Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.Inleiding.
2.Beslissingen op de onderzoekswensen.
zijn voorlopig van aard, gelet op de functie die ze hebben binnen deze strafzaak en het moment waarop deze beslissingen zijn genomen. De beslissingen met betrekking tot de voorlopige hechtenis gelden tot de eerstvolgende (pro forma-)zitting.
naar algemene ervaringsregels voorzienbaarmoet zijn geweest.
the core of evidence adversarial” moet zijn, dus dat de verdediging de mogelijkheid moet hebben gehad dit bewijsmateriaal te onderzoeken. De toepassing en uitwerking is, naar aanleiding van onder andere het EHRM-arrest in de zaak [naam] , nader vorm gegeven door de Hoge Raad. Dit toetsingskader geldt ook in deze zaak.
(ten hoogste)zesaccounts die de verdediging nader zal kunnen aanwijzen nader onderzoek (te laten) doen zoals hierna omschreven. Deze opgave zal de verdediging uiterlijk binnen 4 weken na verstrekking van de aanvullende informatie van de officier van justitie kunnen doen aan de rechter-commissaris, en beperkt zich tot de hierna te noemen (gebruikers van) accounts die voldoen aan de hierna door de rechtbank te geven kaders.
door de verdediging genoemde 17 accounts [1] geeft de rechtbank de officier van justitie de opdracht om na te (laten) gaan
ofde personen die achter deze ID’s zitten –waarmee de genoemde aan de verdachte toegeschreven ID’s contact hebben gehad – (inmiddels) zijn geïdentificeerd.
is geïdentificeerd en is gehoordomtrent de
verdenkingdat
hij/zij de gebruiker was van het door de verdediging aangewezen account, deelt de officier van justitie aan de verdediging en de rechtbank de identiteit van de betreffende persoonmede en zullen (maximaal) zes van die personen bij de rechter-commissaris als getuige kunnen worden gehoord.
3.Voorlopige hechtenis.
wijst toehet horen als getuige van:
[getuige 6], geboren op [1996] , destijds woonachtig te Eindhoven aan de [adres 2] ;
verwijstde zaak naar de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, teneinde bovengenoemde getuige te horen.
verzoektde rechter-commissaris verder alleen die nadere onderzoekshandelingen te verrichten die redelijkerwijs van belang zijn in het belang van het onderzoek (halfopen verwijzing);
- steltde stukken met dat doel in handen van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank;
- draagtde officier van justitie
opde persoonsgegevens te verstrekken aan de raadsman en de rechtbank van de PGP-accounts [accountnaam 1] , [accountnaam 2] , [accountnaam 3] , [accountnaam 4] , [accountnaam 5] , [accountnaam 6] , [accountnaam 7] , [accountnaam 8] , [accountnaam 9] , [accountnaam 10] , [accountnaam 11] , [accountnaam 12] , [accountnaam 13] , [accountnaam 14] , [accountnaam 15] , [accountnaam 16] en [accountnaam 17] , maar
uitsluitendindien de persoon op wie de identificatie betrekking heeft omtrent die verdenking als verdachte is gehoord;
verstaatdat de raadsman
binnen drie weken na verstrekking van deze gegevensbij de rechter-commissaris aangeeft welke (maximaal) zes personen op welke onderwerpen als getuige gehoord moeten worden;
verstaatdat de officier van justitie het BOB-dossier van onderzoek Dougherty aan de verdediging zal verstrekken;
verstaatdat de officier van justitie en de raadsman in overleg treden over het toevoegen van / de inzage in (gedeelten van) het dossier van onderzoek Draf;
verstaatdat de officier van justitie ervoor zal zorgen dat de verdediging inzage krijgt in de verzochte Signal-berichten;
steltde stukken met dat doel in handen van de officier van justitie;
wijst afde overige verzoeken van de verdediging, waaronder het verzoek tot opheffing dan wel schorsing van de voorlopige hechtenis van verdachte.