Uitspraak
1.[eiser 1] ,2. [eiser 2] ,
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
het einde van het verwervingsproces”.De Staat stelt dat het minnelijk verwervingsproces enkel is opgeschort en dat de kosten van juridische en andere deskundige bijstand pas vergoed hoeven te worden op het moment dat het verwervingsproces definitief is geëindigd alsook dat is afgesproken dat geen tussentijdse betaling plaats zal vinden. [eisers] stelt dat het verwervingsproces is geëindigd op het moment dat de Staat besloot om (vooralsnog) niet te verwerven. Het is volgens [eisers] nooit de bedoeling geweest om de kostenkwestie oneindig te laten voortduren ingeval van opschorting van plannen. De vordering tot vergoeding van de kosten van juridische en andere deskundige bijstand is volgens [eisers] dan ook in maart 2023 opeisbaar geworden.
juridischebijstand. Op hun partij-afspraak is het Besluit van toepassing verklaard. Vervolgens heeft de Staat op 19 juli 2022 [eisers] nog uitgenodigd om haar kosten kenbaar te maken, waarna deze aan het Besluit zouden worden getoetst. De Staat kan zich onder deze omstandigheden niet verweren met een beroep op de pas daarna in werking getreden Beleidsregel.