ECLI:NL:RBONE:2013:BY9701
Rechtbank Oost-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- E. de Boer
- T.P.E.E. van Groeningen
- J.M.J.M. Doon
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van een 18-jarige man voor ontuchtige handelingen met een 13-jarige jongen
De rechtbank Oost-Nederland, zittingsplaats Arnhem, heeft op 28 januari 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 18-jarige man, die werd beschuldigd van ontuchtige handelingen met een 13-jarige jongen. De tenlastelegging omvatte seksuele handelingen die zouden hebben plaatsgevonden in de periode van 1 mei 2009 tot en met 25 december 2009, toen de verdachte nog minderjarig was. De rechtbank verklaarde zich ten dele onbevoegd om kennis te nemen van de zaak voor de periode waarin de verdachte minderjarig was, en oordeelde dat de zaak in dat geval door een kinderrechter behandeld had moeten worden.
Tijdens de zitting op 14 januari 2013 heeft de officier van justitie, mr. S.Z. Wiarda, gevorderd dat de verdachte zou worden vrijgesproken. De verdediging, vertegenwoordigd door raadsman mr. J.W.J. Hopmans, heeft eveneens gepleit voor vrijspraak. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen van het slachtoffer en andere bewijsmiddelen onvoldoende duidelijkheid boden over de ten laste gelegde feiten. De rechtbank concludeerde dat het niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat de verdachte de ontuchtige handelingen had gepleegd.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van het ten laste gelegde feit en verklaarde zich onbevoegd voor de feiten die betrekking hebben op de periode waarin de verdachte minderjarig was. De uitspraak is gedaan door de meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter mr. E. de Boer, en in aanwezigheid van griffier mr. M.W.M. Heutinck.