleen gekleed in witte sokjes en een blauwe stropdas, zittend in een studioachtige omgeving. Ze zit op een houten schap aan de wand. Haar rechter been hangt naar beneden en haar linker been heeft ze opgetrokken. Een hand steunt op haar opgetrokken been en haar andere hand heeft ze in haar zij. Het camerastandpunt is ter hoogte van haar geslachtsdelen zodat deze nadrukkelijk in beeld worden gebracht. Deze afbeelding maakt deel uit van een serie van LS-models.
8. Nummer: 3-A-2-2-E. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 7 a 9 jaar wijdbeens zittend op een stoel of bank. Om haar hals heeft ze een geruite stropdas. Die trekt ze met haar rechterhand omhoog alsof haar hoofd in een strop hangt. Ze steekt daarbij haar tong uit en verdraait haar ogen. Haar linker hand rust op haar buik. Door haar zithouding worden haar geslachtsdelen nadrukkelijk in beeld gebracht. Deze afbeelding maakt deel uit van een serie van LS-models.
9. Nummer: 3-A-2-2-E. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een meisje van 6 a 8 jaar zittend alleen gekleed in een wit kanten bloesje op een tafeltje (of iets wat er op lijkt). Ze zit met opgetrokken en gespreide benen. Door het lage camerastandpunt worden haar geslachtsdelen nadrukkelijk in beeld gebracht. Deze afbeelding maakt deel uit van een serie van LS-models.
10. Nummer: 3-A-2-2-E. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een meisje van 11 a 12 jaar enkel gekleed in een kort groen topje wat alleen haar schouders bedekt. Ze staat met gespreide benen voor een soort open haard. In haar handen heeft ze viltstiften. De doppen van deze viltstiften houdt ze tegen haar tepels aan. Deze afbeelding maakt deel uit van een serie van LS-models.
11. Nummer: 3-A-2-2-E. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 11 a 13 jaar liggend achterover op een stapel oosterse kussens. Ze is in een soort studio. Ze ligt op een kleed van rood namaakbont. Om haar middel heeft ze een soort ketting. Ze ligt met gespreide benen en de camera is gericht op haar geslachtsdelen. Deze afbeelding maakt deel uit van een serie van LS-models.
12. Nummer: 3-A-2-2-E. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een meisje van 8 a 10 jaar zittend op een groene bank. Ze is alleen gekleed in een kort rood jasje, verder is ze naakt. Ze zit met een opgetrokken been. Er is gekozen voor een laag camerastandpunt waardoor de aandacht wordt gevestigd op haar geslachtsdelen.
13. Nummer: 3-A-2-2-B. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].lpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 8 a 10 jaar liggend op haar rug op een bed. Ze ligt met gespreide benen. Ze huilt en houdt haar handen tegen haar hoofd. Tussen haar benen is de stijve penis van een volwassen man te zien. De man drukt zijn penis tegen de schaamlippen van het meisje.
14. Nummer: 3-A-2-2-B. Op het bestand genaamd [site] is te zien:
een geheel naakt meisje van ongeveer 16 a 17 jaar liggend op haar rug op een bed. Een naakte jongen, ongeveer 6 a 8 jaar oud, ligt op zijn buik naast haar. Hij kust kennelijk de borst van het meisje en heeft de vingers van zijn rechter hand op haar schaamlippen.
15. Nummer: 3-A-2-2-B. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 10 a 11 jaar oud. Ze zit naast een volwassen man waarvan alleen de stijve penis en een gedeelte van zijn onderlichaam in beeld zijn gebracht. Het meisje heeft met haar linkerhand de penis van de man vast en haar rechterhand rust op zijn balzak. Er is nog een tweede meisje van ongeveer dezelfde leeftijd, waarvan alleen het hoofd te zien is. Dit tweede meisje heeft de penis van de man in haar mond.
16. Nummer: 3-A-2-2-B. Op het bestand genaamd early T[bestand] (1).mpg is te zien:
een 12 a 13 meisje die de penis van een minderjarige jongen in haar mond heeft. Ze pijpt de jongen. Alleen het gezicht en een gedeelte van haar bovenlichaam wordt in beeld gebracht. Van de jongen alleen zijn onderlichaam. Het is te zien dat de jongen onvolgroeide geslachtsdelen heeft.
17. Nummer: 12-2662-002 Artic Cooling. Op het bestand genaamd 14….jpg is te zien:
een naakt meisje van 10 a 11 jaar zittend op een soort vitrage wat over de vloer is gedrapeerd. Op haar middel is een zwarte doorzichtige sjaal geknoopt. In haar mond heeft ze een roze bloem. Ze zit met gespreide en opgetrokken benen waardoor de aandacht wordt gevestigd op haar geslachtsdelen.
18. Nummer: 12-2662-002 Artic Cooling. Op het bestand genaamd 15...jpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 9 a 11 jaar zittend tussen de benen van een volwassen man. Van de man is alleen het onderlichaam in beeld gebracht. Het meisje zit met haar gezicht naar zijn geslachtsdeel. Zij heeft de stijve penis van de man in haar mond.
19. Nummer: 12-2662-002 Artic Cooling. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een meisje van 11 a 12 jaar oud, alleen gekleed in een rood kanten topje en rode kousen zonder broekje, zittend op de rand van vermoedelijk een schouw. Ze zit wijdbeens en met haar handen houdt ze zich vast aan de lambrisering. Er wordt een banaan gehouden voor haar vagina.
20. Nummer: 12-2662-002 Artic Cooling. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakt meisje van 7 a 9 jaar zittend in een soort spagaat op een bed. Ze leunt naar achteren. Het camerastandpunt is ter hoogte van haar linker voet. Hierdoor komt haar vagina nadrukkelijk naar voren.
21. Nummer: 12-2662-002 Artic Cooling. Op het bestand genaamd 24.bpm is te zien:
de gezichten van twee meisjes van 7 a 9 jaar oud. Het ene meisje heeft de stijve penis van een man in haar hand. Van de man is alleen de penis in beeld gebracht. Beide meisjes likken aan de penis.
22. Nummer: 12-2662-002 Artic Cooling. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een meisje van 11 a 12 jaar oud, alleen gekleed in een T-shirt, liggend met ontbloot onderlichaam op een bed. Ze ligt met gespreide benen. In haar rechter hand heeft ze een blauwe dildo. Het uiteinde heeft ze tussen haar schaamlippen geduwd.
23. Nummer: AABR1705NL. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een geheel naakte vrouw liggend voorover gebogen op een kruk. Ze zit op haar knieën. Om haar armen en bovenlichaam zit bruin tape. Ze wordt van achteren, vermoedelijk anaal, gepenetreerd door een grote bruine hond. Deze hond ligt half op haar en heeft zijn voorpoten om haar middel geslagen.
24. Nummer: AABR1705NL. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].jpg is te zien:
een volwassen vrouw. Ze heeft het geslachtsdeel van een paard in haar mond.
25. Nummer: 3-A-2-1, Camera in de vorm van een pen. Op het bestand genaamd [bestandsnaam].avi is te zien:
een film met daarin een doucheruimte met ouderwets gebloemde tegeltjes. De camera ligt op een glazen schapje. Er komt een persoon in beeld die zich gaat uitkleden. Op het moment dat deze persoon onder de douche gaat staan is te zien dat het een meisje is. Het meisje wast zich en houdt de douchekop enige tijd tegen haar geslachtsdelen. Daarna droogt het meisje zich af en kleed zich aan.
Op 6 september 2012 werd van verdachte in beslaggenomen (...) Spypen / filmcamera, merk Velleman, goednummer 3-A-2-1. [slachtoffer1] heeft verklaard dat zij het meisje op dit videobestand is.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich, kort samengevat, op het standpunt gesteld dat voldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig is voor de bewezenverklaring van hetgeen onder deze feiten is tenlastegelegd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft, kort samengevat, aangevoerd dat de inbeslagname van goederen in de woning van verdachte op 26 mei 2012 onrechtmatig heeft plaatsgevonden. Verdachte is verkeerde informatie voorgehouden. Er is ontoelaatbaar gedreigd met een huiszoeking door een rechter-commissaris. Tevens is verdachte niet de cautie gegeven. Derhalve is geen sprake van het vrijwillig afgeven de goederen.
Ten aanzien van de PC artic cooling blijkt ten eerste niet dat juist de door getuige [getuige3] ingeleverde computer is onderzocht. Ten tweede blijkt niet dat verdachte deze computer, dan wel de daarop aanwezige bestanden, in zijn bezit heeft gehad.
Niet vastgesteld kan worden dat verdachte de eigenaar van de harddisks, aangetroffen in zijn werkplaats, was. Aldaar werken meerdere personen.
Beoordeling door de rechtbank
- De inbeslagname op 26 mei 2012
Op 26 mei 2012 waren verbalisanten aanwezig bij de toenmalige woning van verdachte. Zij hebben verdachte gevraagd vrijwillig toestemming te geven voor de inbeslagname van zijn computer(s). Na even te hebben getwijfeld gaf verdachte toestemming om zijn kamer te bestreden en zijn computer in beslag te nemen.
Bij de rechter-commissaris heeft verdachte aangegeven dat hij in eerste instantie de computer niet wilde afgeven, maar dat hij onder protest toch toestemming heeft gegeven. Dit omdat hem meegedeeld werd dat de computers toch konden worden gevorderd via een bevel van de rechter-commissaris.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft de inbeslagname van de computer Acer Aspire op 26 mei 2012 niet onrechtmatig plaatsgevonden. Verdachte heeft toestemming gegeven tot het binnentreden van zijn woning en tot het in beslag nemen van zijn computer(apparatuur). Uit de omstandigheid dat verdachte in eerste instantie de toestemming heeft geweigerd, kan worden afgeleid dat hij zich op dat moment vrij voelde zijn eigen afweging te maken. De rechtbank is niet gebleken van een ontoelaatbare druk tot het geven van de toestemming. De enkele mededeling dat ook een rechter-commissaris ingeschakeld kon worden voor een huiszoeking, is niet dusdanig bedreigend dat verdachte niet vrij was zijn wil te bepalen. Niet ter zake doet daarbij of een rechter-commissaris, gelet op de toenmalige verdenking, al dan niet tot huiszoeking zou hebben beslist.
Het betoog van de verdediging dat verdachte de cautie gegeven had moeten worden en dat het doel van de inbeslagname had moeten worden meegedeeld, volgt de rechtbank niet. De verbalisanten hebben verdachte slechts om toestemming tot afgifte van computer(apparatuur) gevraagd. Niet is gebleken dat deze verbalisanten verdachte vragen hebben gesteld met betrekking tot het feit waarvan hij verdacht werd, dan wel met betrekking tot de vermeende inhoud van de computer(bestanden). Derhalve was er geen sprake van een verhoorsituatie, zodat verdachte op dat moment geen cautie behoefde te worden gegeven.
Wellicht ten overvloede merkt de rechtbank op dat, nu de computer(apparatuur) en de zich daarop bevindende bestanden onafhankelijk van de wil van verdachte bestaan, de afgifte van die computer(apparatuur) door verdachte niet in strijd is met het in artikel 6 van het EVRM neergelegde nemo tenetur-beginsel.
Nu verdachte in zijn woning is gevraagd om zijn computer(apparatuur) over te dragen en deze apparatuur in beslag is genomen, en nu verdachte niets heeft aangevoerd waaruit zou kunnen volgen dat deze goederen niet hem toebehoorden, is de rechtbank van oordeel dat verdachte de op 26 mei 2012 in beslag genomen computer(apparatuur) (PC Acer Aspire), inclusief de inhoud daarvan, in zijn bezit heeft gehad.
- in beslag genomen harde schijven op de werkplaats van verdachte
Ten aanzien van de harde schijven die in de werkplaats van verdachte in beslag zijn genomen heeft de verdediging aangevoerd dat niet te bewijzen is dat deze goederen verdachte toebehoren. Er werken meerdere mensen in die werkplaats, aldus de verdediging.
De getuige [getuige3] heeft verklaard dat zij dacht dat er (in de voormalige gezamenlijke woning van haar en verdachte) ook nog harde schrijven van verdachte lagen, maar die zag zij niet. Omdat verdachte nooit iets weggooit, vermoedt zij dat hij deze harde schrijven op het werk of elders bewaard.
Gebleken is dat een in de werkplaats in beslag genomen harde schijven (Freecom Hard Drive XS, 3-A-2-2-E) aangesloten is geweest op de in de woning van verdachte in beslag genomen en aan hem toebehorende computer (Acer Aspire, AABR1705NL of 12-2534-001). De bestanden op laatstgenoemde computer en laatstgenoemde harde schijf waren gecodeerd. De bestanden op zowel de harde schijf als op de computer waren alleen te decoderen door gebruik te maken van hetzelfde wachtwoord: ‘cees4711’.
Ten aanzien van de “Harddisk Fujitsu”, nummer 3-A-2-2-B, overweegt de rechtbank dat niet in geschil is dat de verdachte in de betreffende werkplaats zijn bedrijf uitoefende en dat deze harde schrijf daar samen met de “Freecom Hard Drive” is aangetroffen. Van de “Freecom Hard Drive” heeft de rechtbank hiervoor vastgesteld dat deze aan verdachte toebehoorde. Verdachte had een autopoetsbedrijf en hij had een Wajong gerechtigde in dienst. Zonder nadere toelichting acht de rechtbank het niet aannemelijk dat een werknemer van verdachte of een van zijn klanten een losse harde schrijf in de werkplaats van verdachte bewaarde of achterliet.
Gelet aantreffen van de “Harddisk Fujitsu” en “Freecom Hard Drive” in de werkplaats van verdachte, de verklaring van [getuige3] over het bezit door verdachte van meerdere harde schrijven, de verbinding tussen de “Freecom Hard Drive” en een aan verdachte toebehorende computer, is de rechtbank van oordeel dat verdachte de “Harddisk Fujitsu”, in zijn bezit heeft gehad.
- PC Artic Cooling 12-662-002
Allereerst heeft de verdediging aangevoerd dat niet kenbaar is dat de Artic Cooling die is onderzocht door verbalisanten een van de computers is die door getuige [getuige3] is afgegeven aan justitie.
De rechtbank overweegt dat op 13 juli 2012 onder getuige [getuige3] (onder andere) in beslag is genomen een computer met goednummer PL07AH-2012077853-323293, welke computer twee harde schijven bezat. De inbeslagname (onder meer van twee computers) heeft plaatsgevonden o.a. door verbalisant [verbalisant]. Het nummer PL07AH-2012077853 betreft het BVH-, dan wel registratienummer van het dossier van verdachte.
Dit zelfde BVH-nummer staat vermeld op het proces-verbaal van onderzoek aan gegevensdrager(s). In dat proces-verbaal wordt melding gemaakt van onderzoek aan twee computers overhandigd door [verbalisant]. De Artic Cooling bevat twee harde schijven. Deze Artic Cooling wordt aangeduid met (goed)nummer 12-2662-002.
Voorts wordt in het proces-verbaal van beschrijving multimediafiles omschreven dat op 13 juli 2012 in beslag is genomen een PC Artic Cooling (goednummer PL07AH-2012077853-323293), die mede het (volg)nummer 12-662-002 heeft gekregen.
De rechtbank is het met de verdediging eens dat deze wijze van rapporteren over in beslag genomen goederen niet in helderheid uitblinkt.
Echter, gelet op voorgaande gegevens, in onderlinge samenhang bezien staat het voor de rechtbank vast dat getuige [getuige3] op 13 juli 1012 de PC Artic Cooling (volgnummer 12-2662-002) heeft afgegeven aan justitie en dat op deze zelfde computer bestanden zijn aangetroffen waarover in het proces-verbaal van bevindingen (multimedia) is geverbaliseerd.
Voorts heeft de verdediging aangevoerd dat niet bewezen kan worden dat verdachte deze PC Artic Cooling dan wel de daarop gevonden bestanden in zijn bezit heeft gehad.
De rechtbank overweegt als volgt.
Getuige [getuige3] heeft verklaard dat zij vier computers bij zich had welke van verdachte waren. Dit wist de getuige zeker omdat verdachte de enige was die ooit computers heeft gekocht. Deze computers heeft zij aan de politie overhandigd. Zij wist niet wat op de computers stond. Getuige [getuige3] heeft voorts verklaard dat toen haar jongste dochter 15 jaar was zij en haar dochter [slachtoffer4] (geboren op [geboortedatum]) kinderporno op de computer van verdachte hebben gezien en hem hiermee hebben geconfronteerd.
De verklaring van deze getuige dat zij niet wist wat op de computers stond, wordt aannemelijk door de omstandigheid dat zij ook twee lege computers aan de politie heeft overhandigd.
Getuige [getuige4] heeft bevestigd op de computer bij haar thuis kinderporno te hebben gezien toen zij 18 of 19 jaar oud was.
Verdachte heeft bij de rechter-commissaris in reactie op het voorhouden van het hier besproken feit verklaard: “dat moet ik gokken. Ik heb zelf niets gemaakt. RC: U kunt toch wel zien of het om een heel jong meisje gaat? Verdachte: dan moet ik gaan gokken. Ik kan er niets over zeggen. Het zou ook wel onder de 16 jaar geweest kunnen zijn. Ik weet het niet.”
Gelet op de verklaringen van getuigen [getuige3] en [getuige4], verdachtes opmerkingen bij de rechter-commissaris, alsmede het aantreffen van kinderpornografisch materiaal op diverse andere computers en harde schijven aan verdachte toebehorend, is de rechtbank van oordeel dat verdachte ook de PC Artic Cooling (12-662-002), in zijn bezit heeft gehad. Deze computer is immers één van de vier computers, afkomstig uit de voormalige woning van verdachte, die door zijn (ex) echtgenoot [getuige3] aan de politie ter in beslagname is aangeboden, waarbij zij verklaarde dat deze computers van verdachte waren, en dat zij omstreeks 2003 in januari of februari 2010 kinderporno op een PC van verdachte heeft gezien.
Concluderende overwegingen
De rechtbank is van oordeel dat verdachte de onder de vaststaande feiten genoemde computerapparatuur in zijn bezit heeft gehad. De op die goederen aangetroffen bestanden, zoals hiervoor omschreven, zijn onmiskenbaar aan te merken als kinderpornografisch materiaal, zoals bedoeld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht.
Ten aanzien van het filmbestand van de douchende [slachtoffer1] stelt de rechtbank vast dat het gaat om een douchend meisje, dit is geen gedraging met een expliciet seksueel karakter. Echter gelet op het voyeuristische aspect van het heimelijk filmen van en het kijken naar het douchende meisje, een meisje waarmee verdachte kennelijk seksuele handelingen wilde verrichten en uiteindelijk ook heeft verricht, hebben de door verdachte gemaakte opnamen een onmiskenbaar seksueel karakter.
Gelet op het aantal bestanden en gegevensdrager en de duur van de bewezenverklaarde periode is de rechtbank van oordeel dat verdachte van het bezit van kinderporno een gewoonte heeft gemaakt.
De rechtbank acht dan ook rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feiten 5 en 6 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat
5. hij in de periode van 1 oktober 2002 tot en met 3 september 2012 te Ede een video, heeft
vervaardigd (middels een Spypen filmen van (douchende) [slachtoffer1], geboren op [geboortedatum], opname "[bestandsnaam].avi") terwijl op die afbeelding een seksuele gedraging zichtbaar is, waarbij een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken
hij in de periode van 1 oktober 2002 tot en met 3 september 2012 te Ede meermalen (telkens) gegevensdrager(s) bevattende (in totaal meer dan 18.477) afbeeldingen, en video's, (te weten meer computer(s) en harddisk(s) en een usb-Spypen) heeft
in bezit gehad en
terwijl op die afbeeldingen seksuele gedraging(en) zichtbaar zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit (onder meer):
het vaginaal penetreren (met een dildo) door zichzelf van perso(o)n die kennelijk de leeftijd van 18 jaar (eveneens) nog niet heeft/hebben bereikt "[bestandsnaam].jpg"), en
het betasten en/of likken van de vagina en/of het houden van een vinger op de schaamlippen en/of het drukken van een stijve penis tegen de vagina van perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet hebben bereikt ("[bestandsnaam].lpg" en/of "[site]"), en
het (laten) vasthouden en/of in de mond (laten) nemen van of likken aan de stijve penis van een volwassen man door perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt ([bestandsnamen]"), en
het in de mond (laten) nemen van de penis van een perso(o)n die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt door een perso(o)n die eveneens kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt ("[naam site] (1).mpg"), en
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) gekleed zijn en/of opgemaakt zijn en/of poseren in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) (op een wijze) die niet bij hun leeftijd past en/of en/of door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden en/of (waarbij) de afbeelding (aldus) onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
[x]
van welk(e) misdrijf hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
6. hij in de periode van 1 juli 2010 tot en met 3 september 2012 te één gegevensdrager, te weten een computer in bezit heeft gehad, bevattende ongeveer 45afbeelding(en), terwijl op die afbeelding(en) ontuchtige handeling(en) zichtbaar zijn waarbij een mens en een dier zijn betrokken , welke ontuchtige handelingen bestonden uit (ondermeer) het penetreren van een vrouw door een hond ([bestandsnaam].jpg") en het door een vrouw in de mond nemen van het geslachtsdeel van een paard ("[bestandsnaam].jpg").
Ten aanzien van het onder feit 7 tenlastegelegde
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Op 6 september 2012 werd onder verdachte in beslag genomen een ploertendoder, bestaande uit een verende en uitschuifbare, aan het uiteinde verzwaarde, driedelige staaf.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich, kort samengevat, op het standpunt gesteld dat voldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig is voor de bewezenverklaring van hetgeen onder feit 7 is tenlastegelegd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft ter zake van dit feit geen verweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Genoemde ploertendoder is aangemerkt als een wapen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, categorie I, onder 3e van de Wet wapens en munitie.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 7 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
7. hij omstreeks de maand augustus tot en met 6 september 2012 te Ede een wapen van categorie I, onder 3, te weten een ploertendoder, voorhanden heeft gehad.
Voor zover er in de tenlasteleggingen kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Voor zover meer feiten bewezen zijn verklaard, worden de bewijsmiddelen alleen gebruikt voor het feit of de feiten waarop deze betrekking hebben.
4. De kwalificatie van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van de feiten 1 en 3, telkens:
Met iemand, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam.
Ten aanzien van feit 2:
Met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam.
Ten aanzien van feit 4:
Ontucht plegen met zijn stiefkind.
Ten aanzien van feit 5:
Een afbeelding - of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen
Een afbeelding - of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in het bezit hebben, van welk misdrijf een gewoonte is gemaakt.
Ten aanzien van feit 6:
Een afbeelding -of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding- van een ontuchtige handeling, waarbij een mens en een dier zijn betrokken of schijnbaar zijn betrokken in het bezit hebben, meermalen gepleegd.
Ten aanzien van feit 7:
Handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
De feiten zijn strafbaar.
5. De strafbaarheid van verdachte
Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van verdachte geheel uitsluiten. Verdachte is dus strafbaar.
6. De motivering van de sanctie(s)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van de tenlastegelegde feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf jaren met aftrek van het voorarrest.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich niet uitgelaten over een eventuele sanctie.
Beoordeling door de rechtbank
Bij de beslissing over de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met:
- de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan;
- de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte, waarbij onder meer is gelet op:
• het uittreksel uit het algemeen documentatieregister betreffende verdachte, gedateerd 20 december 2012;
• een rapportage van een trajectconsult, d.d. 19 september 2012, opgesteld door [psychiater], psychiater, betreffende verdachte;
• reclasseringsadviezen van 5 september 2012 opgesteld door [reclasseringsmedewerker] en van 7 december 2012 opgesteld door [reclasseringsmedewerker], beide reclasseringswerkers, betreffende verdachte.
De rechtbank overweegt in het bijzonder het navolgende.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan misbruik van zijn stiefdochter over een lange periode onder meer bestaande uit het seksueel binnendringen. Zijn stiefdochter was reeds op jonge leeftijd mede aan verdachtes zorg toevertrouwd. Dit vertrouwen heeft verdachte op zeer minne wijze geschaad. Hij heeft zijn stiefdochter gebruikt ter bevrediging van zijn eigen lusten. Daarbij heeft verdachte zijn stiefdochter plichts- en schuldgevoelens aangepraat en zelfs niet geschroomd de ziekte van de moeder van zijn stiefdochter als pressiemiddel te gebruiken. Zijn stiefdochter zal haar hele leven met de gevolgen hiervan moeten (leren) omgaan.
Zeer kwalijk neemt de rechtbank het verdachte ook dat hij, na jarenlang zijn stiefdochter te hebben misbruikt, heeft gemeend opnieuw een minderjarig slachtoffer te moeten maken. Ook haar leven heeft verdachte veel schade toegebracht. Hij heeft haar vertrouwen gewonnen door het geven van cadeaus en door haar te bestoken met sms-jes. Verdachte heeft de grenzen van het slachtoffer niet gerespecteerd (getuige de gedwongen tongzoen) en heeft ook in dit geval geen acht geslagen op de omstandigheid dat minderjarigen nog onvoldoende in staat zijn hun eigen wil te bepalen. Dat ook dit slachtoffer voor verdachte slechts ten behoeve van de bevrediging van zijn eigen lusten was, kan onder meer blijken uit het heimelijk filmen van haar terwijl zij zich douchte.
Voorts heeft verdachte, naast het in bezit hebben van dierenporno, een gewoonte gemaakt van het in bezit hebben van een grote hoeveelheid kinderporno. Achter ieder kinderpornografisch bestand gaat misbruik van een kind schuil. Door deze bestanden op grote schaal te verzamelen en in het bezit te hebben, heeft verdachte bijgedragen aan de voortduring van het misbruiken van kinderen voor het maken van kinderpornografisch materiaal. Ook dit rekent de rechtbank verdachte zwaar aan.
Tot slot heeft verdachte een ploertendoder in het bezit gehad.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen oordeelt de rechtbank dat voor de afdoening van de onderhavige zaak een gevangenisstraf, zoals geëist door de officier van justitie, passend en geboden is. Bij het bepalen van de duur van deze straf heeft de rechtbank in aanmerking genomen dat het misbruik van zijn stiefdochter op zeer jonge leeftijd is begonnen, een zeer lange tijd heeft geduurd en dat verdachte later nog een nieuw slachtoffer heeft gemaakt. Voorts heeft verdachte op geen enkele wijze laten blijken inzicht te hebben in de laakbaarheid van zijn gedragingen. De recidivekans van verdachte is als hoog-gemiddeld aangemerkt. Nu verdachte iedere vorm van behandeling heeft afgewezen, is de rechtbank van oordeel dat, ter bescherming van minderjarigen in de samenleving, slechts kan worden volstaan met een gevangenisstraf van aanzienlijke duur.
Ten aanzien van het beslag:
De na te melden inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, met betrekking tot en/of met behulp waarvan het onder de feiten 5 en 6 tenlastegelegde en bewezenverklaarde is begaan, dienen te worden onttrokken aan het verkeer, aangezien het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang en de wet.
7. De toegepaste wettelijke bepalingen
De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 27, 36b, 36c, 57, 91, 240b, 244, 245, 249 en 254a van het Wetboek van Strafrecht en op de artikelen 2, 13, 55 en 56 van de Wet wapens en munitie.
De rechtbank, rechtdoende:
Verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot
een gevangenisstraf voor de duur van 5 (vijf) jaren.
Beveelt overeenkomstig het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht dat de tijd, door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, geheel in mindering zal worden gebracht.
Beveelt de onttrekking aan het verkeer van de inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- PC Acer Aspire, AABR1705NL (goednummer: PL074H-2012058849-311981);
- PC Artic Cooling, 12-662-002 (goednummer: PL074H-2012077853-323293);
- Harddisk Freecom, 3-A-2-2-E (goednummer: PL074H2012058849-335920);
- Spypen Velleman, 3-A-2-1 (goednummer: PL074H2012058849-335895);
- Harddisk Fujitsu, 3A-2-2-B (goednummer: PL074H2012058849-335897);
- Harddisk, 3-A-2-2-C (goednummer: PL074H2012058849335913);
- Harddisk, 3-A-2-2-A (goednummer: PL074H2012058849-335913);
- Een ploertendoder, goednummer: PL07AH-2012058849-335887.
Aldus gewezen door:
mr. J.J.H. van Laethem (voorzitter), mr. J.M. Hamaker en mr. C.M.E. Lagarde, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C. Aalders, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 1 februari 2013.