Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De formele voorvragen.
Het bewijs.
Een proces-verbaal van aangifte, inhoudende de verklaring van [slachtoffer] afgelegd op 14 juni 2024, p. 8-13 van het einddossier (inclusief fotoblad met foto letsel hoofd en foto letsel hand), voor zover inhoudende:
)in deze auto rijdt. Vandaag wilde hij met mij vechten. Ik wilde kijken of er schade was aan mijn voertuig, dus ik stapte uit en liep naar de achterzijde van mijn auto. Ik zag dat [verdachte] ook uitstapte. Toen [verdachte] naast zijn voertuig stond, zag ik dat hij een hamer met zwart handvat in zijn rechterhand had. Ik zag dat hij een rood shirt aan had en dat hij verder in het donker gekleed was. [verdachte] zei niets en ik zag dat hij op mij af kwam. Ik zag dat hij direct zijn rechterarm naar achter bewoog en ik zag dat hij deze vervolgens met een flinke snelheid in de richting van mijn hoofd bewoog. Ik zag dat hij hierbij nog steeds de hamer vasthad en ik voelde dat de hamer mijn hoofd raakte. Ik voelde direct een hevige stekende pijn. Ik zag dat [verdachte] dit nog één of twee keer herhaalde en voelde dat ik hierbij ook op mijn hoofd werd geraakt door de hamer.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte, inhoudende de verklaring van [verdachte] , afgelegd bij de politie op 15 juni 2024, p. 70-77 van het einddossier, voor zover inhoudende:
Een proces-verbaal van verhoor getuige, inhoudende de verklaring van [getuige 1] , afgelegd bij de politie op 14 juni 2024, p. 22-23 van het einddossier, voor zover inhoudende:
Een proces-verbaal van verhoor getuige bij de rechter-commissaris, inhoudende de verklaring van [getuige 1] afgelegd op 29 oktober 2024, voor zover inhoudende:
Een proces-verbaal van bevindingen, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , opgemaakt en ondertekend op 14 juni 2024, p. 27-29 van het einddossier, voor zover inhoudende:
Een proces-verbaal van bevindingen, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] , opgemaakt en ondertekend op 19 juni 2024, p. 41-46 (inclusief fotoblad met foto’s van de gebruikte hamer) van het einddossier, voor zover inhoudende:
van de hamer waarmee het strafbare feit gepleegd is. Ik zag dat de hamer in de lengte 285 millimeter lang was. Met de lengte bedoel ik vanaf het begin van de steel tot en met de hamerkop. Ik zag dat de hamerkop van de hamer 115 millimeter breed was. Ik zag dat de hamer 0.415 kilogram woog.
Een geneeskundige verklaring, opgemaakt en ondertekend door [zorgverlener] (zorgverlener Jeroen Bosch Ziekenhuis) op 7 oktober 2024, voor zover inhoudende:
Hoofdwond
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit en de strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] .
- Eigen risico 2023: € 318,69
- Eigen risico 2024: € 385,00
- Tandartskosten reeds gemaakt: € 505,16
- Toekomstige tandartskosten: € 2.000,00
- Reiskosten: € 25,00
- Autoschade: € 1.500,00
- Immateriële schadevergoeding: € 5.000,00
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
poging tot doodslag;
een gevangenisstraf voor de duur van 202 dagen met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht, waarvan 101 dagen voorwaardelijk en een proeftijd van 3 jaren;
- veroordeelde meldt zich binnen vijf werkdagen na onherroepelijk zijn van het vonnis tussen 09:00 en 12:00 uur telefonisch bij Reclassering Nederland via telefoonnummer 088-8041504 (Eekbrouwersweg 6 te 's-Hertogenbosch). Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zo lang de reclassering dat nodig vindt;
- veroordeelde werkt mee aan diagnostiek en indien nodig daaruit voortvloeiend behandeling door I-Psy of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zo spoedig mogelijk. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt;
- veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
- veroordeelde heeft of zoekt op geen enkele wijze - direct of indirect - contact met aangever [slachtoffer] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt.
een taakstraf voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenisindien verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht.
de verplichting tot betaling aan de Staatten behoeve van
2.348,85 euro;