Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Parketnummer vordering: 08.118332.24
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De vordering na voorwaardelijke veroordeling.
De formele voorvragen.
Bewijs
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 28 november 2025;
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 1] (p. 31 – 33);
- het proces-verbaal aanvullend verhoor van [slachtoffer 1] (p. 34 – 36); en
- het proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 2] (p. 37 – 39).
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en maatregelen.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] .
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] .
Motivering van de beslissing na voorwaardelijke veroordeling 08.118332.24.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 1], van een bedrag van 1.272,40 euro.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 3], van een bedrag van 1.000,00 euro.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 2], van een bedrag van 1.257,52 euro.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] :
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] :
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] :
Beslissing na voorwaardelijke veroordeling:
een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden.