2.24.1.Tussen partijen staat vast, dat in het jaar 2018 een bedrag van € 10,00 per maand bij iedere huurder in rekening is gebracht ten behoeve van het fonds. Dat geeft een bedrag van 441 x € 120,00 = € 52.920,00 totaal. Blijkens de door Camelot overgelegde Productie 6, hoofdstuk 7 van deel I (2018), getiteld
"7. Fonds kleine herstellingen 2018"is in dat jaar een bedrag van € 21.400,11 uit het fonds betaald aan onderhoudskosten. Laatstgenoemd bedrag is in het overzicht voorzien van een specificatie. De kritiek van huurders ziet met name op de hierboven genoemde voorwaarde onder
d: (de inleg van) het fonds mag alleen gebruikt worden voor uitgaven die -als zijnde aan te merken als kleine herstellingen- voor rekening van de huurders komen.
Bij de volgende bedragen is niet zonder meer duidelijk dat de betreffende posten vallen onder de voor rekening van huurders komende kleine herstellingen, terwijl Camelot daarover ook geen verdere duidelijkheid kon verschaffen:
- beveiliging werkzaamheden [adres] [1] € 217,80
- lekkage meterkast [adres] [2] € 269,83
- Abonnement BMI [adres] [3] € 210,44
- GSM kiezer plaatsen [adres] [4] € 1.035,46
- Wasruimte [adres] [5] € 44,53
- Herstellen van aanrijschade [adres] [6] € 211,75
- Onderhoud brandslanghaspels en noodverlichtingen € 3.146,39
- Onderhoud noodverlichting [adres] [7] €
285,08
Totaal: € 5.421,28
Dit leidt tot een bedrag van € 5.421,28 : 441 = € 12,29 per huurder.
2.24.2.Camelot heeft terecht aangevoerd, dat het bedrag van € 5.421,28 ten goede dient te komen aan het fonds, en niet rechtstreeks aan de huurders. Hoewel dit onderdeel dus niet rechtstreeks van invloed is op de door de huurders ingestelde vordering, gaat de kantonrechter ervan uit, dat Camelot het bedrag zal terugstorten in het fonds. De gelden in het fonds zijn immers opgebracht door de huurders en zijn bestemd voor het herstel van kleine gebreken die krachtens het Besluit Kleine Herstellingen voor rekening van de huurders komen.
Camelot heeft onweersproken gesteld, dat de bijdrage van de huurders aan het fonds over 2018 en 2019 € 10,00 per maand bedroeg, over 2020 € 2,00 per maand en over 2021 nihil. Terecht heeft zij gesteld, dat het fonds bedoeld is als een buffer, zodat huurders er in 2020 en 2021 voordeel van hebben gehad dat zij in 2018 en 2019 een relatief hoge bijdrage hebben betaald aan het fonds. Dat de bijdrage in 2018 en 2019 relatief hoog was komt volgens de niet weersproken stelling van Camelot doordat de eigenaar van het wooncomplex bij ingebruikneming daarvan een inschatting van de kosten heeft moeten maken en er op dat moment geen cijfers voorhanden waren waarop de bijdrage kon worden gebaseerd. Pas vanaf 2020 kon, aan de hand van de cijfers over 2018 en 2019, een reële inschatting worden gemaakt. Slotsom is dat de voorwaarden
atot en met
cniet zijn geschonden en dat met betrekking tot voorwaarde
dhet genoemde bedrag moet worden teruggestort in het fonds.
2.25.1.Over het jaar 2019 is blijkens genoemde productie 6, hoofdstuk 7, een bedrag van € 11.587,59 uitgegeven aan kosten voor kleine herstellingen. Genoemd bedrag is van een specificatie voorzien, doch op die specificatie staan uitsluitend namen van bedrijven, factuurnummer, "periode" en een factuurbedrag.
In hun akte van 26 januari 2023 hebben huurders aangegeven, dat op voorhand niet duidelijk is dat de volgende kostenposten betrekking hebben op kleine herstellingen die voor hun rekening komen:
- [E] : parkeerkosten; 7,50 + 6,50 € 14,00
- [F] : voorrijkosten; 4 x 128,00 € 512,00
- [G] : reparatie fietsenstalling, vuil onder de deur, fotocel vervuild en storing van deurautomaat; € 742,69 + € 239,59 + € 239,59 + € 533,89
- [H] : cilinders vervangen; € 117,43 + € 350,07
- [I] : toilet alarmeringscontacten aansluiten; € 164,56
- Electroservice Holland BV: branddetectie, contacten omwisselen en vervangen van de accu's van de brandmeldinstallatie, storing liftschacht horeca; € 220,22 + € 840,22+ € 403,49
- Gof & Fit: (onbekende) werkzaamheden en parkeerkosten; € 998,01
- RRS Riool Reinigings Service: voorrijkosten, arbeidsloon en parkeergeld, vermoedelijk van loodgieterwerkzaamheden; € 207,88
- [J] : liftstoring; € 312,18
- Gevel Beheer Nederland: herstellen van een raam met voorrijkosten; € 277,70
2.25.2.Het is aan de verhuurder en dus aan Camelot om te stellen en bij betwisting voldoende aannemelijk te maken dat de door haar gedane uitgaven uit het fonds betrekking hebben op kosten van kleine herstellingen die voor rekening van huurders behoren te komen. Het fonds, gevoed door bijdragen van de huurders, wordt immers beheerd door Camelot en huurders hebben geen invloed op de uitgaven die Camelot uit het fonds doet. Camelot is daarom dus verantwoording verschuldigd aan de huurders, waarbij zij niet zonder meer kan volstaan met het uitsluitend overleggen van facturen.
Kleine herstellingen zijn in beginsel eenvoudige werkzaamheden die de huurder zelf zonder al te veel moeite en zonder al te veel kosten kan uitvoeren en geen specifieke kennis vereisen. Kosten van onderhoud en van herstel dat de huurder in verband met technische aspecten contractueel niet mag uitvoeren of van werkzaamheden aan voorzieningen en installaties die fysiek onbereikbaar zijn, komen niet voor zijn rekening. Het betreft dan met name klein en groot onderhoud aan complexe installaties die gemeenschappelijk worden gebruikt en zich buiten de woonruimte zelf bevinden: collectieve cv, lift, hydrofoor, luchtverversing enz. Ook voor doorberekening van onderhoudskosten voor gemeenschappelijke ruimten geldt in beginsel als maatstaf dat doorberekening slechts mogelijk is als het gaat om onderhoudswerkzaamheden die ook door huurders zelf uitgevoerd kunnen worden (bijv. schoonmaken van gemeenschappelijke ruimten, vervangen van een lamp).
2.25.3.In het licht van bovengenoemde maatstaf wordt met betrekking tot de hierboven in randnummer 2.25.1. genoemde kostenposten als volgt geoordeeld.
Huurders hebben niet betwist, dat de bij facturen van [E] en [F] in rekening gebrachte werkzaamheden betrekking hebben op kleine herstellingen. Wat geldt voor de uitgevoerde werkzaamheden geldt ook voor de daaraan verbonden parkeer- en voorrijkosten. Die kosten zijn dus terecht uit het fonds voldaan.
Van de overige posten valt zonder nadere toelichting, die door Camelot niet is gegeven, niet zonder meer in te zien dat zij vallen onder het begrip 'kleine herstellingen', behoudens de factuur van [G] ad € 239,59 terzake "vuil onder de deur". Deze overige posten lijken merendeels betrekking te hebben op herstelwerkzaamheden aan (complexe) technische installaties, terwijl in de opdracht aan Gevel Beheer Nederland expliciet wordt opgemerkt dat het raam niet bereikbaar is voor de huurder en de huurder niet debet is aan de storing.
Een en ander leidt ertoe dat een bedrag van in totaal € 5.407,93 inclusief btw (€ 742,69 + € 239,59 + € 533,89 + € 117,43 + € 350,07 + € 164,56 + € 220,22 + € 840,22 + € 403,49 + € 998,01 + € 207,88 + € 312,18 + € 277,70) ten onrechte ten laste is gebracht van het fonds. Camelot dient dat bedrag daarom terug te storten in het fonds.
Stoffering en meubilering