In deze civiele procedure tussen SHIFT LOGISTICS B.V. (hierna: Shift) en LABORATORIUM HEALTHCARE MEDICAL B.V. (hierna: LHM) heeft de rechtbank Oost-Brabant op 2 april 2025 uitspraak gedaan. Shift vorderde betaling van een factuur van € 91.306,34, die betrekking had op leefgeldvergoeding voor personeel dat door LHM was ingehuurd via Pro Health. De rechtbank oordeelde dat LHM gehouden was deze factuur te betalen, omdat er een overeenkomst was waarin LHM zich had verbonden om de betalingsverplichtingen van Pro Health over te nemen. De rechtbank verwierp het verweer van LHM dat er geen wilsovereenstemming was over contractsoverneming, en oordeelde dat Shift voldoende bewijs had geleverd voor de betalingsverplichting van LHM.
Daarnaast werden andere vorderingen van Shift, zoals die met betrekking tot loonheffing en wervingskosten, afgewezen. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat LHM verantwoordelijk was voor de loonheffing en dat de wervingskosten geen rechtsgrond vormden voor een vordering van LHM op Shift. De rechtbank wees ook de vordering tot opheffing van beslag af, omdat een deel van de vordering van Shift was toegewezen. LHM werd veroordeeld tot betaling van beslagkosten en proceskosten, terwijl de vorderingen van LHM in reconventie werden afgewezen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en LHM moet binnen veertien dagen aan de veroordelingen voldoen.