ECLI:NL:RBOBR:2024:4801

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
14 oktober 2024
Publicatiedatum
11 oktober 2024
Zaaknummer
01-235222-23
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot verkrachting en aanranding van een kwetsbare dementerende buurvrouw door een 76-jarige verdachte

In deze zaak heeft de rechtbank Oost-Brabant op 14 oktober 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 76-jarige verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot verkrachting en aanranding van een 85-jarige kwetsbare dementerende buurvrouw. De verdachte werd veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden. De feiten vonden plaats op 11 september 2023, toen de verdachte de buurvrouw onder druk zette om seksuele handelingen te ondergaan. De rechtbank heeft de verklaringen van het slachtoffer als betrouwbaar en geloofwaardig beoordeeld, ondanks enkele inconsistenties, en deze werden ondersteund door ander bewijs, waaronder DNA-sporen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de primair ten laste gelegde verkrachting, maar heeft de poging daartoe en de aanranding bewezen verklaard. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de kwetsbaarheid van het slachtoffer en de ernst van de feiten, en heeft een gevangenisstraf opgelegd die in lijn is met de oriëntatiepunten voor soortgelijke zaken. Daarnaast is er een schadevergoeding van €4.000,- aan het slachtoffer toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Locatie 's-Hertogenbosch
Strafrecht
Parketnummer: 01.235222.23
Datum uitspraak: 14 oktober 2024
Vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [1947] ,
wonende te [adres] .
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 15 december 2023, 4 maart 2024, 31 mei 2024 en 30 september 2024.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.

De tenlastelegging.

De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 2 november 2023
Nadat de tenlastelegging op de terechtzitting van 15 december en 30 september 2024 is gewijzigd is aan verdachte ten laste gelegd dat:
Feit 1 primair:
hij op één of meer tijdstippen op of omstreeks 11 september 2023 te 's-Hertogenbosch, althans in Nederland,
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en),
[slachtoffer] (geboren op [1938] ) heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] ,
immers heeft verdachte
- zijn vinger(s) in de vagina en/of tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] geduwd/gebracht en/of gehouden en/of
- zijn penis tegen en/of bij de (dichte) mond van die [slachtoffer] geduwd/gehouden en/of
- in de borst(en) van die [slachtoffer] gebeten, althans met zijn mond en/of tand(en) de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] een zuigzoen op haar borst(en) gegeven, althans met zijn mond de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- met zijn hand(en) in de borst(en) van die [slachtoffer] geknepen, althans de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- zijn (ontblote) penis en/of (onder)lichaam tegen de billen en/of het lichaam van die [slachtoffer] geduwd en/of gehouden en/of
- de bil(len) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] getongzoend en/of gekust,
en bestaande dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
- deze handelingen onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
- is doorgegaan met het uitvoeren van seksuele handelingen nadat die [slachtoffer] hem, verdachte, van zich af duwde en/wegduwde en/of
- (meermalen) de hand(en) van die [slachtoffer] heeft weggeduwd en/of
- (terwijl die [slachtoffer] zei dat ze het niet wilde en/of dat het pijn deed en/of woorden van gelijke strekking en/of haar mond dicht hield) voorbij is gegaan aan de verbale en/of non-verbale signalen van verzet/weerstand van die [slachtoffer] en/of
- een of meer situatie(s) heeft doen ontstaan waaraan die [slachtoffer] zich niet kon onttrekken, door (onverhoeds en/of zonder toestemming) de woning van die [slachtoffer] binnen te dringen/treden en/of die [slachtoffer] heeft belet om weg te gaan uit zijn, verdachtes, woning door de deur dicht te houden en/of
- terwijl die [slachtoffer] op het toilet zat, zijn penis tegen en/of bij de (dichte) mond van die [slachtoffer] heeft geduwd/gehouden en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer] heeft gezegd: ‘doe hem in je mond’, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- (meermalen) (met kracht) de arm(en) en/of hand(en), althans het lichaam van die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of in de armen heeft geknepen en/of
- die [slachtoffer] op een bank heeft geduwd en/of gehouden en/of
- die [slachtoffer] in de borst(en) heeft gebeten en/of geknepen en/of
- het shirt en/of de bh, althans de (boven)kleding van die [slachtoffer] heeft verschoven en/of
- (meermalen) de broek(en) en/of onderbroek(en), althans de kleding van die [slachtoffer] naar beneden heeft getrokken.
subsidiair, indien het vorenstaande niet tot een bewezenverklaring en/of een veroordeling mocht of zou kunnen leiden
hij op één of meer tijdstippen op of omstreeks 11 september 2023 te 's-Hertogenbosch, althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en)
[slachtoffer] (geboren op [1938] ) te dwingen tot het ondergaan van een of meer handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] ,
- een of meer situatie(s) heeft doen ontstaan waaraan die [slachtoffer] zich niet kon onttrekken, door (onverhoeds en/of zonder toestemming) de woning van die [slachtoffer] binnen te dringen/treden en/of die [slachtoffer] heeft belet om weg te gaan uit zijn, verdachtes, woning door de deur dicht te houden en/of
- (meermalen) (met kracht) de arm(en) en/of hand(en), althans het lichaam van die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of in de armen heeft geknepen en/of
- die [slachtoffer] op een bank heeft geduwd en/of gehouden en/of
- het shirt en/of de bh, althans de (boven)kleding van die [slachtoffer] heeft verschoven en/of
- (meermalen) de broek(en) en/of onderbroek(en), althans de kleding van die [slachtoffer] naar beneden heeft getrokken en/of
- in de borst(en) van die [slachtoffer] heeft gebeten, althans met zijn mond en/of tand(en) de borst(en) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] een zuigzoen op haar borst(en) heeft gegeven, althans met zijn mond de borst(en) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- met zijn hand(en) in de borst(en) van die [slachtoffer] heeft geknepen, althans de borst(en) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- zijn (ontblote) penis en/of (onder)lichaam tegen de billen en/of het lichaam van die [slachtoffer] heeft geduwd en/of gehouden en/of
- de bil(len) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] heeft getongzoend en/of gekust en/of
- in de vagina van die [slachtoffer] heeft gegrepen en/of met zijn hand en/of vinger(s) de vagina van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt, althans zijn hand en/of vinger(s) in de richting van de vagina van die [slachtoffer] heeft gebracht en/of
- terwijl die [slachtoffer] op het toilet zat, zijn penis tegen en/of bij de (dichte) mond van die [slachtoffer] heeft geduwd/gehouden en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer] heeft gezegd: ‘doe hem in je mond’, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- deze handelingen onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
- is doorgegaan met het uitvoeren van deze handelingen nadat die [slachtoffer] hem, verdachte, van zich af duwde en/wegduwde en/of
- (meermalen) de hand(en) van die [slachtoffer] heeft weggeduwd en/of
- (terwijl die [slachtoffer] zei dat ze het niet wilde en/of dat het pijn deed en/of woorden van gelijke strekking en/of haar mond dicht hield) voorbij is gegaan aan de verbale en/of non-verbale signalen van verzet/weerstand van die [slachtoffer] ,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Feit 2:
hij op één of meer tijdstippen op of omstreeks 11 september 2023 te 's-Hertogenbosch, althans in Nederland,
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en),
[slachtoffer] (geboren op [1938] ) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handelingen,
immers heeft verdachte
- zijn penis tegen en/of bij de (dichte) mond van die [slachtoffer] geduwd en/of gehouden en/of
- in de borst(en) van die [slachtoffer] gebeten, althans met zijn mond en/of tand(en) de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] een zuigzoen op haar borst(en) gegeven, althans met zijn mond de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- met zijn hand(en) in de borst(en) van die [slachtoffer] geknepen, althans de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- zijn (ontblote) penis en/of (onder)lichaam tegen de billen en/of het lichaam van die [slachtoffer] geduwd en/of gehouden en/of
- de bil(len) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] getongzoend en/of gekust,
en bestaande dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
- deze handelingen onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
- is doorgegaan met het uitvoeren van seksuele handelingen nadat die [slachtoffer] hem, verdachte, van zich af duwde en/wegduwde en/of
- (meermalen) de hand(en) van die [slachtoffer] heeft weggeduwd en/of
- (terwijl die [slachtoffer] zei dat ze het niet wilde en/of dat het pijn deed en/of woorden van gelijke strekking en/of haar mond dicht hield) voorbij is gegaan aan de verbale en/of non-verbale signalen van verzet/weerstand van die [slachtoffer] en/of
- een of meer situatie(s) heeft doen ontstaan waaraan die [slachtoffer] zich niet kon onttrekken, door (onverhoeds en/of zonder toestemming) de woning van die [slachtoffer] binnen te dringen/treden en/of die [slachtoffer] heeft belet om weg te gaan uit zijn, verdachtes, woning door de deur dicht te houden en/of
- terwijl die [slachtoffer] op het toilet zat, zijn penis tegen en/of bij de (dichte) mond van die [slachtoffer] heeft geduwd/gehouden en/of (daarbij) tegen die [slachtoffer] heeft gezegd: ‘doe hem in je mond’, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- (meermalen) (met kracht) de arm(en) en/of hand(en), althans het lichaam van die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of in de armen heeft geknepen en/of
- die [slachtoffer] op een bank heeft geduwd en/of gehouden en/of
- die [slachtoffer] in de borst(en) heeft gebeten en/of geknepen en/of
- het shirt en/of de bh, althans de (boven)kleding van die [slachtoffer] heeft verschoven en/of
- (meermalen) de broek(en) en/of onderbroek(en), althans de kleding van die [slachtoffer] naar beneden heeft getrokken.

De formele voorvragen.

Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in de vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.

Verzoeken van de verdediging

De raadsman heeft verzocht een medisch specialist (geriater/neuroloog) als deskundige te benoemen teneinde een medisch onderzoek te verrichten naar de Fronto-temporale dementie van het slachtoffer. Op de terechtzitting van 15 december 2023 heeft de raadsman voor het eerst verzocht om een dergelijk onderzoek. Dit verzoek is door de rechtbank afgewezen. Ter terechtzitting van 31 mei 2024 heeft de raadsman hier wederom om verzocht. Dit herhaalde verzoek is eveneens door de rechtbank afgewezen. Thans heeft de raadsman ten derde male verzocht om een onderzoek naar de dementie bij het slachtoffer. Aan dat verzoek zijn geen nieuwe argumenten ten grondslag gelegd. Het verzoek zal daarom, met verwijzing naar de motivering van de eerdere afwijzingen, worden afgewezen.

Bewijs

Inleiding.
Verdachte wordt verdacht van verkrachting dan wel een poging daartoe en aanranding van een hoogbejaarde vrouw die in het zelfde wooncomplex woonachtig was als verdachte.
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft ten voordele van verdachte gerekwireerd tot vrijspraak van de onder 1 primair tenlastegelegde verkrachting nu het slachtoffer op het punt van het binnendringen van haar lichaam wisselend heeft verklaard.
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot een bewezenverklaring van het onder 1 subsidiair en 2 tenlastegelegde. De op deze punten betrouwbaar te achten verklaring van het slachtoffer wordt volgens de officier van justitie in voldoende mate ondersteund door ander bewijsmateriaal, waaronder het bij het slachtoffer geconstateerde en bij haar verklaring passende letsel alsmede het aangetroffen DNA van verdachte op haar lichaam. Daar staat tegenover dat verdachte kennelijk leugenachtig heeft verklaard.
Het standpunt van de verdediging.
De verdediging heeft vrijspraak van het onder 1 primair tenlastegelegde bepleit nu het slachtoffer ten aanzien van het binnendringen van het lichaam wisselende verklaringen heeft afgelegd terwijl er ook geen ondersteunend DNA-bewijs voorhanden is.
De verdediging heeft eveneens ter zake het onder 1 subsidiair en 2 tenlastegelegde verzocht om vrijspraak. Daarbij is door de verdediging onder meer naar voren gebracht dat door de wisselende verklaringen die door het slachtoffer zijn afgelegd en het volledig ontbreken van inzicht over de invloed van haar dementie op die verklaringen, die verklaringen niet bruikbaar zijn voor het bewijs. Die verklaringen worden ook onvoldoende ondersteund door ander bewijsmateriaal. De letselrapportage is op verschillende punten gemankeerd, waardoor hier geen bewijswaarde aan kan worden toegekend terwijl het DNA-bewijs ook goed past bij het door verdachte geschetste scenario inhoudende dat niet hij, maar juist het slachtoffer seksuele toenadering zocht.
Voorts heeft de verdediging in het bijzonder aangevoerd dat de verklaring van het slachtoffer, voor zover deze ziet op de poging van verdachte om zijn penis in haar mond te brengen niet wordt ondersteund door ander bewijsmateriaal. Het aangetroffen DNA spoor bij de mond van het slachtoffer kan immers ook andere oorzaken hebben, aldus de verdediging. Bovendien blijkt onvoldoende van een voor het aannemen van een poging vereiste ‘begin van uitvoering’.
Het oordeel van de rechtbank.
Bewijsmiddelen.
Omwille van de leesbaarheid van het vonnis wordt voor wat betreft de door de rechtbank gebezigde bewijsmiddelen verwezen naar de uitwerking daarvan in de bewijsbijlage die van dit vonnis deel uitmaakt.
De bewijsoverwegingen.
De rechtbank is van oordeel dat het namens verdachte gevoerde verweer tot vrijspraak van het onder 1 subsidiair en 2 tenlastegelegde wordt weerlegd door de in de bewijsbijlage gebezigde bewijsmiddelen.
Ten aanzien van het vrijspraakverweer van de raadsman overweegt de rechtbank in het bijzonder het volgende.
1.
Juridisch kader
De rechtbank stelt het volgende voorop. Zedenzaken kenmerken zich in het algemeen door het feit dat zij zich voordoen in een situatie waarbij slechts twee personen zijn betrokken: een verondersteld slachtoffer en een veronderstelde dader. Indien de veronderstelde dader de seksuele handelingen ontkent, leidt dit er in veel gevallen toe dat slechts de verklaringen van het veronderstelde slachtoffer het wettig bewijs vormen. In artikel 342, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering is de zogenaamde bewijsminimumregel opgenomen. Deze regel houdt in dat het bewijs dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, door de rechter niet uitsluitend kan worden aangenomen op de verklaring van één getuige (het veronderstelde slachtoffer). De Hoge Raad heeft het belang van deze bepaling bij herhaling onderstreept door te overwegen, dat deze strekt ter waarborging van de deugdelijkheid van de bewijsbeslissing, in die zin dat zij de rechter verbiedt tot een bewezenverklaring te komen ingeval de door één getuige genoemde feiten en omstandigheden op zichzelf staan en onvoldoende steun vinden in ander bewijsmateriaal.
De vraag die de rechtbank dan ook moet beantwoorden is of de verklaringen van het slachtoffer voldoende steun vinden in de overige bewijsmiddelen, hetgeen samenhangt met de vraag of die verklaring als betrouwbaar kan worden aangemerkt.
Voordat het steunbewijs zal worden besproken, zal de rechtbank eerst stilstaan bij de verklaringen van het slachtoffer. Tot slot zal de rechtbank ook ingaan op de door verdachte afgelegde verklaringen.
2.
De verklaringen van het slachtoffer
In de avond van 11 september 2023 heeft het slachtoffer voor het eerst verteld wat haar eerder die dag was overkomen. Het contact daarover vond plaats met haar zoon. Het slachtoffer duwde haar zoon in de bank en vertelde dat de buurman dat ook bij haar had gedaan. Ook liet ze aan haar zoon blauwe plekken op haar armen en borst zien. Het slachtoffer vertelde dat ze een kopje thee ging drinken bij de buurman, dat hij haar seksueel benaderde en ze had aangegeven dat niet te willen. Het slachtoffer is toen vertrokken maar verdachte is vervolgens teruggekomen. Hij stond met een mango aan haar deur. Het slachtoffer heeft onder meer beschreven dat verdachte, toen zij op het toilet zat, met zijn piemel naar haar mond ging. Ook heeft hij haar broek naar beneden getrokken, haar trui en bh omhoog gedaan, aan haar borsten gezeten en in haar rechterborst gebeten. Verdachte zou zijn vingers ook in haar vagina hebben gebracht.
Nog diezelfde dag, op 11 september 2023, heeft er een informatief gesprek zeden plaatsgevonden bij de politie. Tijdens dat gesprek heeft het slachtoffer wederom verklaard dat ze een kopje thee ging drinken bij de buurman. Eerst buiten en later zijn ze zijn woning binnengegaan. Daar is ze door hem aangerand. Later die dag kwam bij een mango brengen bij haar thuis en in haar woning is ze toen opnieuw aangerand door verdachte. Verdachte heeft haar onder meer in de bank gedrukt, haar broek naar beneden getrokken, haar shirt omlaag gedaan en in haar borsten gebeten, waardoor blauwe plekken zijn ontstaan. Tijdens de intake worden ook op haar armen blauwe plekken geconstateerd die volgens het slachtoffer zijn ontstaan door het vastpakken en knijpen van verdachte. Verdachte zou met zijn vingers de vagina van het slachtoffer zijn binnengedrongen.
Op 14 september 2023 is het slachtoffer in een verhoorstudio gehoord bij de politie. Het slachtoffer heeft wederom verklaard dat zij op 11 september 2023 bij de buurman een kopje thee heeft gedronken en dat hij haar vervolgens in zijn woning heeft aangerand. Verdachte is later die dag naar haar woning gekomen met ‘een groene bol’ (de rechtbank begrijpt: een mango). Ook in haar woning heeft verdachte het slachtoffer aangerand. Verdachte heeft, terwijl het slachtoffer op het toilet zat, geprobeerd zijn penis in haar mond te duwen. Tevens heeft hij onder meer haar armen vastgepakt, haar borsten betast en daarin gebeten. Verdachte heeft haar broek naar beneden gedaan en is met zijn vingers in haar vagina geweest. Het slachtoffer is op 23 april 2024 op verzoek van de verdediging wederom gehoord in een studio onder leiding van de rechter-commissaris waar zij op hoofdlijnen en grotendeels hetzelfde heeft verklaard. Dat is echter anders daar waar het gaat om het brengen van de vingers van verdachte in haar vagina. Het slachtoffer heeft gedurende dat verhoor ontkend dat die handeling heeft plaatsgevonden.
De rechtbank zal de verklaringen van het slachtoffer, nu er sprake is van een één op één situatie en gelet op de beginnende dementie van het slachtoffer, met de nodige voorzichtigheid beschouwen. In het bijzonder omdat die verklaringen op onderdelen - met name daar waar het gaat om het brengen van de vingers van verdachte in de vagina van het slachtoffer, wisselend zijn. Dat brengt echter niet mee, zoals door de verdediging is betoogd, dat deze verklaringen in hun geheel als onwaar of onbetrouwbaar terzijde dienen te worden gesteld. Het slachtoffer heeft kort na het tenlastegelegde uit eigen beweging aan haar zoon verteld wat er is gebeurd en de door verdachte verrichte seksuele gedragingen beschreven. In de verklaringen die zij daarna heeft afgelegd heeft het slachtoffer steeds herhaald hoe haar ontmoeting met de buurman op 11 september 2023 is verlopen - het begon met een kopje thee drinken - en welke seksuele handelingen vervolgens hebben plaatsgevonden in zijn en op een later moment ook in haar woning. Door het slachtoffer zijn ook kenmerkende details genoemd. Zo heeft zij de penis van verdachte nauwkeurig omschreven, heeft zij verklaard dat verdachte, toen hij naar haar woning kwam, een mango bij zich had en heeft zij de pyjama van verdachte, toen hij voor de tweede keer aan haar deur kwam, accuraat en tot in detail beschreven. Haar verklaringen komen de rechtbank dan ook authentiek en op hoofdlijnen consistent voor. Dat die verklaringen soms discrepanties vertonen als het gaat om plaats en tijd van de seksuele gedragingen (in haar woning of in de woning van verdachte, de eerste of tweede keer) en dat het slachtoffer niet steeds over alle handelingen die door verdachte zijn verricht heeft verklaard – hetgeen zich gelet op de mentale conditie en de leeftijd van het slachtoffer goed laat verklaren – doet niet af aan het gegeven dat die verklaringen op hoofdlijnen consistent zijn. Bovendien wijst de rechtbank erop dat haar verklaringen ook verankering vinden in overige bewijsmiddelen in het dossier. In dit steunbewijs, dat hierna zal worden besproken, vindt de rechtbank een extra reden om de verklaringen van het slachtoffer betrouwbaar en geloofwaardig te achten.
Verklaringen over het seksueel binnendringen:
In het laatste studioverhoor op 23 april 2024 heeft het slachtoffer, anders dan in haar eerder afgelegde verklaringen, expliciet en ondubbelzinnig verklaard datgeen sprake is geweest van seksueel binnendringen in de vagina. Een verklaring daarvoor zou, gegeven de conditie van het slachtoffer en haar leeftijd, kunnen worden gevonden in het tijdsverloop tussen het tenlastegelegde en de afgelegde verklaring.. Wat daar ook van zij, nu voor die handeling ook geen steunbewijs in het dossier wordt gevonden, zal de rechtbank op dit punt ten voordele van verdachte uitgaan van die verklaring van 23 april 2024.
3.
Het steunbewijs
De verklaring van het slachtoffer vindt naar het oordeel van de rechtbank, zoals hiervoor reeds is overwogen, voldoende steun in ander bewijs. Dit bewijs, dat ook in de bewijsmiddelenbijlage is opgenomen, zal de rechtbank hieronder bespreken.
a.
Het letsel (de blauwe plekken)
Het slachtoffer heeft verklaard dat verdachte haar op 11 september 2023 bij haar armen heeft vastgepakt, haar in haar linkerbovenarm heeft geknepen, hard in haar rechterborst heeft gebeten - wat zeer pijnlijk was - en minder hard in haar linkerborst. Tijdens het informatieve gesprek zeden diezelfde dag worden blauwe plekken op haar armen geconstateerd. Ook de zoon van het slachtoffer heeft hematomen op borst en armen waargenomen, die zijn moeder hem kort na het gebeurde liet zien. De plaats van de geconstateerde blauwe plekken past bij de verklaring van het slachtoffer en geeft daaraan in zoverre steun. Op 23 november 2023 is het letsel van het slachtoffer door een forensisch arts onderzocht. Geconcludeerd is dat de hematomen op de armen en de borst passen bij de door het slachtoffer gemelde toedracht.. Ook die conclusie biedt steun aan de verklaring van het slachtoffer. Dat de forensisch arts het letsel op de rechterborst eerder vindt passen bij een zuigzoen dan een echte beet, brengt niet mee dat die verklaring op dit punt niet door de letselrapportage wordt ondersteund. Dat het slachtoffer het verschil tussen een beet en een eveneens zeer pijnlijke zuigzoen niet precies heeft kunnen duiden, sluit de rechtbank immers niet uit. Bovendien heeft de forensisch rapporteur een beet als oorzaak van dat letsel niet voor onmogelijk gehouden en werd de ronde huidverkleuring op de andere borst wèl als een bijtwond geduid.
De stelling dat aan het forensische rapport geen ondersteunende betekenis toekomt omdat in dat rapport geen rekening is gehouden met het gebruik door het slachtoffer van bloed verdunnende medicatie, waardoor makkelijk blauwe plekken kunnen ontstaan, deelt de rechtbank niet. De plaatsen waar de blauwe plekken zijn aangetroffen en de in dat rapport beschreven ontstaanswijze passen immers naadloos bij het door het slachtoffer beschreven geweld. Bloeduitstortingen op andere plaatsen op het bovenlijf van het slachtoffer zijn niet beschreven en heeft de rechtbank ook niet waargenomen op de zich in het dossier bevindende foto’s van het slachtoffer. Bovendien heeft het slachtoffer tijdens het studioverhoor bij de rechter-commissaris verklaard dat zij voor 11 september 2023 geen blauwe plekken had.
Het aangetroffen DNA
Uit de bewijsmiddelen volgt dat op de plekken waar het slachtoffer heeft verklaard te zijn aangeraakt door verdachte DNA is aangetroffen. Het gaat om de rechterborst, de linker- en rechterbil en de mond.
Het verkregen DNA-profiel uit de bemonsteringen van die plekken is telkens extreem veel waarschijnlijker wanneer –kort gezegd – de bemonstering DNA van verdachte en het slachtoffer bevat dan wanneer dit niet zo is. De rechtbank concludeert hieruit dat verdachte donor is van (een deel van) het celmateriaal op de genoemde plekken.
De verdediging heeft naar voren gebracht dat het DNA ook de lezing van verdachte inhoudende dat juist hij is betast door het slachtoffer kan ondersteunen. De rechtbank hecht evenwel geen geloof aan die andersluidende lezing (zie hierna).
4.
De procesopstelling van verdachte
Bij de selectie en waardering van het bewijs heeft de rechtbank ook betekenis gehecht aan de procesopstelling van verdachte. Verdachte heeft immers geen opening van zaken gegeven en aanvankelijk zelfs ontkend dat hij het slachtoffer kende, dat zij bij hem thee had gedronken en bij zijn woning was geweest. Pas later, nadat het DNA-onderzoek bekend was geworden, is verdachte met een alternatieve lezing gekomen. De rechtbank vermag niet in te zien - ook niet in de daarvoor door de raadsman aangedragen omstandigheden - dat verdachte, geconfronteerd met een dergelijke beschuldiging die beschuldiging niet direct heeft ontkracht of van nadere uitleg heeft voorzien. Het willen verbloemen van het contact met het slachtoffer, terwijl er ook geen duidelijk motief voor het slachtoffer bestond om verdachte te belasten, past naar het oordeel van de rechtbank - gegeven het steunbewijs - derhalve bij het scenario zoals omschreven in de tenlastelegging. De rechtbank schuift de verklaring van verdachte daarom als ongeloofwaardig terzijde.
Begin van uitvoering verkrachting
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte wilde dat het slachtoffer - die op dat moment op het toilet zat - zijn penis in haar mond nam en dat hij, terwijl zij zei dat ze dat niet wilde en vervolgens haar mond dichthield, met zijn penis tegen de mond van het slachtoffer is blijven drukken. Daarmee is naar het oordeel van de rechtbank, in verbinding met de gebezigde bewijsmiddelen, genoegzaam komen vast te staan dat sprake is van een poging tot verkrachting.
Conclusie
Gelet op het bovenstaande in onderling verband en samenhang bezien acht de rechtbank de verklaringen van het slachtoffer betrouwbaar en geloofwaardig. Die verklaringen vinden bovendien steun in het overige bewijsmateriaal. Gelet daarop is de rechtbank van oordeel dat buiten redelijke twijfel vaststaat dat verdachte het hem onder 1 subsidiair en onder 2 tenlastegelegde heeft begaan.

Vrijspraak feit 1 primair.

Gelet op het hiervoor overwogene over de wisselende verklaringen van het slachtoffer over het seksueel binnendringen van de vagina, zal de rechtbank verdachte vrijspreken van de onder feit 1 primair ten laste gelegde verkrachting.

De bewezenverklaring.

Op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de in de bewijsbijlage uitgewerkte bewijsmiddelen komt de rechtbank tot het oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte
Feit 1 subsidiair
opéén of meer tijdstippen op of omstreeks11 september 2023 te 's-Hertogenbosch,althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om doorgeweld en/of (een) anderefeitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en)
[slachtoffer](geboren op [1938])te dwingen tot het ondergaan vaneen of meerhandelingen die bestonden uitof mede bestonden uithet seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] ,
- eenof meersituatie(s)heeft doen ontstaan waaraan die [slachtoffer] zich niet kon onttrekken, door(onverhoeds en/ofzonder toestemming)de woning van die [slachtoffer] binnen te dringen/tredenen/of die [slachtoffer] heeft belet om weg te gaan uit zijn, verdachtes, woning door de deur dicht te houden en/of
- (meermalen) (met kracht) de arm(en) en/of hand(en), althans het lichaam van die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of in de armen heeft geknepen en/of
- die [slachtoffer] op een bank heeft geduwd en/of gehouden en/of
- het shirt en/of de bh, althans de (boven)kleding van die [slachtoffer] heeft verschoven en/of
- (meermalen) de broek(en) en/of onderbroek(en), althans de kleding van die [slachtoffer] naar beneden heeft getrokken en/of
- in de borst(en) van die [slachtoffer] heeft gebeten, althans met zijn mond en/of tand(en) de borst(en) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] een zuigzoen op haar borst(en) heeft gegeven, althans met zijn mond de borst(en) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- met zijn hand(en) in de borst(en) van die [slachtoffer] heeft geknepen, althans de borst(en) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- zijn (ontblote) penis en/of (onder)lichaam tegen de billen en/of het lichaam van die [slachtoffer] heeft geduwd en/of gehouden en/of
- de bil(len) van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer] heeft getongzoend en/of gekust en/of
- in de vagina van die [slachtoffer] heeft gegrepen en/of met zijn hand en/of vinger(s) de vagina van die [slachtoffer] heeft betast/aangeraakt, althans zijn hand en/of vinger(s) in de richting van de vagina van die [slachtoffer] heeft gebracht en/of
- terwijl die [slachtoffer] op het toilet zat, zijn penis tegen en/ofbij de(dichte)mond van die [slachtoffer] heeft geduwd/gehoudenen/of (daarbij)tegen die [slachtoffer] heeft gezegd: ‘doe hem in je mond’, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- deze handelingen onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
- is doorgegaan met het uitvoeren van deze handelingen nadat die [slachtoffer] hem, verdachte, van zich af duwdeen/wegduwdeen/of
-(meermalen) de hand(en) van die [slachtoffer] heeft weggeduwd en/of
-(terwijl die [slachtoffer] zei dat ze het niet wilde en/of dat het pijn deed en/of woorden van gelijke strekkingen/ofvervolgens haar mond dicht hield)voorbij is gegaan aan de verbale en/ofnon-verbale signalen van verzet/weerstandvan die [slachtoffer] ,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Feit 2:
hij opéén of meer tijdstippen op of omstreeks11 september 2023 te 's-Hertogenbosch,althans in Nederland,
door geweld en/of (een) anderefeitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en),
[slachtoffer](geboren op [1938])heeft gedwongen tot hetplegen en/ofdulden vaneen of meerontuchtige handelingen,
immers heeft verdachte
- zijn penis tegen en/of bij de(dichte)mond van die [slachtoffer] geduwd en/of gehouden en/of
- in de borst(en) van die [slachtoffer] gebeten, althans met zijn mond en/of tand(en) de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakten/of
- die [slachtoffer] een zuigzoen op haar borst(en)gegeven, althans met zijn mond de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakten/of
- met zijn hand(en)in de borst(en)van die [slachtoffer] geknepen, althans de borst(en) van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- zijn(ontblote)penisen/of (onder)lichaamtegen de billen en/of het lichaam van die [slachtoffer] geduwden/of gehoudenen/of
- de bil(len)van die [slachtoffer] betast/aangeraakt en/of
- die [slachtoffer]getongzoend en/ofgekust,
en bestaande dat geweld en/ofdieanderefeitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin dat verdachte
- deze handelingen onverhoeds heeft uitgevoerd en/of
- is doorgegaan met het uitvoeren van seksuele handelingen nadat die [slachtoffer] hem, verdachte, van zich af duwde enen/wegduwde en/of
-(meermalen)de hand(en)van die [slachtoffer] heeft weggeduwd en/of
-(terwijl die [slachtoffer] zei dat ze het niet wilde en/ofdat het pijn deeden/of woorden van gelijke strekking en/of of haar mond dicht hield)voorbij is gegaan aan de verbale en/ofnon-verbale signalen van verzet/weerstandvan die [slachtoffer] en/of
-een of meersituatie(s)heeft doen ontstaan waaraan die [slachtoffer] zich niet kon onttrekken, door(onverhoeds en/ofzonder toestemming)de woning van die [slachtoffer] binnen te dringen/tredenen/ofdie [slachtoffer] heeft belet om weg te gaan uit zijn, verdachtes, woning door de deur dicht te houden en/of
- terwijl die [slachtoffer] op het toilet zat, zijn penis tegen en/ofbij de(dichte)mond van die [slachtoffer] heeft geduwd/gehoudenen/of (daarbij)tegen die [slachtoffer] heeft gezegd: ‘doe hem in je mond’, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
-(meermalen)(met kracht) de arm(en)en/of hand(en), althans het lichaam van die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/ofvastgehouden en/ofin de armen heeft geknepen en/of
- die [slachtoffer] op een bank heeft geduwd en/ofgehouden en/of
- die [slachtoffer] in de borst(en)heeft gebeten en/of geknepen en/of
- het shirt en/ofde bh,althans de (boven)kledingvan die [slachtoffer] heeft verschoven en/of
-(meermalen)de broek(en)en/ofonderbroek(en), althans de kledingvan die [slachtoffer] naar beneden heeft getrokken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

De strafbaarheid van het feit.

Het bewezen verklaarde levert op de in de uitspraak vermelde strafbare feiten.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

De strafbaarheid van verdachte.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.

Oplegging van straf en/of maatregel.

De eis van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft gevorderd dat aan verdachte een gevangenisstraf wordt opgelegd voor de duur van dertig maanden waarvan tien maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. De tijd die verdachte reeds in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht dient daar van af te worden getrokken. De officier van justitie acht daarnaast van belang dat, ter geruststelling en bevordering van het veiligheidsgevoel van het slachtoffer, aan het voorwaardelijke deel van de straf als bijzondere voorwaarde een contactverbod wordt gekoppeld.
Een kopie van de vordering van de officier van justitie is aan dit vonnis gehecht.
Het standpunt van de verdediging.
De verdediging heeft erop gewezen dat de omstandigheden die hebben geleid tot de schorsing van de voorlopige hechtenis, te weten de leeftijd van verdachte, de taalbarrière en zijn medische problematiek, ook redenen zijn waarom het onvoorwaardelijk deel van een eventueel op te leggen gevangenisstraf niet langer moet duren dan de tijd die verdachte reeds in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
Het oordeel van de rechtbank.
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte dient te worden opgelegd, heeft de rechtbank gelet op de aard en de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan. Bij de beoordeling van de ernst van het door verdachte gepleegde strafbare feit betrekt de rechtbank het wettelijke strafmaximum en de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Daarnaast houdt de rechtbank bij de strafbepaling rekening met de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De destijds 76-jarige verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een poging tot verkrachting en aanranding van een 85-jarige kwetsbare dementerende buurvrouw.
Verdachte heeft door zijn handelen een grote inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer en haar lichamelijke integriteit aangetast. Het handelen van verdachte moet een grote indruk op haar hebben gemaakt. Slachtoffers van dit soort ernstige feiten ondervinden daar vaak nog jarenlang last van en de herinnering eraan hindert hen in hun dagelijks bestaan, zoals ook blijkt uit de door de zoon van het slachtoffer namens haar ter terechtzitting voorgedragen slachtofferverklaring. De rechtbank rekent het verdachte in het bijzonder aan dat hij het slachtoffer ook in haar eigen woning heeft aangerand, hetgeen juist de plek moet zijn waar het slachtoffer – in het bijzonder gelet op haar mentale toestand – zich veilig moet kunnen voelen. Ook daaraan is verdachte, kennelijk ter bevrediging van eigen lustgevoelens, voorbij gegaan.
Bij haar beslissing over de strafsoort en de hoogte van de straf heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de binnen de rechtspraak ontwikkelde oriëntatiepunten. De oriëntatiepunten dienen als vertrekpunt bij het bepalen van de straf. Bij een verkrachting –geldt, afhankelijk van de mate van dwang en het toegepaste geweld, als oriëntatiepunt een gevangenisstraf tussen de vierentwintig maanden en achtenveertig maanden.
In het onderhavige geval is er geen sprake van een verkrachting, maar van een poging daartoe - waarvoor een lager strafmaximum geldt dan voor een voltooide verkrachting. Wel heeft de rechtbank in strafverzwarende zin, zoals hierboven reeds overwogen, betrokken dat het slachtoffer een kwetsbare vrouw is en een deel van het bewezenverklaarde heeft plaatsgevonden in de woning van het slachtoffer. Bovendien komt de rechtbank naast de poging verkrachting tot een bewezenverklaring van aanranding (meermalen gepleegd), zij het dat deze aanranding gedeeltelijk in eendaadse samenloop is gepleegd met de poging tot verkrachting.
De rechtbank betrekt verder ten nadele van verdachte dat hij door de beschuldigingen te ontkennen en een ongeloofwaardige verklaring af te leggen waarin hij de schuld in feite bij het slachtoffer neerlegt, op geen enkele wijze verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden.
Gelet op de ernst van het feit acht de rechtbank een gevangenisstraf van langere duur passend en geboden.
Uit het reclasseringsrapport van 2 mei 2024 volgt dat er geen contra-indicaties zijn voor het opleggen van een gevangenisstraf. In de omstandigheden die door de verdediging zijn genoemd ziet de rechtbank ook geen aanleiding tot matiging van die straf. In detentie kan rekening worden gehouden met onder meer de diverse medische aandoeningen van verdachte en zijn gevorderde leeftijd.
Uit de risicotaxatie-instrumenten die door de reclassering zijn gebruikt volgt een lage kans op recidive. Er zijn geen aanwijzingen voor het bestaan van een psychiatrische stoornis of een verstandelijke beperking.
Mede gelet op deze bevindingen ziet de rechtbank geen aanleiding voor een voorwaardelijk strafdeel.
Alles afwegende acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vierentwintig maanden passend en geboden.
Geen contactverbod:
De rechtbank begrijpt dat een contactverbod het slachtoffer een gevoel van veiligheid zou kunnen geven. Uit de stukken en het verhandelde ter terechtzitting blijkt echter dat verdachte inmiddels is verhuisd. Ook is niet gebleken dat verdachte contact heeft gezocht met het slachtoffer nadat de voorlopige hechtenis werd geschorst. Verdachte heeft zich steeds aan de schorsingsvoorwaarden gehouden. Uit het reclasseringsrapport van 2 mei 2024 volgt bovendien dat verdachte contact met het slachtoffer wil vermijden. Gelet hierop acht de rechtbank het thans niet meer geïndiceerd een contactverbod op te leggen.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.
Voorlopige hechtenis
De raadsman heeft ter terechtzitting van de rechtbank een nieuw schorsingsverzoek gedaan, zodat verdachte zijn berechting blijvend in vrijheid kan afwachten. De officier van justitie heeft zich tegen dat verzoek verzet.
De rechtbank stelt vast dat sprake is van een strafbaar feit waar naar de wettelijke omschrijving twaalf jaren of meer gevangenisstraf op staat en waardoor de rechtsorde ernstig is geschokt. Gelet hierop alsmede de duur van de aan verdachte opgelegde gevangenisstraf, acht de rechtbank, de persoonlijke belangen van verdachte ten spijt, geen termen aanwezig om de voorlopige hechtenis opnieuw te schorsen.

De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] .

De vordering van de benadeelde partij
De gemachtigde van [slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en heeft een bedrag gevorderd van in totaal € 8.002,83,- bestaande uit kosten gemoeid met geleden materiële schade (á € 502,83) en immateriële schade (á € 7.500,-).
De gevorderde materiële schade ziet op geleden vermogensschade door de zoon van [slachtoffer] . Ter terechtzitting is aangevoerd dat het hier gaat om verplaatste schade aangezien de zoon vrije dagen heeft moeten nemen van zijn werk om zijn moeder te begeleiden bij het studioverhoor, het namens haar doen van aangifte, en het bijwonen van terechtzittingen.
Voorts is de wettelijke rente gevorderd en is verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering kan worden toegewezen, inclusief de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de verdediging.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat indien de rechtbank komt tot een bewezenverklaring van de poging tot verkrachting de hoogte van de vordering daar waar deze ziet op geleden immateriële schade gematigd dient te worden tot een bedrag van maximaal € 5.000,-. Daarbij is door de raadsman aangegeven dat de jurisprudentie die ter onderbouwing van de schade is overgelegd niet vergelijkbaar is met de onderhavige zaak nu die steeds ziet op voltooide verkrachtingen.
Ter zake het materiële deel van de vordering heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat voor verplaatste schade geen grond bestaat.
Beoordeling.
Immateriële schade
De rechtbank acht - gelet op de onderbouwing van de vordering - toewijsbaar, als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit toegebrachte schade, een immateriële schadevergoeding ad € 4.000,- vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 september 2023 tot aan de dag der algehele voldoening.
De rechtbank zal de benadeelde partij niet ontvankelijk verklaren in het overige gedeelte van de vordering, omdat de rechtbank van oordeel is dat behandeling van dat deel van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. Nader onderzoek naar de omvang van de vordering zou immers een uitgebreide nadere behandeling vereisen.
Materiële schade
Uit artikel 51f, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering volgt dat derden zich in het strafproces kunnen voegen ter zake kosten die zij ten behoeve van het slachtoffer hebben gemaakt. Het betreft de zogenaamde ‘verplaatste schade’ als bedoeld in artikel 6:107, eerste lid onder a van het Burgerlijk Wetboek. Dit betreft kosten die de derde ten behoeve van het slachtoffer heeft gemaakt en het slachtoffer, als niet de derde maar hijzelf deze zou hebben gemaakt, van de verdachte had kunnen vorderen. Van een dergelijk geval is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake. Op dat punt zal de benadeelde partij dan ook niet ontvankelijk worden verklaard.
De benadeelde partij kan de niet toegewezen onderdelen van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten van de benadeelde partij tot op heden begroot op nihil. Verder wordt verdachte veroordeeld in de ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten.
Schadevergoedingsmaatregel.
De rechtbank zal voor het toegewezen bedrag tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu de rechtbank het wenselijk acht dat de Staat schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 september 2023 tot de dag der algehele voldoening.
Aangezien aan verdachte meer verplichtingen tot vergoeding van dezelfde schade worden opgelegd, zal de rechtbank bepalen dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij komt te vervallen en andersom, indien verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij, daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen.

Toepasselijke wetsartikelen.

De beslissing is gegrond op de artikelen:
36f, 45, 55, 57, 242, 246 Wetboek van Strafrecht.

DE UITSPRAAK

De rechtbank:
Verzoeken verdediging
Wijst het verzoek tot nader onderzoek af.
Wijst het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis af.
Vrijspraak
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1 primair is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij.
Bewezenverklaring
Verklaart het onder 1 subsidiair en 2 ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op de misdrijven:
Ten aanzien van feit 1 subsidiair:
poging tot verkrachting, deels in eendaadse samenloop gepleegd met
Ten aanzien van feit 2:
feitelijke aanranding van de eerbaarheid, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Straf
Legt op de volgende straf:
- een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 maandenmet aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht.
Maatregel
- Legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer] , van een bedrag van 4.000,00 euro.
Bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 50 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
Voormeld bedrag bestaat uit immateriële schade.
De immateriële schade te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 11 september 2023 tot aan de dag der algehele voldoening.
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij:
- Wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij, [slachtoffer] , van een bedrag van € 4.000 euro.
Voormeld bedrag bestaat uit immateriële schade.
De immateriële schade te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 11 september 2023 tot aan de dag der algehele voldoening
Veroordeelt verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
Bepaalt dat de benadeelde partij in de vordering voor het overige niet ontvankelijk is en de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijk rechter kan aanbrengen.
Verdachte is van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van deze schade.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. S.J.W. Hermans, voorzitter,
mr. H.M. Hettinga en mr. S.H. Schepers, leden,
in tegenwoordigheid van mr. G.J.B. van Weegen, griffier,
en is uitgesproken op 14 oktober 2024.