Op 5 november 2024 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant een beschikking gegeven in een zaak betreffende de omzetting van bewind naar curatele voor een betrokkene. Het verzoek tot deze omzetting is ingediend door het Openbaar Ministerie, Arrondissementsparket Oost-Brabant. De zaak werd mondeling behandeld op 7 oktober 2024, waarbij de bewindvoerder via een beeldverbinding werd gehoord. De betrokkene is, ondanks een behoorlijke oproep, niet verschenen op de zitting. Het verzoek is ontvangen op 8 juli 2024, met aanvullende documenten van de voorgestelde curator, Leijssen Bewindvoeringen B.V., op 22 augustus 2024.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat het bewind ten behoeve van de betrokkene, dat op 2 december 2016 was ingesteld, niet langer voldoende bescherming biedt. De huidige bewindvoerder heeft ingestemd met de omzetting naar curatele. De kantonrechter oordeelt dat de betrokkene, vanwege een lichamelijke of geestelijke toestand, niet in staat is om haar vermogensrechtelijke en niet-vermogensrechtelijke belangen adequaat te behartigen. Daarom wordt de curatele noodzakelijk geacht.
De beschikking houdt in dat het bewind per 16 november 2024 wordt opgeheven en dat per dezelfde datum een curatele wordt ingesteld, met benoeming van Leijssen Bewindvoeringen B.V. als curator. De kantonrechter benadrukt dat curatele een ingrijpende maatregel is en dat deze niet langer moet duren dan noodzakelijk. De curator is verplicht jaarlijks verslag te doen van de werkzaamheden en de beloning voor de aanvangswerkzaamheden wordt vastgesteld volgens de geldende regeling. De beschikking is openbaar uitgesproken op 5 november 2024.