ECLI:NL:RBOBR:2025:3403

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
27 mei 2025
Publicatiedatum
13 juni 2025
Zaaknummer
11453659
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot opheffing van bewind over goederen van betrokkene

Op 27 mei 2025 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant een beschikking gegeven in een zaak betreffende de opheffing van bewind over de goederen van betrokkene. Het verzoek tot opheffing is ingediend door betrokkene, die aangeeft dat zijn financiële problemen en schulden zijn opgelost en dat hij in staat is om zijn geldzaken zelf te regelen. Betrokkene heeft de intentie om te emigreren naar Turkije, waar zijn familie hem financieel en persoonlijk zal ondersteunen.

De mondelinge behandeling van het verzoek vond plaats op 13 mei 2025, waarbij betrokkene, een goede kennis en de bewindvoerder aanwezig waren. De bewindvoerder heeft zowel schriftelijk als ter zitting aangegeven dat betrokkene al enige tijd bezig is met een zelfredzaamheidstraining, maar dat er nog steeds problemen zijn met het beheer van het leefgeld. Ondanks herhaalde verzoeken is het betrokkene niet gelukt om zijn uitgavenpatroon aan te passen.

De kantonrechter heeft geconcludeerd dat, hoewel betrokkene de wens heeft om zelfstandig zijn financiële zaken te beheren, er onvoldoende bewijs is dat hij hiertoe in staat is. Betrokkene heeft geen duidelijk plan gepresenteerd voor het beheer van zijn financiën en heeft onvoldoende inzicht in zijn eigen financiële situatie. Daarom heeft de kantonrechter besloten het verzoek tot opheffing van het bewind af te wijzen, omdat de noodzaak voor voortzetting van het bewind nog steeds aanwezig is.

Uitspraak

Rechtbank oost-brabant
Toezicht
zaaknummer : 11453659 TE VERZ 24-1852
BM-nummer : [dossiernummer]
[initialen van de griffier]

Beschikking van de kantonrechter van 27 mei 2025

op verzoek van:

[naam verzoeker] ,

wonende te [adres] , [postcode] [woonplaats]
geboren te [geboorteplaats] [geboorteland] op [geboortedatum] ,
hierna te noemen: betrokkene.

procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • het verzoekschrift, ontvangen op 17 december 2024;
  • de schriftelijke reactie van de bewindvoerder [naam bewindvoerder] h.o.d.n. [naam bewindvoerderskantoor] Kvkno. [kvk] [postbus] , [postcode] [vestigingsplaats] , ontvangen op
9 januari 2025.
Het verzoek is mondeling behandeld op de zitting van 13 mei 2025. Van het verhandelde ter zitting zijn aantekeningen gemaakt. Ter zitting zijn betrokkene, een goede kennis van betrokkene en de bewindvoerder verschenen.

beoordeling

Verzocht wordt het bewind over de goederen van betrokkene op te heffen. Aan het verzoek ligt – kort samengevat – ten grondslag dat de problemen alsmede de schulden van betrokkene zijn opgelost. Het gaat goed met betrokkene en betrokkene wil zelf zijn geldzaken regelen. Betrokkene is voornemens te emigreren naar Turkije en zijn familie aldaar gaat hem ondersteunen op zowel financieel als persoonlijk gebied.
De bewindvoerder heeft zowel schriftelijk als ter zitting aangegeven dat al geruime tijd is gestart met de eerste stap van de zelfredzaamheidstraining. Afspraak is daarbij dat het leefgeld over de maand verdeeld wordt. Tot op heden wordt het leefgeld in zijn geheel binnen enkele dagen van de rekening gepind. Ondanks herhaalde verzoeken en uitleg is het niet gelukt hierin verandering te brengen. Betrokkene heeft nooit een verzoek gedaan naar de volgende stap van het zelfredzaamheidstraject, om een aantal vaste lasten zelf van het leefgeld te gaan betalen. Hoewel het leven van betrokkene zich in een rustiger vaarwater bevindt, is de grond van bewind volgens de bewindvoerder niet gewijzigd.
De kantonrechter overweegt als volgt.
De kantonrechter heeft goed gehoord dat betrokkene de wens heeft om zelfstandig de vermogensrechtelijke belangen te behartigen, mede gelet op een eventuele emigratie naar Turkije. Echter, uit niets is gebleken dat betrokkene op dit moment in staat is zelfstandig zijn financiële zaken te behartigen. Betrokkene heeft de kantonrechter niet kunnen vertellen op welke manier hij denkt zijn geldzaken te gaan beheren in geval het bewind zou worden opgeheven. Daarnaast heeft betrokkene onvoldoende inzicht in zijn eigen financiën en geen initiatief getoond om de zelfredzaamheid te bevorderen. Gelet op het vorenstaande is de kantonrechter van oordeel dat voortzetting van het bewind op dit moment zinvol is en dat de noodzaak daartoe bestaat. De kantonrechter zal daarom het verzoek tot opheffing van het bewind afwijzen.

beslissing

De kantonrechter:
- wijst het verzoek tot opheffing van het bewind af.
Deze beschikking is gegeven door mr. F.H. Schormans, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 27 mei 2025.
de griffier, de kantonrechter,
verzenddatum: